~ 12 mei 2019 ~
"Hoe gaat het met je?" Is het eerste wat ze vragen als ik bezoek krijg. Dit keer zijn het mijn ouders.
"Goed voor zover ik het weet." Zeg ik zachtjes en kijk naar mijn vingers die plots zo interessant zijn.
Als mijn ouders nu eens eindelijk zouden vertrekken, dan kan ik naar Calum gaan.
"Morgen mag je naar huis gaan." Zegt mijn vader die me er nog eens aan herinnert dat ik niet bij Calum kan blijven.
"Weet ik.." Zeg ik zacht en zucht even.
"Ik weet dat ik nu als de beschermende moeder ga spreken, maar wie gaat er met je mee? Ik bedoel je kan in jou zwakke toestand niet alleen wonen.." Zegt ze en ik staar haar met een open mond aan.
Ik kan haar niet geloven! Dat ze dat zelfs durft zeggen! Ik ga niet alleen wonen! Het is net alsof voor haar Calum al dood is! Maar ik geef niet op!
"Wel normaal gesproken zou Calum met me naar huis gaan, maar hij ligt nog in coma. HIJ IS NIET DOOD, MOCHT JE DAT DENKEN!" Zeg ik als ik begin te roepen.
"Anouk, je moeder bedoelt het alleen maar goed met je. We weten dat zijn toestand niet het meest ideaal is op dit moment, maar we kunnen er zo goed als niets of weinig aan doen." Zegt mijn vader die mijn moeder verdedigt alsof er niets gaande is.
"Wel als het dan toch goed bedoelt is, ga dan. Dan kan ik rustig alleen zijn." Zeg ik minder aangebrand als daarnet.
Nog klinkt het alsof ik elk moment kan uitbarsten, maar dat is zeker mijn bedoeling niet. Ik ben gewoon mezelf niet meer deze dagen, wat
waarschijnlijk normaal is met deze hele situatie..
Ik zie mijn moeder zuchten en mijn vader gaat al bij de deur staan, waarschijnlijk omdat hij het begrijpt. Ik zie mijn moeder achter de muur verdwijnen en ik zucht. Ik kijk even op de klok en spring vrijwel direct uit het bed.
Ik stap de gang op en ga naar de afdeling, waar ik ondertussen al zo vaak ben geweest. De bekende gezichten, muren, deuren en kamernummers gaan voorbij als ik door de gangen wandel.
Uiteindelijk kom ik terecht bij de juiste deur. Ik zie dat het open staan en nieuwsgierig ga ik naar binnen. Ik sluit de deur achter me en wanneer ik dat doe, zie ik iemand geschrokken opkijken.
"Mali?" Vraag ik en ze veegt een paar tranen van haar wang.
"Hallo Anouk." Zegt ze en staat op.
Ze wilt iets zeggen, maar snel veranderen haar gedachten en slaagt ze haar armen om me heen voor een stevige knuffel. Ik sluit mijn ogen om te voorkomen dat ik ook zou huilen en slaag mijn armen om haar schouders heen.
"Wat doe je hier?" Vraag ik haar en ze lacht zacht.
"Waarschijnlijk dezelfde reden als jou, voor Calum."
Bij het horen van zijn naam, slik ik even. Ik kijk even weg en richt me naar hem toe. Het lijkt alsof hij er elke dag slechter uit ziet, wat waarschijnlijk geen goed teken is.. Zo mag je niet denken! Zegt een stem in mijn hoofd en als snel luister ik.
"Waarom ben jij in het ziekenhuis?" Vraagt ze en wijst naar het kleed dat ze je hier altijd geven.
"Weet je dat dan niet?" Vraag ik haar verbaasd en beschaamd schud ze haar hoofd.
Zou Calum zijn familie al op de hoogte zijn van het verhaal? Waarom zijn zijn ouders er dan niet en Mali dan wel? Hoe?
"Alles oke met je Nouk?" Vraagt ze bezorgd en ik knik, ookal weet ik niet of het de waarheid is.
"Calum en ik, we.." Meer krijg ik niet over mijn lippen uitgesproken.
"Anouk, wat is er gebeurd?" Vraagt ze nogmaals als ze mijn schouders stevig vast neemt.
"Er was een auto ongeluk. Ik lag een week in coma en Calum nu al bijna 3 weken. 'S nachts wordt ik nog steeds wakker van het felle licht dat deze schade heeft veroorzaakt. De situatie van Calum verbeterd niet en ik weet niet wat te doen." Zeg ik zachter en zachter naarmate ik het einde van wat ik wilde zeggen, had berijkt.
"Anouk, zeg niet dat je nu al opgeeft?" Zegt ze me meer als een vraag en ik schud vastberaden mijn hoofd.
"Calum zou niet opgeven, dus ik ook niet." Zeg ik en ze knikt.
"Goed, wat zeggen de dokters over zijn toestand?" Vraagt ze me en ik haal mijn schouders op.
"Ze geven niet veel vrij, alsof we niets mogen weten." Zeg ik en weer knikt ze.
"Ik was eerder vandaag bij jullie thuis, maar niemand deed open." Zegt ze en lacht zwakjes om het gespreksonderwerp te veranderen.
Meent ze dit nu? Betekend Calum niets voor haar? Moet alles zomaar weggelachen worden?
"Ik was hier." Zeg ik droog en kijk vanuit mijn ooghoek naar Calum.
"Wel, ik denk dat ik maar eens naar huis ga. Ik zie je nog wel eens." Zegt ze, neemt haar spullen en gaat de deur uit.
"Bye.." Zeg ik zacht en richt me weer op de jongen voor me.
"Hoe gaat het met je?" Vraag ik hem en ik voel dat ik vanbinnen breek.
"Binnenkort kan ik je weer in de ogen kijken. Staren naar die mooie ogen en er nooit genoeg van krijgen. Binnenkort lopen we weer naast elkaar alsof het nooit anders is geweest. Binnenkort voel ik je handen in de mijnen en wordt er lichtjes in geknepen. Binnenkort zie ik je weer glimlachen alsof er iets grappigs is. Binnenkort ben je weer bij me, zoals de warmte die ik al een tijd mis."
***
A/N:
Sorry voor de lange tijd dat ik niet heb geupdate, maar ik schrijf niet zo vaak meer, omdat ik meestal geen inspiratie heb of geen tijd. Ik voel me enirm schuldig en wil dit verhaal niet verwijderen. Ik hoop dat jullie het nog steeds een goed boek vinden en niet gaan afhaken vanwege de zeer trage updates..
❤️ someone_special
![](https://img.wattpad.com/cover/41189739-288-k76953.jpg)
JE LEEST
Last Picture {C.H.}
Fiksi Penggemar"Het is de laatste foto.. De laatste die ik van hem heb.." "Verbrand het gewoon! Net als al de rest. Hij komt niet terug Anouk." "Hij is terug Mills." *** Niet overnemen aub! Het is mijn idee en ik deel mijn ideeën niet! Sorry dat het eerste hoofdst...