Samuel zit op de bank. Sophie, zijn verloofde, staat tegenover hem. Luid schreeuwend en met veel gebaren maakt ze hem uit voor van alles en nog wat. 'Achterlijke idioot. Je kan toch niet zomaar een hele nacht wegblijven zonder mij te vertellen waar je uithangt? Wie denk je wel niet dat je bent?' Samuel is vorige nacht uit geweest met zijn vrienden. Dat doet hij vaker laatste tijd. Hij kan Sophie niet meer uitstaan. Ze is zo afhankelijk van hem, ze kan niets alleen. Ze zeikt continu over wat Samuel allemaal fout doet volgens haar. Hoe gaat hij het ooit met haar uithouden? Hij houdt het nu al amper meer vol, en ze zijn nog niet eens getrouwd. Hij denkt nog vaak terug aan de oude Sophie, de Sophie waar hij verliefd op is geworden. Maar die lijkt nu van de aardbodem verdwenen. Wanneer en waarom het fout is gegaan, dat weet Samuel niet. Maar hij weet wel dat hij er helemaal klaar mee is.
'Hallo? Sta ik tegen een muur te praten?' Sophie zwaait haar handen voor Samuels gezicht. Samuel kijkt haar enkel aan. 'Please Soof, kun je gewoon even je bek houden?' Ze fronst haar wenkbrauwen en haar mond valt open. Ze voelt zich diep beledigd, dat kan Sam wel merken. 'Pardon? Sinds wanneer praat een man zo tegen een vrouw? Bovendien ben ik niet zomaar een vrouw Samuel, ik ben je verloofde!' Samuel staat op. 'Precies ja, je bent mijn verloofde. Je bent verdomme mijn moeder niet.' Hij wilt weglopen maar voordat hij dit kan doen grijpt Sophie hem bij zijn arm en geeft hem een harde klap op zijn wang. Samuel moet zich heel erg inhouden om haar niet terug te slaan. Hij balt zijn vuisten, sluit zijn ogen en haalt diep adem. 'Nu ben je te ver gegaan. Ik ben weg hier.' Samuel draait zich om en loopt naar de gang. Hij trekt zijn Mason Garments aan en rukt zijn jas van de kapstok. Hij voelt even in zijn jaszak, en als hij zijn creditcard daarin voelt verlaat hij zijn huis.
Samuel loopt Hotel Conservatorium binnen, zijn favoriete plek om aan Sophie te ontkomen. Er zijn genoeg mooie dames om naar te kijken, dan denkt hij helemaal niet meer aan zijn irritante verloofde. Hij gaat aan de bar zitten en bestelt een drankje, wanneer de eerste vrouw al op hem afstapt. Hij bekijkt haar goed van top tot teen en komt tot het besluit dat hij geen zin heeft in haar. Wanneer ze met hem aan de praat probeert te raken, vertelt Samuel haar subtiel dat ze niet echt zijn type is. Een beetje verslagen loopt ze weer weg en Samuel haalt even lachend zijn neus op. Hij gooit zijn glas bier achterover en bestelt er meteen nog een.
Een half uurtje later is Samuel al aardig lam als hij naar de dansvloer wankelt. Hij kijkt rond en ziet veel vrouwen. Good. Hij begint wat te dansen als hij ineens een warme adem in zijn nek voelt. Hij draait zich om. Ze gaat met haar rug naar hem toe staan en zakt door haar knieën naar de grond. Als ze weer omhoog komt duwt ze haar kont flink naar achter. Samuel likt zijn lippen. Hij duwt haar dichter tegen zich aan en fluistert in haar oor. 'You're fantastic.' Ze grijnst enkel. 'I know,' fluistert ze terug naar hem. Sam legt zijn handen op haar heupen en danst met haar mee. Her moves, damn. Impressive. 'Mag ik je in plaats van een drankje ook een goede beurt aanbieden?' Ze deinst even achteruit maar moet dan hard lachen om Samuels slechte openingszin. Ze loopt een rondje om hem heen en bekijkt hem goed. Achter hem blijft ze stilstaan en ze gaat met haar handen naar zijn hals. Haar handen glijden zijn shirt in. 'Heb je een kamer hier?' vraagt ze. Samuel schudt zijn hoofd. 'Ik wel.' Samuel draait zich om en ze pakt zijn hand. Dan trekt ze hem de dansvloer af, de trap op, haar kamer in.