Hoofdstuk 4

818 38 15
                                    

LILY

"Pap zei als ik weg wil uit bed mag dat. En hij is de koning weet je nog. Hij zal wel weten waar hij het over hebt." Zeg ik expres. En het werkt, het woord 'koning' liet Jack een beetje angstig kijken en hij liet me door.

"Lily." Ik draai me om. Ik kijk Jack aan met een 'zeg-het-maar' blik. "Je mag inderdaad rondlopen, alleen vandaag nog niet naar school. En als je wil kan ik met je mee gaan." Verteld hij. "Dat is lief Jack, maar ik heb behoefte om even alleen te zijn. En geen zorgen, ik ben gewoon in de achter tuin."

Ja ja, ik weer dat het slecht is om te liegen. Maar ik wil weten wat hier aan de hand is. Sinds dat die kinderen van het eiland hier zijn gebeuren er rare dingen met mij. En ik kan er niet meer tegen. Dus ja, ik ga naar school.. En ik ga naar Mal, Carlos, Jay en Evie. Ik weet dat Jay en Evie er eigenlijk tot nu toe nog niks mee te maken hebben, maar misschien weten ze wel wat.

Misschien weten ze waarom ik me zo raar voelde toen ik voor het eerst in Mal's ogen keek, en waarom ik flauwviel toen ik in de ogen van Carlos keek. In zijn mooie ogen..

Oké, bij kennis blijven nu. Ik mag niet afdwalen.

Zodra ik op school aankom kijk ik gelijk om me heen. Ik kijk of ik ergens al een teken zie van Mal of de andere. Maar niemand. Er is niemand te zien. Ik ren gauw de school binnen en nog zijn ze nergens te vinden. Oké, mijn laatste kans. Het sportveld. Waarschijnlijk zal ik Evie of Mal daar niet vinden. En over Carlos twijfel ik eerlijk gezegd ook wel, maar om Jay daar te vinden in een grote kans.

Zodra ik op het veld aan kom kijk ik weer om me heen. En weer niemand te zien. Ugh! Waar kunnen ze nou zijn!?

"Zoek je iemand?" Hoor ik een bekende stem vragen. Het is Ben. Ik draai me naar hem om. "Hey. Nee ik zoek niemand. Ik loop gewoon even rond. Oh en alsjeblieft zeg niemand dat ik hier was oké?" "Oké, is goed. Maar hoezo mag niemand weten dat je hier bent? En is alles weer oké met je?" Vraagt Ben. Hij kijkt me bezorgd aan. Ik voel me rot.

Ik wil hem zo graag alles zeggen. Maar wat als hij me niet gelooft? Of als hij overbezorgd raakt? Hoe zal hij reageren? En het belangrijkste weet hij het misschien al? Moet hij me overhoren van pap?

Ik weet ik draaf een beetje door. Maar ik weet het gewoon even niet meer. Er zijn nu zoveel rare dingen gebeurd in een paar dagen. En dan die rare gesprekken van pap.

"Ik vertel het je nog wel. Echt waar. Maar voor nu moet je me vertrouwen oké? En ja alles is goed bedankt." Probeer ik uit te leggen. "Je maakt me nu best wel bezorgd." Zegt Ben. "Ik weet dat het raar is. Maar ik moet gewoon even iets uitzoeken. Zodra ik meer weet vertel ik je alles oké?" Ben knikt.

Ik wil net weglopen als ik me toch omdraai en Ben aan kijk. "Wat is er?" Vraagt hij lief. "Jij hebt niet toevallig Mal gezien he? Of Carlos?" Vraag ik rustig. "Hmm. Nee sorry. Waarom zoek je ze eigenlijk?" "Oh nee niks.. Laat maar." Zeg ik. Ik wil weg lopen als Ben me bij mijn arm pakt. "Wat?" Vraag ik nu een beetje geïrriteerd. "Toen je Carlos aan keek. Het leek alsof alles voor je verdween. Alsof er niemand om je heen was, behalve Carlos en je gedachtes. En toen viel je weg. Wat was er gebeurd? Waar dacht je aan?" Vraagt Ben serieus.

Om eerlijk te zijn? Ik weet niet meer waar ik aan dacht. Ik weet alleen nog dat ik in Carlos' mooie ogen keek en dat was het. Daarna werd ik wakker in mijn eigen bed.

"Ik.. Ik weet het niet. Sorry." Zeg ik zonder hem aan te kijken. Ben trekt me naar hem toe en houdt me stevig vast in een knuffel. "Als er iets is, zeg het dan. Ik zal er alles aan doen om je te helpen." Zegt hij. Ik geef hem een glimlach en knik. Dan laat hij me los en loop ik weg.

Ik hou mezelf verward vast. Ik wou dat ik wist wat er aan de hand was. Maar dat weet ik niet..

Ik besluit om even alleen te zijn. Ik wil even niemand om me heen, dus ga ik naar mijn favoriete plekje terug. Aan de kant van de zee, in het gras, tegen over Dwaaleiland.

Ik ga in het gras zitten en staar voor me uit. Allerlei vragen spoken door mijn hoofd.

Houdt mijn vader iets voor me achter? Waar gingen zijn gesprekken over? Heeft het allemaal wel met mij te maken? Wie weet er nog meer van? Zal mijn moeder het weten? Wat was dat rare maar fijne gevoel die ik kreeg door in Mal's ogen te kijken? Wat heeft zij ermee te maken? Zou ze me vervloekt hebben? Maar waarom viel ik dan flauw toen ik Carlos zag? Wat heeft hij ermee te maken? Zover ik weet kan hij geen magie doen, toch?

Dan word ik uit mijn gedachtes ontwaakt. Iemand is naast mij komen zitten en ik had het niet eens door, totdat hij begon te praten.

"Alles oké?" Vraagt hij. Ik kijk naast me. Het is Carlos. Hij kijkt voor zich uit. "Hoe heb je me gevonden?" Vraag ik. "Heb ik niet. Ik vond deze plek gisteren. Dit is een mooi uitzicht. Ik zat altijd op Dwaaleiland precies aan die kant naar Auradon te kijken. Precies vanaf daar." Zegt Carlos terwijl hij naar het eiland wees.

"Mis je je thuis?" Oh Lily.. Domme vraag! Hij kijkt me verdrietig aan. Onze ogen maken weer contact, en weer gaat er een raar gevoel door mijn lijf heen. Carlos merkt het. "Gaat het wel?" Vraagt hij terwijl hij me vast pakt om te voorkomen dat ik weer neer val.

"Ja ja, het is oké." Zeg ik. "Oké." Zegt hij terwijl hij me weer los laat. "Carlos?" Vraag ik. "Ja?" Hij kijkt me vragend aan. "De laatste dagen gebeuren er vreemde dingen." Zeg ik. "En.. Ik.." "En je denkt dat wij daar iets mee te maken hebben." Zegt Carlos snel. Hij klinkt teleurgesteld. "Dat bedoel ik niet." Zeg ik. "Tenminste niet op die manier." "Op welke manier dan hé?" "Carlos, ik bedoel het echt niet slecht. En het is niet alleen jullie. Maar toen ik en Mal elkaar in de ogen keken voelde ik me zo raar, er ging een raar gevoel heen door me lijf. Raar maar fijn. En toen ik net in jou ogen keek had ik precies hetzelfde, maar een klein beetje anders. En ik vind het raar, want ik heb dat nooit eerder gehad. En bij Jay en Evie had ik er ook geen last van en.."

Voor ik mijn zin af had kunnen maken heeft Carlos al zijn vinger op mijn mond gelegd. "Ssht." Zegt hij met een lach. Dan haalt hij zijn vinger weg. "Sorry, ik praatte weer is te veel en te snel." Zeg ik terwijl ik moet blozen.

"Ahw, kijk nou.. De tortelduiven zitten gezellig samen aan zee." Carlos en ik schrikken en draaien ons om, om te zien wie dat zei. Het is Audrey samen met haar 'populaire' vriendinnen. "Kijk je wel uit, Lily. Straks ga je ook stinken naar afval. Net als je hond daar." Zegt Audrey arrogant met een vuile lach.

My life is rotten to the core -- Carlos de Vil (compleet)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu