14. Ik wil de waarheid en alleen de waarheid.

4 0 0
                                    

Wie ben ik? Is dat niet de vraag die iedereen aan zich zelf vraagt? Niemand denkt echt na over deze vraag alleen op het moment dat je het even niet meer ziet zitten.

Ik werd wakker op het bed. Toen ik naar buiten keek zag ik dat het avond was. "uhh..... wat is er gebeurt...." fluisterde ik. Een gniffel klonk en aan me linker kant. "We waren aangevallen.... dat is er gebeurt...." ik keek naar me linker kant en zag daar de jongen zonder naam. "Het duurde je lang genoeg om waker te worden" hij leek het erg grappig te vinden. "Wat..... ow wacht we zaten in de bad kamer en....... alles werd zwart" hij pakte een glas en schonk wat water in het glas. "Ik ben blij je iets herinnert" hij gniffelde en gaaf me het glas. Ik naam een slok water. Ik hoopte dat dit allemaal een droom was maar dat was het allemaal niet. Deze wereld is echt en de mensen in deze wereld ook. Daarbij ik dus ook, er stroomde tranen over me wangen. De jongen zonder naam zag dat en kwam naast me op het bed zitten. "Wil je hier weg gaan" vroeg hij. Ik kon hier geen antwoord op geven gek genoeg. Hij stond weer op een liep een stukje de kamer in.

Ik stond op. We liepen samen naar het raam waar een raam bank in zit. We gingen samen zitten. De tranen liepen nog over me wangen. "Rustig maar ik..... we helpen je hier". Maar hoe kan ik rustig zijn als ik niet eens weet wie ik ben of de mensen die om me heen zitten en die ik min of meer moet vertrouwen, wie zijn zij eigenlijk? Allemaal verschillende gedachtes gingen door mijn hoofd. Ik keek naar hem hij keek terug met een rustige blik. "Gaat het?" Terwijl hij dat vroeg haalde hij de tranen die over me wangen heen liepen weg. Ze handen waren warm maar op een fijne manier. Het gaaf me een thuis gevoel. Ik heb eerlijk dit gevoel niet vaak alleen als ik op me kamer ben. Het huis waar ik in woon kan me gestolen worden, deze plek hier voelt gek genoeg aan alsof het me thuis is. Ik deed me ogen dicht, op dit moment wou ik dat de tijd steel kon zetten en dat ik hiervoor altijd kon blijven.

"He blijf je wel wakker anders val ik ook in slaap" ik keek weer op en zag de jonge zonder naam met een aardige lach naar me kijken. "Sorry.... Ik ben gewoon moe denk ik" hij knikte. Ik ging weer recht zitten want blijkbaar was ik op zijn schouder gaan liggen. Hij lachte een beetje "He dat mag jij niet zeggen je hebt net zowat 3 uur geslapen" hij keek me met een lachend gezicht aan. Ik leunde naar het raam toe een keek naar buiten. Er was een prachtige blauwe lucht buiten die ik nooit eerder heb gezien. De sterren blonken feller dan op aarde. "Ik wou eigenlijk wat aan je vragen.... Nivis ze noemde je Jace.....eh...... in ieder geval dat dacht ik.......maar....... Is dat je naam?" Hij keek me aan. Ik zag hem denken over wat die moest zeggen. Ik voelde het steeds meer ongemakkelijker worden..... Misschien was het niet eens zijn naam. "Het spijt me ik dacht dat je misschien zo zou hete maar als je er niet over wil praten is dat oké" ik stond op om een deken te pakken want ik had het onwijs koud. "Je hoeft niet weg te gaan" de jonge zonder naam of hoe die dan ook heet stond op en pakte me bij me arm. " Eh..... Ik wou niet weg gaan maar ik heb het erg koud..... Kan ik ergens iets van een deken halen?" Hij keek verast. Hij liet me arm los. Hij liep naar het bed trekte de dekens van het bed af en daarna pakte hij mijn hand. We liepen weer naar hetzelfde bankje. Ik ging eerst zitten. Ik stond nog een tijdje ik durfde niet goed, maar toen ik maar toch zitten. Hij legde het deken over mij heen. Het bleef een tijdje stil.

"Nivis had het recht niet om dit aan jou te vertellen maar ik, ja mijn naam is Jace die naam heb ik gekregen toen ik voor het eerst hier kwam van Nivis na dat ze me die naam gaaf verdween ze"
dat was dus het uitgescheurde deel van het boek. Zijn naam die zij wou geven ontbrak alleen en dat was dus Jace.
"Op een één of andere manier betekende Nivis in die tijd veel voor me, misschien omdat niemand vertrouwen in me had behalve zij. Ze probeerde me te begrijpen en ze wou alles weten wat ik al wist, dat was weinig want ik herinnerde alleen dat ik wakker werd in een grasveld"
Dit moet zo moeilijk voor hem geweest zijn. Op dit moment wist ik niet goed wat ik moest doen of vragen maar ik vroeg alsnog wat.
"Hoe oud was je toen???".
"Ik gok 7 maar ik weet dat niet zo goed".
Wacht even hij weet dus niet eens hoe oud die eigenlijk is. Hij herinnerde zich dus echt helemaal niks.

"Toen ik voor het eerst in dit kasteel kwam leerde ik Ivy kennen. Ze stelde me daarna voor aan -de negen- daarmee bedoelen ze de negen beschermers van dit land".

Dit weet ik al..... Hoe moet ik hem vertellen dat ik dit al weet.......

Moon girlWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu