Opeens word ik bespoten door groene smurrie. We zat één of ander spuit-ding in met groen spul, en nu zit ik er onder. Blegh. Ik hoor iemand lachen en mijn moeder staat in de keuken, alles te filmen. Ik kijk haar woedend aan. 'Dit stinkt!' Ik loop naar boven en stap snel onder de douche, met mijn kleding aan. Tijdens het douchen doe ik al mijn kleding uit en denk ik na over wie dat pakketje heeft gestuurd.
'Wie heeft die doos-' 'Soof! Je moet het doen! Wat zou Demi er wel niet van vinden?' Ik verstijf, mijn moeder is aan het schreeuwen tegen mijn zus. Daar is het onderwerp weer, het onderwerp Demi. Ik hoor mijn moeder op de bank zakken. 'Soof, Demi wilde deze opleiding doen, en je bent aangenomen, je moet hem doen.' Ik hoor haar snikken. Demi, een onderwerp waar we nooit over wilden praten, een onderwerp waardoor je hele dag is verpest. Langzaam loop ik naar mijn moeder en mijn zus toe.
Flashback
Ik zit op mijn bed, muziek te luisteren, tot ik de deurbel hoor. Met tegenzin doe ik mijn muziek uit en slof ik naar beneden. De deurbel gaat nog een keer. Ik zucht, 'Ik kom al, hoor.' Ik doe de deur open en zie twee politie agenten staan. 'Hallo, zijn je ouders thuis?' Ik schud mij hoofd. 'Ze zijn aan het werk.' Ze knikken. 'Ben jij een zusje van, Demi?' Ik knik, sprakeloos, er is wat mis. 'Dan heb ik een vervelende mededeling voor je. Je zus, was Slachtoffer van een overval, bij de bank. Waarschijnlijk kwam ze geld pinnen. De overvallers hebben op haar geschoten, en ze is daar overleden.' Tranen vullen mijn ogen, mijn grote zus, mijn voorbeeld, is dood? Ik schud mijn hoofd. 'Dat kan niet.' Als een waterval rollen de tranen over mijn wangen. 'Ze was nog maar 18!' Ik schreeuw het uit. 'Nee! Dat kan niet! Nee!' Als je 10 bent hoor je geen zus te verliezen. Ik ren naar de telefoon en tik het nummer in van mijn moeder in. Ik tril over mijn hele lichaam en blijf maar snikken. 'Hallo? Schat! Wat is er.' 'Mama,' Zeg ik stotterend. 'Je moet nu naar huis komen.' 'Natuurlijk schat ik kom eraan.'
Demi. Langzaam ga ik op de bank zitten, naast mijn moeder. 'Sorry schat, ik wist niet dat je er was.' Van het hele gezin, had ik het er het moeilijkst mee. Mijn ouders waren erg, Sophie was er, maar ik was ontroostbaar. En als ik verdrietig was, kon alleen Demi me troosten. Ik was nog maar tien.
'Tim, waar ben je? Ik heb je al een week niet meer gezien.' Voor de vijfde keer spreek ik zijn voicemail in. Hij neemt maar niet op, zou ik iets verkeerds gedaan hebben? Ik heb echt geen idee, denk het niet... De deurbel gaat beneden, en aangezien er niemand thuis is, besluit ik open te doen. Ik sleur mezelf de trap af en open met een zucht de deur. Alan staat voor me. Meteen zet ik een grote glimlach op mijn gezicht. 'Heei!' Omdat niemand het van ons weet, we willen het nog eventjes geheim houden, trek ik hem naar binnen en doe de deur dicht. Meteen gaat hij me knuffelen. Ik glimlach en sla mijn armen om hem heen. 'Ik heb je al bijna een week niet meer gezien.' Ik snuif de geur van zijn shirt in, dat ruikt zo lekker.
'Wat wil je te drinken?' Ik open de koelkast en kijk erin. 'Cola.' Ik haal een fles cola uit de koelkast, pak twee glazen uit het keukenkastje en schenk cola in de glazen. (Wat een diepe zin.) Alan komt achter me staan en lacht zijn handen op mijn heupen. Ik giechel zachtjes en ga met mijn hoofd opzij, en eventjes later staan we te zoenen in de keuken. Ik glimlach tegen zijn lippen aan, maar die verdwijnt al snel als ik de voordeur open hoor gaan. Snel laat ik los en ga verder met het cola inschenken. Zachtjes fluister ik 'Lipgloss.' Naar Alan en meteen veegt hij mijn lipgloss van zijn mond. 'Jasmijn?' 'Ja, ik ben in de keuken, Alan is er.' Mijn zus komt de keuken binnen gelopen en glimlacht naar Alan. 'Heei Alan, lang niet gezien.' Ze glimlacht heel lief, wat ze ook altijd bij haar vriendjes deed, en er gaat een steek van jaloezie door me heen. Snel kijk ik de andere kant op en pak de glazen met cola. 'Zo, Zullen we naar boven?' Alan knikt. 'Maar we nemen wel koekjes mee.' Ik lach en knik. 'Tuurlijk!' Alan pakt een pak koekjes en loopt samen met me naar boven.
Ik houd van mijn zus, maar waarom moest ze juist op dat moment thuis komen? Alan en ik zitten op mijn bed te drinken en te eten. 'Heei, Jas, die Tim hé? Die heb je al lang niet meer gezien.' Ik knik. 'Al een week niet, hij antwoord niet op mijn berichtjes en ik heb hem al vaak gebeld.' Alan maakt een "Mh" geluidje. 'Wat zou er zijn?' Zegt hij niet al te enthousiast. Ik haal mijn schouders op. 'Ik heb geen idee.' Mompel ik. Zou hij me nog wel leuk vinden? Hij weet het nog niet van Alan en mij. Wat zou er gebeuren als hij er achter komt. We moeten het eens een keer vertellen. Dat zeg ik ook tegen hem. Hij knikt. 'Hoe?' Ik haal mijn schouders op en trek hem naar me toe. Ik ga op mijn rug liggen en trek hem mee.

JE LEEST
My Destiny
RomantikaJasmijn is in groep 6 van school veranderd, ze vond een nieuwe beste vriendin en zouden nooit uit elkaar gaan, dachten ze. Kim en Jasmijn waren onafscheidelijk. Totdat Kim kreeg te horen dat ze leukemie had, hun leven veranderde compleet. Snel begon...