HOOFDSTUK 9
Omdat de kerstvakantie eindelijk voorbij is, zit ik maandags weer in de schoolbanken. En omdat ik Eleanor niet wilde zien na het afzeggen van de verjaardag en haar een week lang in de duisternis heb laten tasten wat betreft de reden waarom ik het afgezegd had - ze weet de reden nog steeds niet-, neem ik plaats naast Sarah.
En Sarah is dus degene naast wie ik nu zit.
Ze doet in eerste instantie alsof ze me niet doorheeft, want ze tekent afwezig spiralen in haar wiskundeschrift en pakt af en toe haar rekenmachine om een som uit te reken en dat tien minuten lang, maar uiteindelijk kijkt ze ook opzij en haakt ze haar blik diep in de mijne.
'Goedemorgen, Parker,' begroet ze me, zonder te stoppen met mij aan te kijken. 'Leuke vakantie gehad?'
'Ja, was prima, hoor. De jouwe?'
Ik zet mijn tas ondertussen op tafel en haal mijn boeken en andere benodigdheden eruit om Sarah niet aan te hoeven kijken.
'Heel goed. Ik ben naar mijn opa in Canada geweest en heb daar kerst gevierd. Canada is een mooi land.'
Ik glimlach.
'Fijn.'
Er valt een stilte. Sarah weet niets meer te zeggen; ik ook niet. Ik kijk naar de tafels en stoelen en focus mijn blik aanwezig op de rugleuning van een houten schoolstoel. De stoel van Zed.
Ik blijf kijken, laat mijn ogen over zijn rug glijden, naar zijn nek, richting zijn bruine, verwilderde haren, die rond zijn hoofd springen. In mijn hoofd wens ik dat ik hem nooit meer hoef te zien, dat ik dat verrekte gave kapsel, die perfecte rug en prachtige nek nooit meer hoef te zien - stiekem hoop ik zelfs dat hij stérft. Hij verdient het.
'Park-a-boy,' sist Sarah plots naast me, waarmee ze de stilte doorbreekt. 'Ik weet alles, Park-a-boy.'
Ik word wakker uit mijn dagdroom, mijn gedachtegang, en kijk haar verward aan.
'Huh?' stamel ik. 'Wat bedoel je, Sarah?"
'Je vakantie was helemaal niet zo leuk, hè. Zegt dit je iets?' vraagt ze zachtjes, waarna ze met haar voortanden op elkaar en haar lippen miniem van elkaar, fluistert: 'Park-a-boy, Park-a-boy.'
'Moet ik eerlijk zijn? Nee, Sarah, het zegt me niets.'
En ik weet het echt niet. Wíst het echt niet.
Want dan dringt het tot me door. Park-a-boy. Mijn blog. Mijn anonieme account op tumblr. De naam die onder alle posts staat die ik met de digitale snelweg en alle berijders van die weg deel. De naam die onder alle posts van het afgelopen halfjaar staat.
De naam die onder de posts staat over mijn geworstel met mijn geaardheid.
Ik spring overeind, grijp mijn boeken van tafel, raap mijn tas van de grond en excuseer me. Ik moet hier weg.
'Parker, nee! Ik wilde je helpen!' roept Sarah me door het klaslokaal na.
Maar ik ben al weg. Want ik ben een dramaqueen, denk ik.
Het meer is rustgevend. Het water is helder, vloeibaar, zacht en het ruikt naar helemaal niets. Gewoon niets. Het is perfect om je lichaam in te werpen.
En het is de perfecte plek om je gedachten te verliezen.
JE LEEST
Parker
Teen Fiction☆ Winnaar van de Wattys 2016, categorie 'baanbrekend'! ☆ Wanneer aan Parker doodleuk door een klasgenoot gevraagd wordt of hij homo is, stort Parkers wereld in elkaar als een wel érg instabiel kaartenhuis. Want is hij eigenlijk homo? Valt hij op...