{Dalila.
Daar sta ik dan, tegenover mijn Surinaamse en Dominicaanse grote liefde Tyrone.
'Ga je er echt alles aandoen om mij voor jou te winnen?' vraag ik zuchtend.
Hij knikt. 'Ik heb er alles voor over om jou aan mijn zijde te hebben Dalila. Ik laat dit niet zomaar afpakken.'
Een traan verlaat mijn oog, over mijn wang op de grond. Huilend kijk ik hem in zijn mooie groene ogen aan.
Vanwege mijn Marokkaanse afkomst, mag ik niet trouwen met een niet-Moslim.
Tyrone is géén Moslim, maar ook geen lichtgetinte of blanke man.
Ik pak zijn stevige hand die ik klem rond mijn vingers.
Hij veegt met zijn andere hand mijn tranen weg die zijn weg al hadden bevonden over mijn wang.
Hand in hand lopen we naar een bankje in dit rustige park. Niemand die ons ziet of herkend, alleen Dalila en Tyrone.
~
Zuchtend word ik wakker en neem gelijk een douche als ik al mijn moeder haar zeurende stem hoor.
Vandaag wordt mijn hand gevraagd en ik heb er echt geen zin in. Ik moet me voor iemand mooi maken, die ik niet eens wil leren kennen.
Ik wil mezelf mooi maken voor Tyrone en niet voor deze man. Ik weet zijn naam niet eens meer. Ik weet alleen dat het een Marokkaanse familie is.
Ik spuit een klodder shampoo in het kommetje van mijn hand en doe de dop weer dicht. Mijn hand zet ik in mijn haren en begin te wrijven.
Na het inwrijven van de shampoo in mijn haar laat ik het even rusten en erin zitten.
De warme stralen vallen over mijn lichaam naar beneden, precies zoals hoe ik mij voel.
Ik kan wel uren lopen huilen, ik ben 20 jaar geworden en trouwen stond nog niet op het lijstje bij mij.
Vorige maand toen de aankondiging kwam dat er een Marokkaanse familie mijn hand ging vragen, heb ik er uitgegooid dat ik al een jaar een relatie heb met een donkere man.
Een man dat mijn hart sneller laat kloppen, een man van zijn woorden, een man van zijn daden en een man waar ik zielsveel van houd.
~
{Flashback.
'Dalila, kom eens beneden.' roept mijn moeder luid vanaf de trap.
Strompelend loop ik de trap af en bekijk de schilderijen aan de muur. Ik bewonder ze elke keer dat ik langs loop.
Die schilderijen zitten vol met herinneringen en inspiratie, prachtig.
Mijn hand laat ik erop wrijven en ik voel aan het kunstwerk. De deur gaat weer open en nu staat mijn vader naast me.
Kijkend naar wat ik aan het doen ben word ik verstoord door een luide stem.
'Dalila, wat sta je nou te treuzelen. Ga nou naar de woonkamer.'
Verschrikt draai ik mij om en kijk in de donkere ogen van mijn vader. Voorzichtig haal ik mijn vinger van het schilderij af.