Hoofdstuk 18

179 15 2
                                    

‘Ze komt op bezoek?’ vraag ik verontwaardigd.

David knikt langzaam.

‘Is dat goed of slecht?’

Hij haalt zijn schouders op.

‘Ik hoop goed,’ zegt hij zachtjes. ‘Maar ik zou het niet weten. Ze heeft in de brief niet gezegd waarom ze komt.’

Een tijdje is het stil. Ik ben de eerste die weer wat zegt.

‘Ik zal even wat thee zetten.’

Ik sta op en voordat ik wegloop, leg ik even, heel lichtjes mijn hand op Davids schouder.

‘Zo, thee is altijd goed,’ zeg ik wanneer ik de kamer weer binnenwandel met een dienblad met thee.

Ik schenk ons beide een kopje in en geef David de zijne.

‘Wanneer komt Victoria eigenlijk?’

David neemt een slokje van zijn thee en zegt dan: ‘Volgende week.’

‘Hmmm…’ mompel ik terwijl ik mijn thee met kleine slokjes langzaam opdrink.

‘Emily?’ zegt David na een tijdje. Ik kijk hem aan.

‘Ik heb iets besloten. Ik wil dat, als Victoria hier eenmaal is, je je verstopt.’

‘Hoezo?’

‘Omdat ik niet weet waarom mijn zus besluit om na 20 jaar me weer op te zoeken en ik vertrouw het voor geen cent. Straks valt ze je aan of iets dergelijks.’

En hij dan? Wat denkt hij wel niet? Ik moet me maar verstoppen zodat hij gezellig een beetje kan bijkletsen met zijn psychopathische, moordende tweelingzus?

‘En jij dan?’ werp ik tegen.

‘Ik kan goed voor mezelf zorgen, Emily. En ze is tenslotte mijn zus. Ik denk niet dat ze me snel iets zou aandoen.’

‘Dat weet je niet,’ zeg ik met een luide stem. ‘Straks wil ze je wel iets aandoen.’

‘Dan red ik me wel. Maar Emily, beloof me dat je je verstopt. Ik zou me een stuk minder zorgen maken als ik weet dat jij veilig bent.’

Ik wil weer tegen hem ingaan maar als ik in zijn ogen kijk, zie ik dat hij toch bij dit idee blijft. Hij gaat niet van gedachten veranderen.

‘Goed dan,’ zeg ik met tegenzin.

Ik zie dat hij opgelucht is.

‘Maar waar moet ik me dan verstoppen?’

‘Dat zal ik je laten zien.’

---

‘In de bibliotheek? Ik moet me verstoppen in de bibliotheek?’

David knikt.

‘Maar het is hier zo open. Dat heeft toch geen zin?’

‘Niet zo snel.’

David loopt voor me uit naar een van de wandtapijten.

‘Schuif deze maar eens opzij.’

Ik pak voorzichtig het tapijt en hou het omhoog.

‘O tuurlijk. De bibliotheek heeft een geheime deur. Viel te verwachten,’ zeg ik sarcastisch.

Ik zie dat hij geluidloos moet lachen om mijn toon. Dan opent hij de deur en laat me de ruimte erachter zien. Het is een soort zitkamertje. Het is er nogal donker omdat er geen ramen zijn maar het ziet er comfortabel uit.

‘Denk je dat je het hier een dag of twee kunt uithouden? Ik zal er natuurlijk even een bed in plaatsen en ik zal je elk avond snel wat bloed brengen.’

Living in DarknessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu