The Ending, part 1

65 9 6
                                    

Pov: Licana
Ik zie de meisjes zweten. Het doet me goed. Ze kijken allemaal naar Nalivia. Sommigen doodsbang, sommigen brutaal. Nalivia steekt haar arm uit en ik zie al waarom. Een klein rood, glibberig wezentje glijdt langs mijn voet naar haar lichaam en klimt op haar arm. Nalivia grijnst gemeen naar de meiden en draait zich naar mij. 'Mooi werk Licana. Ga het wapen maar halen.' De meisjes kijken elkaar angstig aan en Nalivia grinnikt. Ik draai me om en ren weg.

Nalivia:
De meisjes zijn bang. Ik kan hun angst bijna ruiken. Pythor wiebelt onrustig. 'Sssjjt, je krijgt zo eten.' Als ze elkaar weer angstig aankijken lach ik. 'Zijn jullie nou echt zo dom dat jullie denken dat ik jullie aan Pythor wil voeren? Dat zijn jullie niet waard.' Als ik achter mij gerommel hoor draai ik me om. Ik verwacht Licana te zien, maar ik zie niemand. 'Pythor, het eten is vroeg aangekomen...'

Yantila
Ik zie het licht dat door het raam komt op de rug van de rode slang weerspiegelen. Hij glijdt me voorbij. Verlegen klop ik op de deur. Nalivia doet open. Ze kijkt naar mij alsof ik het uitwerpsel van een stinkdier ben en vraagt: 'Wat doe jij hier?' Ik krijg kippenvel van haar koude stem. 'De elven hebben me gestuurd om te kijken waar Licana bleef... Ze wisten niet dat ze hier zou zijn. Sorry dat ik stoorde...' Nalivia haalt haar neus op. 'Licana doet er wel lang over het wapen te halen... Ik zal kijken waar ze blijft. Jij, houdt de wacht.' Ik gehoorzaam en ga naast de vastgebonden meiden staan.

Als Nalivia weg gaat hoor ik een van de meiden vragen: 'Yantila?' Ik kijk om en zie dat het het meisje met een bril is. 'Ik ben gekomen om jullie te redden. Ik wist alleen niet dat... Zij hier zou zijn. Nu kan ik bijzonder weinig voor jullie doen, sorry!' 'Je kan vertellen waar we zijn.' Zegt het meisje met oranje/bruin haar. 'Jullie zijn in de achterkamer bij de baron. De witte wieven zouden hier eigenlijk ook moeten zijn...' Plotseling zie ik een hoofd om de hoek van de deur steken. Het is Pythor die zichzelf groter heeft gemaakt. Ik stop abrupt met praten. Pythor kan alles horen en het aan Nalivia vertellen. De meisjes lijken het te begrijpen, aangezien ze stoppen met praten.

Licana:
Ik kan dat stomme wapen niet vinden. Ik zoek in alle kamers van het bijgebouw van de Python. Waarom haalt dat wijf haar eigen spullen niet. Ik schrik van mijn gedachte. Ze is mijn meesteres, zonder haar zou ik niet leidster van de elven zijn. Natuurlijk, we hebben een koning, maar die doet ook geen ene shit.

Plotseling gaat de deur achter mij open. Ook al hebben elven een sterker gehoor dan de meeste wezens, Nalivia laat geen voetstappen achter. 'Ik... Ik kan het niet vinden meesteres...' Nalivia trekt een wenkbrouw op, grabbelt in een kist die ik al minstens drie keer heb doorzocht, en houd een klein blokje omhoog. Ze heeft die moedermagie dat je alles kan vinden ook al heb je daar al honderd keer gekeken. 'Kom.' Zegt ze en ze loopt weg.

Nalivia:
Nadat we terug zijn gegaan naar de baron en ik aan Licana heb uitgelegd waarom Yantila er is, kan het ritueel eindelijk beginnen. Ik pak het kleine doosje en roep Pythor. Het eerste wat ik nodig heb om het wapen te activeren is pythonspeeksel. Velen weten niet waarom, aangezien Pythons niet giftig zijn, maar het om familie-eer. Pythons zijn erg belangrijk.

Het tweede is een vingerafdruk van een verrader. Ik kijk Yantila aan. Al vanaf de seconde dat ik voetstappen hoorde wist ik dat ze van een verrader of verraadster waren. 'Yantila, kom eens hier.' Zeg ik scherp. Gehoorzaam loopt ze naar me toe. 'Zie jij ergens een vlekje op het wapen? Pythor heeft me per ongeluk in mijn oog geprikt en nu wil ik weten of ik nog een goed oog heb.' 'Ehhh, er zit er hier een...' Yantila legt haar vinger precies op de goede plek.

En als laatste... Een mensenziel. En nu heb ik er zes voor me zitten. Ik knip met mijn vingers en wijs naar het touw. Pythor glijdt naar de touwen en bijt ze los. Hij is dan wel niet giftig, maar hij heeft grote, scherpe tanden. De touwen vallen in een keer los en de meiden halen allemaal diep adem. Blijkbaar zat het touw heel strak. Nu moet ik kiezen wiens ziel ik wil... Nou ja, waarom neem ik ze niet allemaal? Het zou alles alleen maar sterker maken.

Ik klik op een knopje op het wapen, en die schiet een straal naar de voorhoofden van de meiden. Langzaam voelen ze allemaal dat er iets mis is. 'Nou meiden, dit is dan het einde. Als ik al jullie zielen heb opgezogen, zal de Efteling blijven leven. Voor altijd!' Mijn inmiddels rode ogen beginnen lichtgroen licht te geven terwijl de meiden steeds zwakker worden. Het wapen trilt zacht in mijn handen en er begint wind te waaien in het gebouw. Licana grijpt Yantila en trekt haar naar buiten, zodat ze veilig zijn. Net op het punt dat hun zielen echt beginnen af te brokkelen en naar mij te stromen door de stralen die nog steeds met hun voorhoofden verbonden zijn, voel ik een ijskoude windvlaag en hangt alles stil.

???
Opeens waait er een ijskoude windvlaag voorbij. Alles hangt stil. Ik zie de zes meisjes die er eerder waren, twee elven en een schepsel dat alleen maar slechte golven afgeeft. Nalivia. De situatie is ernstig.

Iedereen is bevroren. Nalivia hangt in de lucht en haar ogen zijn weer normaal lichtgroen, zoals altijd. Licana, de leidster van de elven en de hoogste rang na hun koning, heeft Yantila, een jonge elf, bij haar jurk vast. De meiden zitten op de grond en zijn erg bleek. Het enige wat iedereen kan doen is hun ogen bewegen. Al hun zintuigen werken nog.

Niemand wist aan welke kant wij stonden. Nalivia kan ons niks doen, maar wij kunnen anderen ook niks doen. Tenzij ze in ons terratorium komen. Wij, de witte wieven, beschermen onze goudmijn en alles er om heen tegen al het kwaad, en die meiden hebben niks gedaan. Het is tijd om te laten zien wat wij kunnen doen.

De Efteling Leeft ~ voltooid ~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu