16. Lilly

39 2 0
                                    

“Mike!” Auww, ik struikel over een verdwaalde tak. “Mike, geef mijn mobiel terug!” ik kom op hem af. Hij zit op het picknick bankje waar we altijd met zijn drieën waren. Ik zie dat hij druk aan het typen is en kom op hem af rennen vanaf de schommel.(andere kant van het kleine parkje)Ik krabbel overeind en zet mijn sprintje weer in. Ik kom vol snelheid op hem af. Zonder af te remmen laat ik me op hem vallen, samen vallen we van het bankje af. Hij begint te lachen en geeft mijn mobiel terug. “Wat deed je nou?” “Oh, niks hoor…” hij kijkt me aan. Ik voel iets langs mijn wang glijden en voel dan Mike’s warme hand op mijn wang. “Ben je gevallen ofzo?” ik knik. “Zag je dat niet ofzo?” het kwam er botter uit dan bedoeld. Mike heeft nog steeds zijn hand op mijn wang. “je bloed.” Goh, geniale jongen die Mike… “Weet ik, dat voel ik.” Hij laat een flauwe glimlach zien. “Kom.” Zijn hand verlaat mijn wang en die voelt gelijk kouder aan dan net. Als ik nog steeds op de grond lig, pakt hij mijn hand en sleurt me overeind en loopt hij naar het bushokje. Zwijgend zitten we naast elkaar op het bankje. “Wat?”

“Ik”

“Wat wou jij zeggen?” ik kijk Mike nogal ongemakkelijk aan. “laat maar, je ziet het vanzelf.” En hij geeft me een knipoog. Ik haal mijn mobiel uit mijn zak, maar Mike pakt hem af en doet hem in zijn zak. “Waarom?” hij legt een vinger op zijn mond en gebaart dat ik de bus, die net aan is komen rijden in moet stappen. Ik sta op en loop richting de deuren. Loop het trapje op en ga ergens bij het raam zitten. Alle mensen staren naar mijn wang, ik weet het zeker, het prikt al die ogen op mijn gezicht. Mike komt naast me zitten en haalt zijn mobiel uit zijn zak, hij stopt zijn oortjes erin en begint muziek te luisteren. Verward kijk ik hem aan. Ik tik hem aan: “Mag ik ook?” verstoord kijkt hij op. “Niet lachen om mijn muziek smaak.” Hij kijkt me doordringend aan. Ik knik. Hij geeft me een oortje en ik stop hem in mijn oor. De eerste tonen van Taken, one direction vullen mijn oren, ik begin te glimlachen en Mike kijkt schamend opzij.

**

Ik word omhoog getrokken en meegesleurd naar buiten. Mike pakt mijn hand wat sterker vast. We lopen richting een of andere winkel. Hij koopt een paraplu en neemt me dan weer mee naar buiten. Zwijgend lopen we nog wat verder totdat Mike opeens stil staat en ik tegen hem aanbots. “Waar we naartoe gaan vind je vast geweldig. Vertel niemand hier iets van.” Nieuwsgierig knik ik mijn hoofd. “Sluit je ogen” ik doe wat me word opgedragen en voel dat hij me achter zich aan trekt. “We zijn er bijna.” Dan staan we stil. “Ga maar zitten” netjes ga ik zitten en wacht op wat er gebeuren gaat. “Kijk maar.” Voorzichtig open ik mijn ogen en zie een grote fontein die mijn zicht verpest. Ik voel een hand in mijn nek die mijn hoofd omhoog duwt. Het is ondertussen donker geworden. Ik kijk in een geweldige sterrenhemel. “WAUW” ik leun naar achter en leun zo op zijn borstkas. Naar boven kijkend, tel ik de sterren. “Ik vind het echt mooi.” Ik hoor hem gelukzalig zuchten.(? kan dat?) “Maar wat doen we nou hier.” Nu hoor ik hem zuchten maar niet gelukzalig meer. “gewoon dit wou ik je laten zien, gaan we naar huis?” ik schud nee en blijf nog even liggen.

 I-I-I know you’re still the one.

Mike geeft mij mijn mobiel en snel pak ik mijn mobiel op. “….” “Ja, ja is goed.”

“Mike, ik ben bang dat we moeten gaan.” Hij knikt en ik vang een glimp van teleurstelling op. We staan op en onderweg naar de bushalte zit er 5 meter tussen ons in.

**

“Het regent.” Echt waar joh, dat had ik nog niet gezien vanuit het raam….. nee ik ben aardig en zeg: “Ja, helaas.”

“Ik breng je wel thuis.” “Dankje” we stappen uit de bus en hij opent zijn paraplu die hij net gekocht heeft. Hij stapt op zijn fiets die nog bij het bankje stond en geeft zijn paraplu aan mij. Ik spring achterop en hou de paraplu boven onze hoofden.

“Dankje voor het thuis brengen. Ik geef hem een knuffel en loop richting de deur. “Ik spreek je!” hij springt op zijn fiets en racete ervandoor. Even vergeten dat ik zijn paraplu nog in mijn hand heb. Nouja. “Ik ben thuis!” ik gooi de voordeur dicht en hang mijn jas op aan de kapstok, schop mijn schoenen uit en haal een koekje met chocola uit de keuken en ren de trap op. Mijn mobiel geeft aan dat ik een berichtje heb en ik haal het ding uit mijn broek die doorweekt is van de regen. Een sms’je van Jasmin.

Meen je dit nou? Of niet?

Jasmin.

Huh? Waar heeft die het nou weer over en sinds wanneer durft ze me te sms’en? Ik lees ons gesprek terug en zie dat ik een bericht heb gestuurd, vanmiddag. Gr. Mike! Ik reageer niet. Ze moet eerst maar van die gedachte af dat ik heb verzonnen dat mijn ouders gaan scheiden. “Lilly!?” “JA!” voetstappen op de trap. Een deur die open word gegooid en een moeder die in de deuropening staat: “Alles gaat goed met Tim.” Even denk ik na. Ohja, het auto-ongeluk dat Jasmin en ik hebben gezien. “Gelukkig.” “ennuh, ik. Uhm, tja hoe zeg ik dit. We gaan verhuizen naar een leuke buurt.” Ik schrik. “NEE, hier woon ik dichtbij Mike, mam please laten we het niet doen!” “Mijn besluit staat vast.” Ze stampt mijn kamer uit. Ohja, staat jou besluit vast….?

Hoppa, weer een stukje, ik wil weten wat sharon in petto heeft, sorry dat het best lang duurde... waar zou ze gaan wonen en waarom? en gaat het door?

okay, vote/comment doe wat je wil

xxxx

Verslaafd aan jouWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu