Hoofdstuk 28

536 33 13
                                    

LILY

"Ben wat ben je van plan?" Vraag ik nog steeds niet begrijpend voor wat Ben wil doen. "Papa moet het uitleggen. Aan het hele land. Hij is de koning. Hij kan tot ze doordringen." Legt hij uit.

Op zich heeft Ben gelijk. Papa is de enige die dat kan. Maar wil hij dat wel doen? Hij wou het mij al bijna niet vertellen. Waarom dan wel de wereld?

En alsof Ben mij gedachten kan lezen.. "Hij moet het wel zeggen. Er zijn zoveel geruchten. Hij moet de waarheid vertellen." Zegt Ben. Hij heeft en punt.

"Kom op." Zegt hij als we thuis aan komen. "Mam, waar is pap?" Vraagt Ben als hij zijn moeder ziet. "In zijn kantoor lieverd." "Dank je." Ben en ik rennen richting zijn kantoor.

Ben stormt naar binnen. "Ben? Lily? Wat is er?" Vraagt vader. "Je moet me helpen." Zeg ik. "Waarmee?" Vraagt hij. Ben legt het hele verhaal uit.

"Dat kan niet. Dat kan ik niet doen." Ik wist het! Ik wist dat vader het niet zou doen! Hoe kan hij me dit aan doen?

"U weet dat ik gepest word?" Vraag ik. Mijn vader kijkt me geschrokken aan. "Er word gezegd dat ik hier niet thuis hoor, maar op het eiland net als mijn moeder. U moet hier wat aan doen!" Roep ik.

Ik zie dat hij twijfelt. Alweer.

"U kunt Lily niet laten zitten." Zegt Belle terwijl ze binnen komt lopen. "Pap, help ons die geruchten de wereld uit te helpen." Zegt Ben. "Vertel de waarheid lieverd." Zegt Belle.

Hij kijkt ons allemaal om de beurt aan. "Goed dan." Zegt hij. En hij staat op. "Echt?" Vraag ik verbaasd. Mijn vader knikt. "Dank u!" Roep ik terwijl ik hem blij een knuffel geef. Hij knuffelt terug en laat me daarna los. "Ik ga het meteen regelen." Zegt mijn vader en hij vertrekt.

"Wil je kijken? Naar vader?" Vraagt Ben. Ik schud mijn hoofd. "Nee, dank je. Ik wacht het wel af." Antwoord ik.

Ben knikt. "Kom op." Zegt hij. We lopen vader's kantoor uit. "Ik denk dat ik even naar Carlos ga." Stel ik voor. "Wacht nog even. Tot dat pa zijn uitspraak heeft gedaan." Zegt Ben. Ik knik en ga met Ben in de woon kamer zitten.

Voor een tijdje is het erg stil. Hoe zal het gaan met vader? Accepteren de mensen het? Accepteren ze mij?

Na een tijdje komt mijn vader binnen. "Het is gelukt. De waarheid is eruit. De mensen waren geschokt, maar ze hebben begrip." Zegt hij. Ik sta op en geeft mijn vader weer een knuffel. "Dank je." Zeg ik.

Ik laat hem los en ren gelijk weg. Buiten kijk ik om me heen. Maar ik zie niemand meer staren of fluisteren. Tot dat ik die jongen weer tegen kom. Oh nee..

"Hey." Zegt hij. "Hoi." Zeg ik een beetje voorzichtig. "Sorry. Dat ik zo gemeen was." Zegt hij. Ik zucht van opluchting. Ik dacht even dat hij weer vervelend ging doen. "Het is oké." Zeg ik. "Maar ik moet nu echt gaan, sorry." En ik loop weer weg.

Na een tijdje zie ik Carlos met Doug staan. "Carlos?" Vraag ik als ik bij ze sta. "Ik laat jullie wel even alleen." Zegt Doug terwijl hij ons een knipoog geeft.

"Wat betekende dat?" Vraagt Carlos verbaasd. "Geen idee." Zeg ik met een lach. "Maar vertel? Wat is er?" Vraagt Carlos. "Niks, alles is oké." Zeg ik. "Ik wou je alleen bedanken. Voor alles. Je bent super. Echt waar." Zeg ik en geef hem een knuffel. "Voor jou alles." Zegt hij.

Ik hou hem stevig tegen me aan. "Lily." Hoor ik een bekende, maar irritante stem zeggen. Ik draai me om. Audrey. "Wat?" Vraag ik kwaad. "Sorry." Zegt ze dan. Ik kan mijn oren niet geloven. "Wat?" Vraag ik. "Ik wist niet dat het zo lag bij je. Met al dat gedoe. Dus sorry daarvoor." Zegt Audrey.

Wauw. Dit had ik nooit van Audrey verwacht. "Dank je." Zeg ik tegen haar. Dan loopt ze weer weg. Ik draai terug naar Carlos en geef hem blij nog een kus.

My life is rotten to the core -- Carlos de Vil (compleet)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu