Hoofdstuk 4

658 42 8
                                    

A/N: Sorry voor de vroege upload,  maar dat komt door het tijdsverschil hier. Bij mij is het namelijk nog zaterdagavond :) Toch veel leesplezier.  Luister vooral het bovenstaande liedje tijdens het lezen. Niet dat dat het hoofdstuk spannender en beter maakt, maar dan weet je naar welk liedje Jess luistert hihi. En daarnaast is de inhoud van het liedje zo goed :) 

4:

"Weet...Weet...U..waar een wit huis staat" stotterde Jess dronken tegen een meneer van rond de 50. Het liefst had ze geen vreemde mensen aangesproken, maar ze was zo dronken dat ze niets anders kon en haar mobiel was leeg dus ze kon ook niemand bellen. Nu nog hopen dat dit een goede man was.

"Links en links" zei de man.

"Dank u...u wel"

"Wat krijg ik ervoor terug?" vroeg de man en de moed zakte Jess in de schoenen. Dit was niet de goede man om half 3 's nachts aan te spreken.

"Uhm". Jess dacht diep na. Had ze nog geld over? Nee, ze had alles uitgegeven aan drank en dus kon ze deze man niets geven wat zij wel kwijt kon.

 "Ik moet gaan"

"Jij gaat helemaal nergens heen" zei de man en hij keek haar raar aan. Jess stond al te trillen van de hoeveelheid drank, maar het werd nu nog erger door de angst.

"Jawel" zei ze vastbesloten en ze begon te rennen. De man was ook niet helemaal bij zinnen en zijn reactievermogen was te slecht om haar vast te grijpen toen ze langs hem rende. Verbaasd bleef hij staan en waarschijnlijk had hij geen zin en conditie om haar achterna te rennen.Om de twee meter keek Jess achterom om te kijken of de man haar achterna kwam. Ze zag dat hij zich had omgedraaid en met gebalde vuist na stond te kijken.

Bij de eerste linker zijstraat was het helemaal donker en Jess was zo dronken dat niets meer wist van hoe de weg naar haar huisje was. Zou de man wel de goede weg hebben gezegd?Nadat Jess nog een keer linksaf was geslagen zag ze haar huisje en een zucht van opluchting verliet haar mond.

In haar kamer aangekomen plofte ze neer op bed en stopte haar mobiel in de oplader. Het bed aan de overkant was nog leeg en dat betekende dus dat Merel weer bij Quinten was.

Half rennend, half strompelend rende ze terug naar de keuken en schonk een glas melk in. Haar oma had ooit gezegd dat melk goed was om een kater te voorkomen. "Roekoe Roekoe ik drink melk" zong Jess door de keuken.Het gekuch uit een slaapkamer uit de rechtervleugel, waar de ouderen sliepen, liet haar denken dat ze niet alleen was, maar met haar dronken hoofd besefte ze niet dat ze misschien stil moest doen.

"Dronken koppen, niet te stoppen" zong ze verder. Als haar moeder er achter zou komen dat Jess helemaal dronken was en alleen naar huis was gekomen, dan zat ze waarschijnlijk de rest van deze vakantie vast in haar slaapkamer, maar ook dat drong niet door tot de dronken Jess.

Strompelend en struikelend liep ze terug naar haar slaapkamer en net voordat ze bij haar eigen bed was, struikelde ze over haar eigen voeten. "I believe I can fly. Is het een vliegtuig, is het een vogel? Nee dat is het niet. Het is mega - Jess die je aan de hemel ziet" zong ze nu hard, terwijl ze half op haar bed lag en half op de grond. Met moeite kroop ze haar bed op en ze zag dat haar mobiel inmiddels aan was gegaan en dat er een bericht was binnengekomen. Gelijk was ze nieuwsgierig van wie hij zou zijn. Zou Merel, Quinten of Ivo iets gestuurd hebben? Jess had Merel heel de avond niet meer gezien en was alleen maar met Lennart bezig geweest. Zou Merel op deze 'meidenavond' toch nog even aan haar beste vriendin denken, in plaats van haar vriend.Zou Ivo zeggen dat het hem spijt. Dat hij veel meer geeft om haar dan om zijn zwangere vriendin?Met moeite drukte Jess op het berichtje en toen zag ze pas van wie hij was. Hij was niet van Jess of Ivo. Hij was van Joël en hij was al lang geleden verstuurd.

Langs de KustWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu