Hoofdstuk 14

8 1 0
                                    

"Hé, Dagpels." Zong Donderstorm door het bijna lege krijgershol, alleen Dagpels lag daar nog te slapen. "Hhmmpf." Kreunde hij. Donderstorm porde in zijn ribben. "Wordt eens wakker slaapkop." Zong ze verder. "Nog vijf minuten." Klaagde Dagpels. "Kom nou, ik moet je wat vertellen, en het is trouwens al zonhoog, het is hoog tijd dat je uit je nest komt." Zij Donderstorm en bleef in zijn ribben porren totdat hij opstond. "Nou, wat is er." Zij Dagpels moe. "Nou ten eerste, Zilverpels en Sparkpels verwachten kittens. Ten tweede, je moet vandaag nog wel wat doen." Zij Donderstorm. "Echt? Ik zal ze zo gaan feliciteren, wat leuk, en wat goed voor de clan er zijn op het moment maar twee leerlingen." Zij Dagpels vrolijk. "Ik ga wat eten, ik heb honger, zullen we wat delen?" Vroeg hij daarna. "Ja graag, ik heb ook al sinds vanmorgen vroeg niks meer gegeten, daarna ga ik beginnen met IJspoots training." Zij Donderstorm. Tijdens hun muizen hadden ze een gesprek over hoe goed Zilverpels en Sparkpels kittens zouden zijn voor de clan. Ze kwamen toevallig langs, nou ja touvallig. Het kamp is nou ook weer niet zo groot, ze gingen gewoon wat eten. "Hé Zilverpels, hoe ben je er eigenlijk achter gekomen dat je zwanger bent?" Vroeg Donderstorm. "Nou, ik voelde me ineens niet zo lekker, en ik vond al dat ik te dik werd ook al at ik niet zo veel meer. Dus ging ik maar even naar Wittand om mezelf even te laten checken. Dus toen zat ik daar bij Wittand en ze keek eens intensief naar mijn buik en porde er een beetje in en toen kwam ze omhoog en zij: 'Zilverpels, je bent zwanger.' En zo kwam ik erachter." Legde Zilverpels uit. "Nou je het zegt, die buik van jou is inderdaad wel wat dikker dan normaal." Zij Donderstorm. " Hoe reageerde Sparkpels?" Vroeg Dagpels. "Hé, ik zit hier ook hoor." Zij Sparkpels. "En toch wil ik het weten." Zij Dagpels. Sparkpels wilde weer wat zeggen maar Zilverpels was hem voor. "Hij zat me echt zo aan te staren met een super-glimlach, en hij bleef maar staan en ik dacht: Is ie verlamd of zo, of in shock, moet ik Wittand roepen. Maar daarna begon hij te springen en te roepen hoe geweldig het was, dus het is allemaal weer goed gekomen." Zij Zilverpels. "Ik schaam me dood." zij Sparkpels zacht. "Hahaha, zo is Sparkpels nou eenmaal als hij zo gelukkig is. Zo ging het ook toen we bijna leerling werden, weet je nog?" Vroeg Donderstorm. "Oh ja, dat weet ik nog." Zij Zilverpels met een nostalisch toontje. "Kunnen we asjeblieft ergens anders over beginnen." Zij Sparkpels. Dagpels zat nog te grinneken over wat Zilverpels had gezegd. "Okee, vooruit dan maar." Zij Donderstorm lachend. "Ha, Dagpels, je bent wakker. Dat werd tijd ook." Klonk de stem van Luipaardklauw. "Haha, ja sorry, ik sliep erg diep." Verontschuldigde Dagpels zich. "Nou je toch wakker bent kan je wel met een jachtpatrouile." Commandeerde Luipaardklauw. "Ja Luipaardklauw." Antwoordde hij. "Tot zo." Zij hij. "Tot zo." Zeiden Donderstorm, Zilverpels en Sparkpels. 

"Donderstorm!" Riep Ijspoot vanaf de struikentunnel. "Oh, ik moet ook gaan. Doei." Zij ze. "Ja tot zo." "Doe je best." Zeiden Sparkpels en Zilverpels. "Dank je." Antwoordde Donderstorm. Ze liep naar de struikentunnel toe. "Ben je er klaar voor?" Vroeg ze toen aan Ijspoot. "Meer dan ooit." Antwoordde Ijspoot. "Dan vertrekken we nu." Zij Donderstorm. Ze zetten zich af en stoven door de struikentunnel het bos in. Het was droog en de koude lucht streek langs hun haren. Ijspoots blauwe ogen waren lichtelijk gesloten tegen de stekende koude lucht die in zijn ogen waaide. Al snel kwam het trainingsveldje in zicht, het zachte gras was nog een klein beetje vochtig en daardoor ook erg koud. Na een tijdje erop stilstaan deden hun voetkussentjes pijn van de kou. Ijspoot trappelde een beetje op en neer en Donderstorm stond ook een beetje te kneden. "Oke, laten we maar snel beginnen." Begon Donderstorm. "Wat kan je al?" Vroeg ze daarna. "Niet veel." Antwoordde hij. "Oke, laten we dan beginnen met een oefengevechtje zodat ik kan kijken wat je al kan en waar je nog op moet oefenen." Zij Donderstorm. "Zullen we dan maar beginnen?" Vroeg Ijspoot. "Ja." Antwoordde Donderstorm. Ijspoot drukte zijn buik tegen de grond om daarna omhoog te veren. Donderstorm ontweek en drukte hem tegen de grond. "Je bent nog te voorspelbaar." Zij ze. "Laat los dan probeer ik het nog een keer." Zij Ijspoot vastberaden. Ijspoots vechttechniek verbeterde naarmate de oefening, aan het einde stonden ze allebei te hijgen. "je wordt al beter." Complimenteerde Donderstorm. "Wat gaan we hierna doen?"Vroeg Ijspoot. "Eeeum, eten en daarna mag je het hol van de oudsten we even schoonmaken." Zij Donderstorm. "He bah." Zij Ijspoot. "Dat hoort er ook bij." Zij Donderstorm. "Dat maakt het niet beter." Zij Ijspoot. "Dat weet ik, ik heb daar een stuk vaker gezeten dan jij." Zij Donderstorm. "Je zult ermee moeten leven. Als je morgen geen spierpijn hebt, en wel eerlijk zijn, gaan we jagen." Zij ze daarna. "Ja Donderstorm." Antwoordde Ijspoot. 

Ze renden weer terug naar het kamp, het begon al een beetje te schemeren. "Ik ben van gedachten veranderd over het hol van de oudsten schoonmaken." Zij Donderstorm. "Yes!" Riep Ijspoot. "Ik wil niet dat je morgen moe bent, en ik wil ook niet dat je er nog in je eentje opuit gaat voor bedmos. Je doet het morgen en je vraagt een krijger om met je mee te gaan, ik ga dageraad patrouille en als ik terug kom, ben jij klaar. Oke?" Zij Donderstorm. "Okeee." Zij Ijspoot een beetje mokkend. Toen ze terug kwamen in het kamp ging Ijspoot bij de leerlingen zitten en Donderstorm bij Dagpels, Sparkpels en Zilverpels. Daarna gingen ze allemaal naar bed. 

Warrior cats Donder op komstWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu