"Pang," galmt er door het steegje. Het wordt even stil en de man valt dood neer. Grijnzend legt mijn neef Max de man wat uit het zicht. Hij legt hem achter een vuilnisbak neer. Vervolgens stopt hij tevreden zijn pistool in zijn broekzak.
Zelf tril ik nog wat na, maar dat laat ik niet merken. Langzaam stop ik ook mijn pistool in mijn zak, al heb ik er niet eens mee hoeven te schieten. 'Kom mee!' Sist Max als hij sirenes hoort.
Verbaasd kijk ik op, hoe kan de politie weten dat er iemand werd doodgeschoten hier? Er zijn geen getuigen. Maar dan kijk ik om en zie ik een man staan met een telefoon in zijn hand. Hij heeft dus de politie ingeschakeld.
Als de man ziet dat wij hem in de gaten hebben wil hij weg rennen, maar Max heeft hem al neergeschoten. Mijn ogen worden even groot. 'Max, we mogen geen onschuldige burgers neerschieten!' Sis ik. 'Hij had ons gezien, we kunnen geen risico lopen,' zegt Max kalm.
'Je had hem toch ook gewoon in zijn been kunnen schieten..' mompel ik. Max schudt zijn hoofd. 'Kom nu mee, anders zijn we er erbij!' Sist hij. Ik zucht en ik ren achter hem aan. Ergens in een smal steegje verderop hurken we neer achter een vuilnisbak, ik trek een vies gezicht. Het ruikt hier naar een mengeling van eieren en hondenpoep.
Ongeduldig tik ik met mijn wijsvinger op de grond. Voor dit vak heb je geduld nodig. Dat hebben mijn ouders me altijd geleerd. Maar ik heb nu eenmaal geen geduld. Maar soms moet je wel een uur wachten totdat de politie weg is. Kortom. Met dit werk zit je de helft van de tijd achter smerige vuilnisbakken.
'Maar krijg je geen problemen nu je die burger hebt doodgeschoten? We mogen namelijk alleen mensen doden die op het lijstje staan,' fluister ik. Max lacht even. 'Je moet duidelijk nog veel leren,' zegt hij. Beledigd kijk ik hem aan. 'Als iemand in de weg staat, mag je hem gewoon doden hoor,' zegt Max droog.
Max lijkt er duidelijk van te genieten. Als klein kind was hij al gek op moordfilms en enge games. Als klein meisje vond ik dat altijd niets, maar nu zit in de gevaarlijkste bende van het hele land. Maar ik heb bijna geen keus, mijn hele familie zit er in. De bende is onze familie. Als een kind van een bendelid zestien is geworden, kan hij of zij in de bende.
Ik zit er dus nu een jaar in. Om mijn familie niet teleur te stellen ben ik erbij gegaan en stiekem vind ik het ook wel leuk. 'We kunnen gaan, ik hoor geen sirenes meer,' zegt Max. Ik knik en ik loop achter hem aan naar ons huis. We wonen met de hele familie samen in een klein huisje in de buitenwijk. We wonen met acht mensen in een kleine gezinswoning. Mijn oom Ronald, mijn tante Marlijn, mijn neef Max, mijn moeder Lisanne, mijn vader Bert en mijn opa en oma en tot slot ik dan.
Niet echt bepaald ideaal. Maar ons dekmantel is een arme familie. Maar eigenlijk zijn we stinkend rijk. Wel jammer dat we daar niet heel uitbundig van kunnen genieten, want dat zou allemaal veel te veel opvallen. Max steekt de sleutel in het slot en we lopen snel naar binnen. Ik hang mijn leren jas op en ik loop achter Max aan naar de woonkamer. Daar zitten Ronald en Marlijn, mijn oom en tante. 'He he, Max en Leyla, waar bleven jullie nou?' Vraagt mijn oom nors.
'Ook hallo,' mompel ik droog en ik plof neer op een van de zetels. 'Hoe is het gegaan?' Vraagt Ronald. Max grijnst even. 'Kat in het bakkie, het enige wat die man deed was smeken,' lacht hij.
'Mooi zo,' zegt Marlijn en ze kijkt ons trots aan. 'Leyla dacht dat jullie boos zouden worden omdat ik ook nog een burger heb vermoord,' grapt Max. Marlijn en Ronald beginnen te lachen. 'Ik dacht niet dat jullie boos zouden worden, ik vroeg het me gewoon af,' mompel ik.
'Geef maar toe, je vond het zielig,' zegt Max en hij grijnst. Ik schud hevig mijn hoofd. 'Geeft niet hoor,' zegt Max. 'Je bent tevens nog een kind,' voegt hij er aan toe. Boos kijk ik ze aan. 'Ik ben hier dan wel de kleinste, maar niet de minste!' Zeg ik fel. Ik heb er een hekel aan als mensen me onderschatten, ik heb nu eenmaal een groot ego.
'Je durft niet eens iemand in je eentje te vermoorden, je hebt nog geen een keer iemand echt doodgeschoten, dat was ik elke keer,' zegt Max.
'Dat durf ik wel hoor!' Gil ik bijna. 'Zeg maar wie ik moet vermoorden en ik doe het!' Voeg ik er aan toe. 'Dan moet ik even op het lijstje kijken,' mompelt Max en hij pakt het lijstje erbij waar de personen op staan die vermoord moeten worden. 'Nou Leyla, je kunt jezelf direct bewijzen, de volgende op de lijst is Dustin Sparks,' zegt Max.
Het wordt even stil. Iedereen weet dat hij gevaarlijk is. Hij is lid van de Sparks, onze grootste vijanden. Wij, "de Andersons" en zij, "de Sparks" kunnen elkaars bloed wel drinken. Zij zijn net als wij ook een familiebende. Alleen wonen zij in een stad verderop. Alleen komen zij vaak hierheen om de boel te verzieken en andersom.
Dustin is ongeveer even oud als ik en is ook de jongste in zijn bende. De perfecte tegenstander dus. 'Dit lijk me geen goed idee hoor,' zegt Marlijn. 'Juist wel, ze wil zich toch bewijzen? Nou, dit is haar kans!' Zegt Ronald. 'Het hoeft niet hoor,' zegt Max tegen me. 'Ik wil ook met je mee gaan,' voegt hij er aan toe. Ik lach even.
'Ik ben geen watje hoor, ik doe het.'
————-
Hier is hij dan, het aller eerste hoofdstuk. Ik had een keer zin om een echt spannend boek te schijven! En geloof me, het wordt nog heel spannend! *Trekt mysterieus gezicht*
Wat vinden jullie ervan? Zelf heb ik geen idee wat andere mensen ervan zullen vinden.
Dit hoofdtuk is redelijk kortaf. Maar later zul je de pergones allemaal beter leren kennen :-)
Het zal nog kunnen dat er fouten in staan, maar ik herschijf mijn hoofdstukken vaak pas later.
Zal ik verder gaan? Als je wilt dat ik verder ga: vote and comment! ♡
JE LEEST
A secret mission (✔)
Pertualangan[Boek wordt nog herschreven, zal het hierboven zetten wanneer de herschreven versie online staat] Een zucht verlaat mijn lippen. Die sukkel denkt nog dat hij van me kan winnen ook. Het pistool houdt hij tegen mijn hoofd en ik staar hem emotieloos aa...