1.

1.4K 41 78
                                    

[Louis Tomlinson's POV]

Ik haat de geur van het ziekenhuis. Het ruikt naar pleisters, verband en bloed. Voorwerpen die slechte dingen moeten verminderen dus, gadver.

Gister is een ruzie bij een bar een beetje uit de hand gelopen, waardoor een van mijn goede vrienden in het ziekenhuis ligt.

"Ik ben hier voor mijn vriend, Liam Payne. Weet u waar hij ligt?" Vraag ik netjes aan een tegemoetkomende verpleegster.

"Meneer, ik weet niet waar iedereen ligt in het ziekenhuis. U kunt het beter even bij de balie vragen." Ik knik en loop zuchtend weg. Bij de balie vraag ik het nog eens, aan een vriendelijk uitziende vrouw van minstens vijfrig jaar oud. Ik krijg Liam's kamernummer doorgegeven, en de vrouw vertelt me nog even hoe ik er naar toe moet lopen. Helemaal boven in, op naar de lift dus.

Ik trek een sprintje naar de lift, maar natuurlijk moet die recht voor mijn neus dicht gaan. Dat heb je wanneer je Louis Tomlinson heet en zo snel mogelijk naar je vriend wilt die in het ziekenhuis ligt.

"Shit." Klinkt mijn stem door de lege gang van het ziekenhuis. Ik sjok naar het trappenhuis en loop rustig naar boven. Bij iedere trede herhaal ik de kamernummer, zodat ik het niet vergeet. Ik heb immers het geheugen van een goudvis.

Bij de laatste trede blijft mijn voet haken, waardoor ik recht met mijn gezicht - neus eerst - op de grond val. Kreunend ga ik rechtop zitten waarna ik met een zuur en door pijn vertrokken gezicht over mijn voorhoofd en neus wrijf.

"Auch.." Mompel ik eens.

Langzaam sta ik op waarna ik rechtsaf een gang in loop. Fijn, nu weet ik Liam's kamernummer niet meer. Meerdere gangen loop ik door voordat ik op een andere afdeling kom, waarna ik besluit nog eens naar de kamernummer van Liam te vragen aan een verpleegster die met een dienblad vol eten richting een kamerdeur loopt.

"Pardon, Mevrouw. Weet u misschien in welke kamer ik Liam Payne kan vinden?" Galmt mijn stem door de op ons na lege gang. De jonge vrouw knikt eens met een vriendelijke glimlach om haar lippen en loopt dan met me mee nadat ze het eten in de kamer heeft afgeleverd.

Een paar gangen later zijn we op weer een andere afdeling, en uiteindelijk staan we voor een mintgroene deur waarnaast een bordje hangt waarop '3. 64' staat. Hier zal Liam vast liggen.

Ik bedank de verpleegster voor haar hulp en tijd waarna ik de lichte deur openzwaai en de open kamer innwandel.

"Hey, Liam! Hoe gaat het?" Liam kijkt verschrikt op bij het horen van mijn stem, maar ontspant al snel wanneer hij mij ziet.

"Prima. Ik heb alleen wat gekneusde ribben, en wat bloeduitstortingen." Ik knik opgelucht en ga naast hem op het ziekenhuisbed liggen.

"Wanneer mag je weg?" Hij kijkt me aan, een vriendelijke frons op zijn gezicht.

"Geen chocolade? Bloemen? Iets?" Ik grinnik en schud mijn hoofd van nee.

"Je bent toch geen wijf." Hij gaat eens verliggen en rolt met zijn ogen.

"Fijn. Ik mag morgen ongeveer weer weg. Ze willen even kijken of ik geen bloedingen in mijn buik heb."

We praten nog een poosje tot het wat begint te schemeren. Ik sta op, klaar om weg te gaan.

"Ga je nu al weer weg, Louis?" Liam's stem klinkt ietwat teleurgesteld. Ik knik en zeg op een plagende toon,

"O, wat. Gaat Liam me missen?" Hij duwt me weg en zegt.

"Ga ook alsjeblieft maar weg." I grijns alleen maar eens,

"Oh, in dat geval..."

"Oh donder toch op!" Ik lach en loop zijn kamer uit. Een verpleger wil net naar binnen lopen met een glas water, en loopt hard tegen me aan. Al het water loopt over mijn shirt en broek. Ook dat nog.

The Bucket listWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu