Hoofdstuk 8

292 16 3
                                    

"Nee!!!," roep ik en ik schrik wakker.

Dat was echt een verschrikkelijke droom, echt verschrikkelijk. Ik droomde dat ik deze kamer uitstormde en naar buiten ging en alle mensen op mijn weg vermoorde en leegzoog. Brrrr....   

'Het was maar een droom,'zeg ik tegen mezelf. 'Maar een droom.' 

Maar hoe vaak ik het ook herhaal ik blijf van top tot teen trillen. Op een gegeven moment ben ik zelfs aan het klappertanden. Ik moet nu echt een douche nemen. Dus ga ik snel naar de badkamer en stap zo snel als ik kan onder de douche en zet hem heel heet.

Ik sta eerst nog een kwartier te rillen en te klappertanden voordat het warme water zijn vertrouwde werking heeft en ik  me eindelijk compleet kan ontspannen.

Als ik aangekleed ben en mijn haar heb geborsteld loop ik naar het bureau en eet het ontbijt dat er natuurlijk weer klaarstaat. En net als gister neem ik heel snel weer een paar slokjes uit het flesje met bloed.

Verdorie, wat is dat toch lekker, maar toch zet ik het heel snel weer terug op het bureau. Ik merk dat er wat van mijn ontbijt tussen mijn tanden zit en ga dus even mijn tanden poetsen. En als ik de kamer weer inkom is het weer opgeruimd. Natuurlijk.

Ik wordt hier echt helemaal gek van, ik wil eigenlijk met David praten en dan ontwijkt hij me de hele tijd. Handig. Ik begin na te denken hoe ik hem tegelijk met mij in de kamer kan krijgen zodat ik even met hem kan praten. Dan kom ik plots tot een conclusie. David komt alleen de kamer in als ik in de badkamer zit. Als ik nou over een uur doe alsof ik naar de wc ga en de deur opendoe, hoort hij dat vast - ik denk nameljk dat hij het op zijn gehoor doet dat van mij is namelijk super -, en danmoet hij wel komen. Mijn fruitschaal is namelijk ook bijna leeg. Ik sluip dan snel op mijn tenen de badkamer op de badkamer uit en zal wachten achter de kamerdeur waar hij door moet komen.

Ja, zo ga ik het doen.

Ik ga op het bed zitten en bekijk de tijd snel even. Het is 12 uur. Dus om 1 uur vanmiddag ga ik zogenaamd naar de wc.

Om 5 over 1 sta ik klaar achter de deur te wachten op David. Ik leg mijn oor tegen de muur en probeer een bepaald geluid op te vangen waardoor ik weet dat hij eraan komt. En ja hoor, na 1 minuutje hoor ik voetstappen in de gang.

De deur gaat openen even zie ik niks, maar dan staat David met zijn rug naar me toe in de kamer met een zak appels.

Dan doe ik heel plotseling de deur dicht en zeg: 'Zo David, vind je soms dat je niet meer met me kan praten?'

Hij draait zich verschrikt om en kijkt me aan. Nou kijkt, staart eigenlijk.

Dan raakt mijn geduld op en zeg ik: 'Nou?'

''Ik had er gewoon geen tijd voor."

'Nee, je voelde je gewoon te schuldig en durfde me niet onder ogen te komen.'

En aan zijn gezichtsuitdrukking te zien heb ik gelijk. Ik loop om hem heen en ga op het bed zitten. Ik kijk hem even aan en klop dan op het plekje naast me.

Hij lijkt verbaasd zoals ik had verwacht, maar hij komt toch naast me zitten.

We beginnen te praten en ik vertel hem dat hij best met me mag praten en dat hij zich niet zo schuldig hoeft te voelen. Als hij vraagt waarom leg ik het hem uit.

"Ik had geen leven, ik was weggelopen van huis. Mijn vader veracht me. Mijn moeder is weg. Je hebt me helemaal niks afgenomen. Er was geen waarde meer aan mijn leven. Het enige dat ik iets minder vind is het bloed, maar als dat altijd van de bloedbank kan komen en als ik net zo weinig nodig heb als ik nu drink vind ik het zelfs niet zo erg.'

David vertelt dat hij zelf ook alleen het bloed van de bloedbank wil drinken. We kletsen nog een tijdje.

Dan floept er opeens een vraag uit mijn mond: 'Mag ik binnenkort deze kamer ook uit?' 

Living in DarknessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu