ESPRESSO EN DE TERE OORTJES
Ik ben helemaal niet in voor Henry's schunnige grappen vandaag, maar hij maakt ze toch. Volgens mij is aan mijn gezichtsuitdrukking echt wel te zien dat ik hartstikke geprikkeld ben.
Heel erg, hartstikke vreselijk, enorm en immens geprikkeld.
'Moet je dat tongetje van dat koffie mormel van 'ie eens zien,' bromt Henry op een lage, haast onverstaanbare toon tegen mij terwijl ik een nieuwe lading mayonaise in de schappen zet. Henry heeft Espresso in zijn armen en plaagt het katje uitdagend met zijn vingers door in haar buikje te porren. Espresso steekt op haar beurt haar tongetje aan één stuk door naar buiten en likt af en toe onverwachts Henry's wang. 'Dat tongetje is net zo lang als jouw kleine babyworstje!'
Ik negeer Henry en ga stoïcijns verder met het plaatsen van de glazen mayonaise flessen in het schap. Het schap mag overigens wel een keertje schoon gemaakt worden: er liggen achterin het rek wat lege koffiebekertjes en beschimmelde blokjes kaas, waarvan ik geen idee heb hoe ze er zijn gekomen. Ik ga het schap tenminste niet schoonmaken, dat weet ik wél.
'Hé, verdomme! Houd dat tongetje eens een keer in 'ie bek, vieze kat!'
Espresso ploft miauwend op de grond wanneer Henry haar in een reflex van hem vandaan gooit.
'Gadverdamme!' bromt hij luidkeels, terwijl hij met de mouwen van zijn werkshirt zijn wangen van Espresso's slijm ontdoet. 'Leer dat beestie eens hoe ze haar tong binnen moet houden, Parker.'
Ik zucht geïrriteerd en snauw een tikkeltje onbeschoft, maar wel terecht, tegen mijn baas: 'Als je dat likken zo irritant vind, had je me maar niet moeten vragen of Espresso mee kon komen om klanten te trekken, Henry. Dat is lekker je eigen schuld. Niet zeiken.'
Espresso kruipt ondertussen voorzichtig over de tegels naar mij toe en wrijft met haar hoofdje langs mijn been. Henry kijkt toe en schudt ongelovig zijn hoofd. Ik ga rustig verder met het vullen van het schap.
'Ze mag me gewoon niet,' protesteert Henry wanneer Espresso verder bij mij op schoot klimt en daar rustig gaat liggen. 'Ze mag me verdorie gewoon niet. Nou ja, zeg. Die kat gaat mie nooit liefde geven. Weet je wat? Ik ga wel weer naar mien kantoortje video's kiek'n.'
Nu is het aan mij om ongelovig mijn hoofd te schudden. Hoe onschuldig Henry het ook laat klinken, video's kijken hoeft niet zozeer onschuldig te zijn. Video's zijn helaas niet altijd de definitie van onschuldig. En dat wordt nog eens bevestigd wanneer Henry weer in zijn kantoortje plaatsneemt en zijn ouderwetse computer opstart, om vervolgens zijn favoriete sites te bezoeken. Ik hoor alles, geloof me. Niet alleen ík hoor alles, de klanten ook.
Espresso vouwt haar tere oortjes beschermend naar binnen wanneer de zoveelste kreun en het zoveelste gehijg door de winkel klinkt.
Zodra ik alle vakken netjes gevuld heb en sommige gangpaden met een dweil en schoonmaakmiddel ontdaan heb van vieze vlekken op de vloeren en alles dus weer helemaal glanst en blinkt in het zonlicht, neem ik uitgeput plaats achter de kassa. Er lopen een paar klanten in de winkel die grote boodschappen in de nogal kleine winkel doen en mijn hulp niet nodig hebben en Espresso wordt geaaid door een schattig jong meisje – dus ik neem even de tijd om uit te rusten en naar buiten te staren. Mijn blik glijdt continu naar het grote kartonnen bord in de vorm van een kat dat Henry gemaakt heeft om de aanwezigheid van Espresso te promoten, maar af en toe lukt het me om mijn blik van het afstotelijke ding af te wenden en naar de parkeerplaats te staren waar auto's af en aan rijden. Op de automatische piloot reken ik ondertussen de goederen van klanten af en stop ik de producten in verantwoorde papieren zakken en wanneer het dan eindelijk rustig is in de winkel en er eigenlijk geen klant meer loopt, val ik in een diepe slaap. Volgens mij is er al een uur verstreken wanneer Henry mij wakker schudt en me meedeelt dat hij naar de Burger King gaat om wat eten voor hemzelf te scoren.
JE LEEST
Parker
Teen Fiction☆ Winnaar van de Wattys 2016, categorie 'baanbrekend'! ☆ Wanneer aan Parker doodleuk door een klasgenoot gevraagd wordt of hij homo is, stort Parkers wereld in elkaar als een wel érg instabiel kaartenhuis. Want is hij eigenlijk homo? Valt hij op...