P.o.v Link
Met zijn 5en zitten we op de grond te wachten tot de rest klaar is met rondjes rennen. Ik kijk even rond en mijn blik valt op Terra. Ze is in slaap gevallen op een stapeltje bladeren. 'Kom Nikita' zegt Sarah, die me even aankijkt en dan Nikita meetrekt. Ik zucht een keer, schuif een beetje op en leun met mijn schouder tegen een boom aan.
Na een tijdje word Terra weer wakker. 'Hoi' mompelt ze als ze ziet dat Ronald en ik haar aankijken. 'Waar zijn Sarah en Nikita?' 'Geen idee' zegt Ronald. 'Ik ga wel even kijken' zegt ze terwijl ze gaapt. Ze staat op en loopt weg. 'Je vind haar leuk of niet' vraagt Ronald uit het niets. 'Nee? Hoezo dat' vraag ik met een kort lachje. 'O gewoon, dat dacht ik' mompelt hij. Ik grinnik even. 'Wat nou' vraagt Ronald. 'Niks, ik val gewoon niet op meisjes' zeg ik, met dat laatste wat zachter. Mijn vader accepteerde me niet, dus nu ben ik bang dat niemand me gaat accepteren. 'Ow' zegt Ronald, hij weet duidelijk niet wat hij moet zeggen. 'Dus je bent' begint Ronald, maar stopt dan even. 'Homo, ja' antwoord ik en bal mijn handen tot vuisten, zodat ik zo niet begin te huilen.
Het is stil. 'Ik wist het! Ik zei het je!' Sarah komt uit een boom gesprongen. Nikita klimt er onhandig achteraan. Ik kijk ze verbaast aan, Ronald daarentegen begin keihard te lachen. 'Wat wist je' vraagt Terra. Ze beland naast Nikita op de grond. 'Link?' Nikita en Sarah kijken me beide vragend aan. Ik rol een keer met mijn ogen. 'Ik val op jongens, nou goed' vraag ik en sta op. 'Ik ga rondjes rennen' mompel ik en loop weg. Ik zie al snel de eerste boom waar we iets op gezet hebben en begin met rennen.
Na zo'n 20 rondjes stop ik er maar mee. Ik ben niemand tegengekomen dus ze zijn nog niet vertrokken, want ik heb aardig snel gelopen. Ik laat me op de grond vallen en op dat moment voel ik hoe moe ik eigenlijk ben. Deze dagen heb ik vrij weinig geslapen door deze vreselijke ondergrond hier.
'Dus, nu hebben we conditie gehad. Als we dit nou morgen nog een keer doen maar dan 1 rondje meer word het steeds makkelijker denk ik' hoor ik Jeremy zeggen. 'Ja, wat nu?' 'Kracht ofzo' antwoord Jeremy op de vraag van Lotta. 'Link? Wat doe jij nou weer hier' vraagt Mira. 'Zitten' antwoord ik. Jeremy knikt. Joost kom er ook bij staan. 'Nou ik hoorde iets over kracht' vraag ik. Jeremy knikt. Laten we eerst gaan slapen' zeg ik en sta op. 'Goed plan' zegt Harm, die er ook bij is komen lopen. Ik begin langzaam met lopen. Door het rennen doen mijn voeten pijn, de ondergrond waar je op rent in nou niet echt bepaald vlak en stevig. 'Hoeveel rondjes heb je gerend' vraagt Joost aan mij. 'Iets van 20 ofzo' zeg ik. 'Hoe? Ik had er 13' zegt Joost. Ik haal mijn schouders op, ik heb nooit een hele goede conditie gehad en ik snap echt niet hoe ik 20 rondjes heb gerend.
We lopen niet heel snel en ik voel een aantal regendruppels op mijn gezicht en armen. Het is eind zomer maar nog wel aardig warm dus ik heb een normaal t-shirt aan. Het is ook niet alsof we uit konden kiezen wat aandeden, dat gaat moeilijk als niet weet wat je gaat doen en geen andere dingen bij je hebt. 'Kom op Link' zegt Jeremy. Het is iets harder gaan regenen en ik snap echt wel dat iedereen zo snel mogelijk terug wil zijn. 'Gaan jullie maar. Ik blijf wel lopen' zeg ik. 'Oke' zegt Harm. Lotta, Mira, Jeremy en Harm lopen weg. Joost blijft bij me lopen. 'Je mag wel gaan hoor.' 'Nee, dat vind ik zielig.' Ik lach even. Voor mijn gevoel sta ik nu bijna stil en het voelt echt alsof mijn benen me niet meer kunnen dragen. 'Gaat het nog' vraagt Joost. 'Ja ja gaat wel' mompel ik. Opeens word ik opgetild. 'joost wat doe je?' 'Zorgen dat we terug zijn voordat we helemaal doorweekt zijn' antwoord hij. Ik reageer niet, alles beter dan zelf lopen op dit moment.
We komen aan bij onze soort overkapping en iedereen zit er al. Joost zet me op de grond neer. Ik loop het laatste stukje en ga dan bij de rest zitten. Joost gaat tegenover me zitten. Iedereen is in gesprek en ik snap er niks van dus ik probeer in slaap te komen, wat niet zo goed lukt, omdat we met zijn allen op elkaar zitten. Ik draai me om, met mijn rug naar de rest toe en mijn linkerschouder tegen de boom. Na een tijdje komt Joost dichterbij me zitten. Voorzichtig legt hij mijn hoofd op zijn schouder. 'Dat ligt vast beter dan een boom' grinnikt hij. Ik glimlach even en val dan in slaap
-------------
JOLI JOLI
Oke doei