H12: Het pakhuis

134 8 0
                                    

We zitten met z'n allen in een grote kabinet. Ondertussen geeft Sem me wat runes op mijn onderarmen en in mijn nek. Een paar dagen geleden had ik mijn eerste runes gekregen. Ik was een dagje niet zo goed. Ik voelde me een beetje duizelig, naar volgens Leonie was dat normaal. Ze zei toen dat ik me de volgende keer niet meer duizelig zou voelen, maar dat het tekenen wel nog steeds pijn zou doen. En inderdaad. Sem heeft me nu al zo'n stuk of zes runes gegeven. Een voor geluidsloosheid, zodat wanneer ik stap mijn voeten minder geluid maken. Een voor kracht. Een voor snelheid. Een voor soepelheid en een voor betere reflexen. En nu is hij een aan het tekenen om de mentale krachten van heksenmeesters op mijn brein te blokkeren, zodat ik bestand ben tegen hun breinspelletjes. Net wanneer Sem klaar is met de laatste rune te tekenen, komt de auto tot stilstand.

Het pakhuis is een groot gebouw van kalksteen met een hoog, zwart smeedijzeren hek eromheen. De ramen zijn dichtgetimmerd en er zat een stevig hangslot op de poorten aan de voorkant, waarboven de naam 'Dorothea's chocolate' nog net zichtbaar is onder de lagen roet.
De schaduwjagers laten de zwarte kabinet bij de stoeprand staan, met een rune erop om te voorkomen dat hij wordt gestolen of beschadigd door passerende aardsen. Een inspectie op het hangslot onthult dat het recent was geolied. Met een rune opent Sem de poort, omdat ze geen sleutel hadden, en iedereen glipt naar binnen. Nadat ik als laatste de poort terug sluit, opent Noah met een andere rune de voordeur, die naar enkele kamers leidt. Het duurde even om alle kamers te doorzoeken.

Uiteindelijk is slechts een daarvan gevuld met meubels. Er staat een bureau, een gigantische zwarte lamp, wen boekenkast en een oud uitziende, leren zetel.

Miguel staat over het bureau heengebogen en doorzoekt snel de laden. Noah kijkt tussen de groeven van de zetel. Ik doorzoek ondertussen de boekenkast. Mijn vingers zoeken naar aanwijzingen, ze zijn allemaal zeer stoffig, behalve één!! Ik haal het grote boek er uit en blader er door. Het staat vol met informatie over het medaillon. Wanneer je het kan gebruiken, wat het kan doen en wat de gevolgen zijn. Niets wat we nog niet weten. Ik roep Sem die de kamermuren aan het betasten was. Waarschijnlijk op zoek naar geheime ruimtes.

'We zijn op het goede spoor, iemand heeft onlangs dit boek over het medaillon aangeraakt en gelezen', zeg ik wijzend op het boek,' dat betekent dat ze nog niet zo lang weg zijn'. Hij kijkt me trots aan en geeft me een schouderklopje. Een beetje opgelucht kijk ik hem aan. Ik ben blij dat ik op mijn eerste missie niet nutteloos ben.

Dan roept Miguel ons. We snellen naar hem toe en luisteren naar wat hij te zeggen heeft.

'Ik heb hier wat overschrijvingen gevonden. Het gaat over Lucien Deconinck, die rijke miljardair bekend door die onozele reclamespotjes, die de laatste zes maanden ongeveer 10 000 euro heeft geschonken aan een ene Irena, geen achternaam bekend bij haar.'

'Dus we hebben nu namen van de mogelijke vijanden', vat Sem samen.

Maar voordat we zelfs maar aan juichen kunnen denken, stormt een onbekend persoon de deur binnen. Hij lijkt al redelijk oud. Zijn benen zijn zeer dun en je kan de botten van zijn armen zien. De man wiebelt onstabiel naar mij toe, hij valt op zijn kniën en neemt mijn been vast. Hij kijkt smekend naar boven en met een trillende stem zegt hij:
'H..help m..me, z..ze willen m..me verm..moorden'.

Verstijfd kijk ik neer op de menselijke man. Hij kwam zo plotseling binnen en ik schrok verschrikkelijk. Noah helpt de man rechtop en vraagt: 'Wie is ze, toevallig een Irena?'

De man knikt hevig en lijkt opgelucht dat we weten wie het is.

'Weet je waar ze zich bevindt?'

De man knikt weer en wijst naar het raam. Ik snel naar het kleine raampje, het enige dat de ruimte verlicht. Buiten zie ik een hele bende benedelingen. Vampiers, weerwolven,.. In het midden staat een vrouw, ze heeft lange, stijle, bruine haren. Ze ziet er knap uit van ver, maar de gemene grijns die ze op haar gezicht kreeg toen ze mij naar haar troepen zag kijken, laat mij haar alleen maar verachten. Ik haal raspend adem wanneer ik zie dat zij met twintig keer zoveel zijn als wij.

Het Verdwenen Medaillon (VOLTOOID)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu