heeyy peepz,
hihi :) dit is een wat korter hoofdstuk dan het eerste :( sorry daarvoor.... ik zal er geen gewoonte van maken maar bij de rest van de stukken kwam er niet echt meer een pauze in dus ik dacht..... ik neem een cliffhanger (hoogstwaarschijnlijk snap je al wat er aan de hand is, maar niets is zeker in de wereld waar ik verhalen schrijf..... dus tja) ik snap het, cliffhangers zijn vervelend sorrysorrysorrysorry duizendmaal excusses!
Byebye!X
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Ik bleef nog een tijdje in deze mystieke wereld en schreef bijzondere dingen op in mijn notitie blok, zo een heb ik altijd in mijn jas zitten. Ik schetsen wat dingen uit de omgeving en ging toen weer opzoek naar de plek waar ik het ravijn over kon steken. Ik vertrouwde het nu en liep er met zelf verzekerde passen overheen. Ik liep regelrecht op het boompje af en pakte een tak vast. Onmiddellijk hield het tintelende gevoel op en stond ik weer bij mijn fiets. Ik liet de tak los, en ik er trok weer een tinteling door me heen. Ik was weer bij het ravijn..... Ik raakte in paniek wat als ik hier nooit neer weg kwam? Wat was er de vorige keer gebeurd toen ik hierheen ging? Langzaam begon het te dagen, het half schaap half katachtige wezen had me aangeraakt! Ik probeerde het opnieuw, ik pakte de tak. De tinteling verdween en ik raakte een andere boom in de omgeving aan, hopend op een wonder en met dicht geknepen ogen liet ik angstig de tak los. Zo bleef ik even staan, laat me alsjeblieft weer terug zijn bad ik in stilte. Ik opende voorzichtig mijn ogen en ik keek naar de plek waar mijn fiets hoorden te liggen. En...... Ik was terug! Opgelucht snakte ik naar adem, ik kalmeerde mezelf en pakte mijn fiets op. Het begon te schemeren, ik keek op mijn horloge en zag zeven uur! Ik had het avond eten gemist, de huismoeder zal wel ongerust zijn dacht ik. Ze hield me extra in de gaten sinds de verdwijning zes jaar geleden. Maar wacht eens even, ik ben om half één vertrokken uit het huis. Ik ben toch niet zes uur lang in die andere wereld of wat het ook is geweest? Dat kon niet! Ik pakte de fiets en trapte zo hard als ik kon, na een tijdje was ik weer bij het huis. Ik stak mijn sleutel in het slot, en de deur werd van binnen meteen open gerukt! De huismoeder stond in de deuropening. 'Kind, wat was ik me toch ongerust! God dank dat je veilig hier bent!' Ze gaf me een knuffel en nam me mee naar de keuken, ze gaf me een bordje eten wat nog over was. 'Ik heb wat voor je overgehouden' Ik glimlachte naar haar, meestal was ze best aardig. Ik at het eten op, het was lauw maar smaakte nog best goed. Ik liep de trap op en liet me op mijn bed vallen. Ik zag een foto aan de muur hangen, een foto van Charice. Ik had bijna niet meer aan haar gedacht vandaag. En dat op de dag dat het mag van mezelf, nu duurde die dag weer een jaar! Ik voelde me slecht maar ook vrolijk tegelijkertijd. Ik had een hele nieuwe wereld ontdekt waar ik uren en uren kon blijven zonder dat iemand me kwam storen! Ik kon eindelijk alleen zijn met mijn gedachten! Ik besloot dat ik zo gauw als ik mijn zakgeld kreeg ik een dagboek zou kopen, daarin zou ik alles opschrijven wat ik zou ontdekken in die wereld. En ik zou mijn dagboek Charice noemen zodat het alsnog voelt alsof ik alles met haar kan delen! Dan zou zij ook kennis kunnen maken met deze wonderlijke wereld! Het was mijn beste idee sinds de verdwijning van Charice. Nog twee dagen en dan ging ik mijn plan uitvoeren. En met deze geruststellende gedachte viel ik in slaap. Ik sliep deze nacht niet rustig, ik had mijn oude nachtmerrie weer. Over Charice en de hond, ik zie hoe Charice de hond probeert te aaien en hoe de hond haar hand eraf bijt. Hij duwt haar van de rotsen en ze valt in de rivier. En de droom speelt zich opnieuw af en nog een keer en nog weer opnieuw. Na een lange onrustige nacht voelde ik me ziek. Ik besloot gewoon net zo lang in bed te blijven tot de huismoeder me eruit kwam halen. Ik keek op mijn wekker, het was half tien, vreemd normaal kwam ze je om half acht je bed al uitslepen. Ik draaide me om en viel weer in slaap, ik sliep nog een uurtje en toen werd ik weer wakker. Ik voelde me wat beter uitgerust en stapte uit bed. Ik liep op sloffen en in een joggingpak naar beneden, er was niemand. Ik keek of er nog restjes van het ontbijt waren en vond wonder boven wonder nog een schaaltje cornflakes. Ik ging aan tafel zitten en begon te eten. De huismoeder kwam binnen en glimlachte naar me. Ze wist welke dag het gister was en laat me dan meestal even met rust. Vandaar dat ik ongestoord had kunnen uitslapen. Ik besloot vandaag weer het bos in te gaan en weer terug te gaan naar die andere wereld. Na het ontbijt kamde ik mijn haar bond het in een staart kleedde me aan en pakte de fiets. Ik was na een kwartier in het bos. Zocht de boom op maar bedacht me toen even, ik twijfelde. Ik zuchte liep naar de boom er naast en liet me er zuchtend tegen aan vallen. Ook nu verscheen er een lichtje alleen dan in het groen, er trok een koude rilling over mijn rug. En ook nu was mijn fiets weer verdwenen. Ik stond in een grot overal waar ik keek zag ik stalagmieten en stalactieten. In de wanden blonken kristallen die een zachte gloed in de grot wierpen. Ik hoorde water druppelen, hier ergens in de buurt moest een rivier of een bron zijn. Nog steeds hield ik de boom vast ik moest me helemaal uitstrekken en kon nét de wand van de grot aanraken. Ik was in de war, die kleurige wereld was niet de enige plek waar je heen kon. Er waren nog veel meer van dit soort plekken! Stel je voor dat er duizenden waren en dat ík ze allemaal in kaart kon brengen. Mijn eigen plekjes waar ik als enige vanaf wist! Ik liep door een tunnel, misschien zat ik wel duizenden meters onder de grond. Het geluid van water werd steeds harder, ik liep langzaam verder. Mijn voetstappen echoden door de grot, maar nu werden ze overstemd door het geraas van het water. Ik bleef staan aan de kant van het water, het was een rivier met hier en daar wildstromenden stukken. Ik keek naar het water en ik zag weer de gloed van kristallen maar ook zag ik de weerspiegeling van twee groene ogen, de hond! Ik keek omhoog maar ik zag de hond nergens. Ik raakte in paniek, snel baande ik me een weg terug door de tunnel en pakte de boom vast. Ik raakte de dichtsbijzijnde boom aan en ik was weer veilig! Zuchtend liet ik me in het gras vallen. Ik keek op mijn horloge drie uur, ik was maar een uurtje in de grot geweest. Ik heb nog genoeg tijd om verder te zoeken naar andere ingangen bedacht ik. Ik raakte elke boom aan, maar tevergeefs, nergens lichtte iets op nergens trok er een tinteling of een rilling door me heen. Vijf uur, als ik nu naar huis ging zou ik nog kunnen douchen voor het avond eten. Ik zuchtte en ging tegen een boom aan zitten, nu lichtte er wel iets op! Een huivering trok door me heen, ik kon de gangen alleen per toeval ontdekken! Zolang ik er naar opzoek was lukte het me niet maar als ik ergens anders aan dacht kon ik ze vinden. Ik stond in een koude metalen ruimte, vreemd. Naast mij lag een tomaat ter grote van mijzelf en verderop een wortel die net zo groot was als een huis! Wat in godsnaam is dit? Vroeg ik mezelf af. Opeens ging de zijkant open en schoot er een lichtje aan, ik verborg me achter een reuze watermeloen twee meter bij me vandaan. En ik zag een menselijk gezicht verschijnen, ik zat in een mega koelkast! Het gezicht bleek van een kind te zijn alleen dat kind was wel honderd keer groter dan ik was. Opeens greep een grote hand de broccoli ter grote van een boom weg en sloot de deur zich weer, ook het licht doofde. Ik was alleen en wacht eens even die broccoli leek wel heel erg op een boom. Wacht dat was een boom, dat was mijn boom, mijn uitweg! Ik wachtte hopend dat de deur weer open zou gaan. En na twee minuten gebeurde dat ook, het kindergezicht keek naar binnen en had het gemunt op de watermeloen waar ik achter verstopt zat. Ik greep me vast en liet me mee naar buiten voeren. Ik belande op een granieten ondergrond wat waarschijnlijk een aanrecht was. Ik sloop achter de watermeloen langs en zag mijn boom op een snijplank liggen. Ik vloekte binnesmonds, er zat minstens honderd meter tussen mij en de snijplank en ik kon me nergens achter verstoppen! Ik keek naar het kind, het had een menselijk gezicht met stroblondhaar en een kuiltje in haar kin. Teminste ik denk dat het een meisje was, haar haar zat in een staartje en ze droeg een rood topje met een blauwe short. Ik hoorde geroep en ze holde er vandoor, ik was alleen en waagde het erop. Ik rende en halverwege zag ik een groene flits ik stopte niet ik moest en zou de overkant halen. Ik was bij de snijplank en keek waar de flits vandaan kwam. Ik schrok zo erg dat mijn hart uit mijn lijf sprong!
-------------------------------------------------------------------------------------------------------
oeewwww wat zou er gebeuren? ^_$ hoogstwaarschijnlijk heb je dat zelf al wel kunnen bedenken
JE LEEST
Tree Portal (Dutch)
FantasyWat als heel je leven instort? wat als er iets mysterieus gebeurt wat je de rest van je leven blijft achtervolgen? Wat als je beste vriendin verdwijnt? Wat als al deze dingen gebeuren? Dan, dan gebeurt er dit.....