• Hoofdstuk 27.

1K 50 7
                                    

{Dalila.

Samen met Imrane zit ik op een bankje in het parkje dichtbij het ziekenhuis. Ik ben nog steeds het verhaal aan het verwerken over wat er gebeurd is met Naoufel. Nu ik er zo aan denk, ben ik blij dat alles goed is tussen Naoufel en mij. InshAllah zal dat nooit veranderen. 'Hoe voel je je nu?' Vraag ik Imrane met een kleine glimlach. Ik vind het zo zielig voor hem, dit is voor hem een blijvende trauma. Dit zal voor altijd op zijn netvlies geschreven blijven staan. 'Jawel.. jawel.. beetje aan het nadenken over wat er is gebeurd.' Ik knik zachtjes naar hem. 'Maar Dalila. Als er iets is, ik ben er voor je. Ik ken Naoufel al mijn hele leven, hij zou het mij nooit vergeven als ik je zou achterlaten.' 'Dankjewel Imrane.. dat waardeer ik echt van je.' Naoufel heeft echt de beste vriend. Voor zover ik Imrane ken is het een hele goede lieve jongen met de juiste hoeveelheid respect en manieren. Hij draagt de juiste normen en waarde met zich mee.

Na een tijdje gepraat te hebben in het parkje, besluiten we terug te lopen naar het ziekenhuis. Het is ondertussen bijna 3 uur en iets na 3en zou de dokter langskomen voor verdere informatie. Ik hoop op goed nieuws, maar ergens diep in mijn hart ga ik uit van iets negatiefs. Ik weet dat ik dat niet zou moeten doen, maar dat gaat eenmaal zo. Om het ziekenhuis binnen te komen moet ik eerst via een draaideur, zodra ik binnen ben kijk ik naar een winkeltje naast me. Ze verkopen van die helium ballonnen. Ik besluit er alvast een te kopen voor Naoufel.

Met een ballon in mijn hand loop ik Imrane achterna naar de juiste afdeling. 'Allah, alstublieft. Laat er positief nieuws uit komen...' bid ik met mijn gedachte. Ik kijk naar mijn trouwring. Naoufel.. you better stay alive. 'Zal ik een stoel voor je pakken?' Ik knik naar Imrane en gelijk is hij de kamer uit om een stoel te pakken. Zuchtend kijk ik uit het raam naar buiten in Naoufel zijn kamer. Een traan glipt naar beneden over mijn wang maar al snel veeg ik die weg. Wanneer ik me omdraai kijk ik naar een lege kamer. Voorlopig zal Naoufel hier nog niet liggen denk ik..

'Goedemiddag, mevrouw El Idrissi.'

'Goedemiddag.' Mijn ogen gaan richting de deur van de kamer. Uff Imrane, waar ben je gaat er door mijn gedachte. 'Kunnen we nog even wachten op iemand? Hij was even stoelen halen, hij kan elk moment terug zijn.' De dokter knikt en leest nog even zijn kladblok door. Net wanneer ik Imrane wil bellen, komt hij de kamer ingelopen. Hij plaatst de stoelen snel neer en ik neem gelijk plaats. De dokter neemt mijn plek over bij het raam en Imrane komt naast mij zitten.

'Goedemiddag, meneer.' Imrane en de dokter groeten elkaar en dan doet de dokter zijn bril op. 'Allereerst, heel veel sterkte met wat er gebeurd is. Zoiets wens je niemand toe.' Imrane en ik knikken beiden en gelukkig nam hij het woord.

'Naoufel is op dit moment in een kritieke toestand. Dit betekent dat het nog niet echt gaat zoals wij hem willen hebben. Zijn toestand moet uiteindelijk op stabiel komen.' Hij leest zijn kladblok verder en denkt even na hoe hij verder gaat vertellen. 'We hebben zijn hele lichaam onderzocht en er is duidelijk iets mis met zijn hart, hersens en longen.'

'Aan zijn hart is hij gedotterd, zijn hart is dus nu vrijwel compleet genezen. Door zijn longen krijgt hij bijna geen zuurstof binnen, wat ervoor zorgt dat zijn hersens niet normaal kunnen functioneren. Naoufel is ook niet instaat op dit moment om zelfstandig te kunnen ademen. Dit houdt in dat wij hem voorlopig in een coma houden, zo lang mogelijk, wat goed is voor hem.'

Mijn hart brak. In coma. Dat betekent dat hij nu niet spraakzaam is en niet kan kijken of bewegen. Letterlijk helemaal niks. Hoe ga ik dit overleven in mijn eentje in huis zonder Naoufel.

'We weten niet hoelang wij hem in coma gaan houden, daar heeft niemand een exact antwoord op. De ene keer straalt het positiviteit uit en de andere keer negativiteit. De reden dat wij hem in coma zullen houden is om hem de beste herstel te geven die hij nodig heeft. Dit zorgt ervoor dat de kans tot een handicap of een andere aandoening verminderd en hij dus meer kans heeft om weer een gezond leven aan te gaan zonder verdere complicaties.'

'Dus hij kan er gezond uitkomen?' 'Dat kan zeker, meneer. Maar de vraag of dat lukt, is een ander verhaal. Daar heeft niemand antwoord op. Het ligt helemaal aan Naoufel zijn lichaam zelf..' Gebroken knik ik na elke zin die de dokter zegt. Ik heb gewoon geen woorden hiervoor. Om dit te verwerken, gaat nog wel even duren. 'Kunnen wij hem misschien eventjes zien?' Aarzelend kijkt de dokter ons aan. 'Hmmm.. eventjes, maar niet te lang. Hij heeft nu rust nodig.' Samen met Imrane achtervolgen wij de dokter naar de Intensive Care waar Naoufel 'onder bewaking' ligt. In het raampje zie ik hem al liggen. Zo zielig.. zo, zoo, levenloos gewoon. Er zit letterlijk geen beweging in. 'Zou hij ons kunnen horen?' Vraag ik met een stotterende stem. 'Die zekerheid kan ik je nooit geven, maar het komt wel eens voor dat een patiënt weet wat je allemaal hebt gezegd, zodra hij uit zijn coma is. Dus de kans is er zeker wel.'

De dokter verwijst ons naar binnen en met een glimlach begroet ik de dokter die daarna de deur sluit. Imrane en ik lopen gezamenlijk op Naoufel af. Het is fijn dat ik Imrane om me heen heb en ik dit niet alleen hoef te doen. Het is toch een soort, hoe zeg je dat, een schouderklopje wat iemand je geeft. De moed en hoop dat hij uitstraalt en een hoop positiviteit wat er van zijn gezicht is af te lezen.

Naoufel ligt op een ziekenhuisbed met een dekentje om zich heen. Hij heeft letterlijk overal slangetjes. Aan zijn handen, armen, borst, nek, schouders, hersens, in zijn neus heeft hij zuurstofslangetjes en in zijn mond heeft hij een groot apparaat, een beademing. Dat apparaat zorgt ervoor dat Naoufel kan blijven ademen, zonder daar iets voor te doen. Het doet me pijn hem zo levenloos te zien liggen, Wollah.. Geen woorden voor. InshAllah komt hij hier snel uit én gezond.

Langzaam pak ik Naoufel's hand vast en buig me door de slangetjes heen om hem een kus op zijn wang te geven. Even voelde ik een zacht knijpje in mijn hand. 'Hij kneep net in mijn hand.' Zeg ik met een grote glimlach en glazige ogen tegen Imrane. Imrane kijkt mij ook blij aan en pakt Naoufel zijn andere hand vast. 'Je vrouwtje en ik zijn bij je broer.' Zegt hij op een kalme toon. Naoufel knijpt weer in onze handen en Imrane kijkt gelijk op. 'Voelde je het?' Vraag ik. Hij knikt. 'Dit geeft me weer een beetje hoop.' 'Mij ook.' Ik kijk nog even snel op mijn horloge en zie dat het alweer bijna 4 uur is. Het is tijd om zometeen naar huis te gaan, bezoekuur is bijna voorbij. 'Ik ga alvast. Ik wacht beneden op je.' Ik knik naar Imrane en houdt mijn ogen op Naoufel gericht.

'Hou vol broer. Het komt allemaal goed. Ik let op je vrouwtje.' Imrane knijpt nog even in zijn hand en geeft Naoufel een kus op zijn voorhoofd. Wanneer Imrane de deur uitloopt, heb ik even de tijd om mijn emoties te uiten aan Naoufel. Na dat geknijp, heb ik een vermoeden dat hij ons kan horen en daar ga ik ook zeker gebruik van maken. Nog steviger pak ik zijn hand vast en streel zachtjes over de rug van zijn hand.

'Ik hou van je Naoufel. Ik blijf bij je, voor altijd. Alleen jij moet je sterk houden en niet opgeven. Je bent sterk, dat weet ik...' Mijn ogen beginnen glazig te worden. 'Ik mis je nu al Naoufel.' Huil ik een beetje. 'Wat moet ik nu zonder jou? Niemand weet hoelang dit gaat duren. Wat als het 3 jaar duurt? 5 jaar? 10 jaar? Of voor eeuwig..' Een traan valt op zijn hand. 'Ik durf het eigenlijk nooit te zeggen, maar nu je niet terug kunt reageren en het waarschijnlijk toch weer gaat vergeten, ben ik niet zo bang.' Ik slik eventjes mijn brok weg en kijk Naoufel aan. 'Je bent het beste wat mij is overkomen en samen gaan we hieruit komen. Ik zal je steunen en gek maken uit liefde tot je helemaal gek van me wordt, Naoufel.' Ik druk een laatste zoen op zijn voorhoofd en wang en een laatste streling over zijn hand en dan verlaat ik de Intensive Care. Met tranen in mijn ogen loop ik de gang door zoekend naar Imrane.

-

'Imrane.' Zijn hoofd draait zich naar mij toe en ik kijk hem in zijn ogen aan. 'Dankjewel dat je de beste vriend voor Naoufel bent, een betere vriend kan hij zich niet wensen. En bedankt dat je er voor mij bent en ik uiteraard voor jou..' Hij glimlacht lief naar mij en dan stopt hij voor de deur van mijn huis. 'Dat is niks Dalila. Ik hou je in de gaten. Als er iets, je hebt mijn nummer.' 'Dankjewel.' Zeg ik en stap de auto uit opweg naar mijn voordeur. Wanneer ik bijna binnen ben zwaai ik nog even naar Imrane die daarna gelijk wegrijd en ik sluit de deur. Ik ben wel toe aan een lekker, warm en een goedruikende bad.

Uitgehuwelijkt maar niet gelukkig.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu