Dag 3

26 0 0
                                    

Ik word wakker en voel me naar. Ik heb mijn neef achtergelaten zonder iets te zeggen. Ik sta op en kijk om me heen. Ik zie Boy nergens. Dan hoor ik een geschreeuw. Ik ren erop af en zie Felix. Hij heeft Boy te pakken en slaat hem met een zweep. Hij heeft pijn, dat hoor ik. Ik verstop me achter een boom en kijk of ik iets qua wapen bij me heb. Yes, ik heb me mes mee. Ik sluip naar het muurtje die ervoor staat. Als ik goed mik kan ik het mes in iemands nek krijgen. Ik kruip van de boom vandaan en probeer op een van de jongens te mikken. Ik gooi het mes naar Felix die de zweep vast heeft en raak hem niet in zijn nek maar in zijn wang. Dat is ook goed toch? Boy pakt zijn kans en vlucht weg. Samen rennen we weg. We horen geschreeuw en rennen zo hard als we kunnen.
We zijn al heel ver weg als ik aan mijn arm wordt getrokken. Boy schreeuwt mijn naam maar ik kan me niet verzetten. Ik word meegesleurd naar een plek die mij heel bekend is. Dit is mijn oude school. Ik kom op het plein en val op de grond. Ik voel hoe iemand mij een klap in mijn gezicht geeft. Het doet pijn. 'Vuile teef dat je bent! Hoe durf je jezelf hier nog te vertonen.' Ik kijk op en zie de gasten waarmee ik altijd online mee zat te kloten. Boy is nog vrienden met hun maar ik had het verkloot door te druk te doen. Ik grijp naar mijn buik en voel de misselijkheid weer op komen. De gasten zien het en lachen me uit. 'Joran, wat doe je hier? Ik dacht dat je dood was!' Zei ik. Hij lachte nog harder en sloeg me nog eens in het gezicht. 'Ik ben niet dood pokkewijf, wees daar maar blij om. We snappen niet dat Boy nog steeds bij jou is!' 'Jullie weten dat Boy op zoek is naar zijn vriendin!' Ze kijken mij vuil aan en Joran schopt me in mijn maag. De pijn, oh mijn God. Ik kerm van de pijn en probeer op te staan. Ik hoor iemand keihard schreeuwen en een knal. Ik zie hoe Joran bloedend op de grond valt. De andere gasten nemen Joran mee, rennen weg en laten mij achter. 'Dena, gaat het?' hoor ik een stem zeggen. Het is Boy. De tranen springen in mijn ogen en wil opstaan. Boy helpt me overeind en veegt mijn tranen weg. Ik omhels hem. 'Waarom laten ze me niet met rust?' vraag ik huilend door mijn tranen heen. 'Ik weet het niet Dena, maar dit was laf!' hij kijkt me bezorgd aan en de tranen blijven maar komen. Ik hoor iemand van achter schreeuwen en kijk om. Het is, nee dat kan niet! het is Donna! mijn beste vriendin. Ze rent naar me toe en schreeuwt het uit van blijdschap. Ze kijkt om zich heen en kijkt dan ineens verdrietig. 'Waar zijn Joran en de andere?' Ik durf haar niet aan te kijken en kijk naar Boy. 'Joran is dood, hij had Dena bijna vermoord.' zegt Boy zacht. Ik zie hoe Donna haar vuisten balt en zit te vloeken binnensmonds. Ze kijkt me vuil aan en wilt me een klap geven. Ik duik weg en Boy houdt haar tegen. Ze schreeuwt om hulp en krijgt tranen in haar ogen. Eindelijk wordt ze rustig en begint ze te huilen. 'Joran zorgde voor mij, hij zei tegen mij dat we mijn zus zouden vinden!' Je hoort de woede in haar stem. 'Donna, ik beloof je dat we Sanne gaan vinden maar Joran wilde mij vermoorden!' Ze zwijgt. Boy laat haar los en ze valt op de grond. 'Ehm, Donna toch? Joran was ook mijn vriend, maar het kon niet anders!' hij kijkt naar mij en ik zie dat hij deze situatie heel awkward vindt. 'Dena, mag ik me bij jou aansluiten? Er zijn nog meer mensen in onze school. Mensen die mij dood willen hebben.' Ik knik en Boy knikt ook. Donna staat op en omhelst mij. Alle woede is weg en beide zijn we blij elkaar weer te zien.

Even laten reizen we verder. We zien allemaal lijken op de grond. Mensen die dood gingen van de honger. Mensen die gedood zijn door Mutant Dogs. Ik kijk in mijn zakken of er nog wat leuks in zit. Niet echt, alleen een speld en een oud snoeppapiertje. Zwijgend lopen we door het onvruchtbare land. Dan hoor ik ergens muziek. Ik zie een kleine mp3 speler die op batterijen loopt en pak hem op. Er zit wat bloed op maar verder is hij oké. Ik zet hem lekker hard en loop terug. 'Zo, nu hebben we tenminste een beetje een leuk muziekje tijdens onze reis. Ik voel hoe de sfeer verandert zodra we weer gaan lopen. Ik dans een beetje met mijn voeten en de anderen lopen mee met het ritme van de muziek. We komen aan bij een verlaten huis en Boy ziet een voetbal. Een goed opgepompte bal deze keer. Hij pakt hem op en doet zijn tricks op de maat van de muziek. Ik lach en Donna ook. Donna zelf kan goed zingen en zingt mee met het nummer. Zo maken we lol en is alle vrees weer even weg. 

Die nacht slapen we bij dat verlaten huis. We zijn nog lang niet bij de plek waar Dominique zou moeten zijn, maar het is een begin. Donna die slaapt al maar ik en Boy zitten nog beneden. De stemming is gespannen en we kijken elkaar niet aan. 'Dena.' vraagt hij.

'Ja?'

'Bedankt voor de lol die je meebrengt, je doet dat zo goed. Je bent een goede vriendin!'

'Geen probleem Boy, ik probeer alleen niet altijd verdrietig te zijn.' We glimlachen naar elkaar en Boy geeft me een kus op mijn voorhoofd. Ik leun tegen hem aan en probeer in slaap te komen. Ik val in slaap en voel hoe Boy mijn hoofd op zijn benen legt en zelf ook probeert te slapen.

When the world endsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu