Hoofdstuk 24.

310 16 3
                                    


Louis' POV

Het zou nutteloos zijn als ik zou zeggen dat Stan had geprobeerd om mij terug het kantoor in probeerde te duwen van de psychiater.

Meneer Benson kwam toen naar buiten gelopen en zei beleefd dat hij dat ik wegging en Stan me naar huis kon brengen.

Stan had ons verbaasd aangekeken ik keek ook even verbaasd, maar ik deed er maar aan mee.

Ik deed meteen mijn slaapkamerdeur op slot en spendeerde de rest van de dag onder de dekens.

Ik negeerde de protesten van mijn moeder en Stan. Ik wilde gewoon alleen zijn in mijn bewolkte gedachten.

De volgende twee afspraken met meneer Benson zagen er ongeveer hetzelfde uit.

Stan droeg mijn letterlijk naar binnen en ik zou meestal binnen een half uur weer naar buiten rennen.

Hij praatte over simpele dingen. Voetbal, mijn familie, mijn favoriete eten of kleuren.

Ik snapte het niet en ik hield mijn muren zo hoog mogelijk.

Ik vertrouwde hem niet.

"Sta op, Louis," werd Stans begroeting.

"Ga weg," werd die van mij.

Natuurlijk werd ik uiteindelijk uit bed gerukt en trok hij mij kleren aan die ik niet aan wilde.

Stan hoefde me niet echt meer naar buiten te sleuren waarbij ik hem schopte en schreeuwde, maar ik bleef wel zo hard mogelijk protesteren.

"Ik hoef niet naar die gek toe! Hij helpt mij helemaal niet! Ik mag hem niet eens! Hij is een klootzak die alleen maar over voetbal en eten praat," zei ik en negeerde de blikken van mijn moeder toen ik vloekte.

Ik kauwde onwillig op een stuk brood voordat ik het weggooide en een beanie op deed.

"We gaan hier nu geen discussie over hebben, Louis," zei mijn moeder streng.

Ik liep naar buiten en Stan kwam achter me aan.

We reden in stilte tot hij parkeerde voor het grote kantoorgebouw.

"Vertel me alsjeblieft dat je kunt zien wat voor onzin dit is," gromde ik en legde mijn voeten op zijn dashboard.

Hij gaf mij dezelfde blik als mijn moeder deed.

"Het is geen onzin, Louis. Of je het nu leuk vindt of niet, jij gaat hierheen tot je hetgeen wat je in jezelf opkropt eruit laat komen," zei hij.

"Nou, sinds wanneer ben jij zo'n filosoof! Waarom word jij mijn therapeut niet?" snauwde ik.

"Luister, Louis, dit heb ik je al verteld, en ik zal het nu nog een keer doen. Niemand heeft een idee wat er met jou is gebeurd. Als je bandleden het weten, vertellen ze niets. Alles wat hij weten is dat jij een of andere inzinking hebt gehad en dat je in een of andere levende geest bent veranderd. Je maakt ons allemaal bang en, Louis, je denkt misschien van niet, maar je hebt hulp nodig! Je maakt jezelf kapot, net zoals Harry deed!" zei hij boos.

Stan wist meteen dat hij te ver was gegaan.

"Louis," verzuchtte hij en keek me een beetje bang aan.

"Fuck you, Stan. Je weet helemaal niet wat Harry heeft meegemaakt en je weet ook niet wat ik heb meegemaakt," gromde ik.

Ik moest er toch wel echt woedend uit hebben gezien want Stan deinsde een beetje terug.

Ik gaf hem geen kans meer om iets te zeggen. Ik stapte uit de auto en sloeg die zo hard mogelijk dicht.

Ik was laat, dus werd ik meteen doorgestuurd naar zijn kantoortje.

The moment I knew (Larry Stylinson)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu