Bewegingsloos zijn is het beste gevoel dat je kunt hebben. Je bent vrij en verloren op hetzelfde moment, en er liggen zoveel dingen voor het grijpen dat het je duizelt. Je hebt geen idee wanneer, maar je weet dat je zult vallen en dat er iemand van wie je houdt voor je klaar zal staan om je op te vangen. Dat is het gevoel dat ik krijg wanneer ik door de lucht zweef en weer naar achter wordt getrokken. De schommel laat me dromen en ik weet dat ik in mijn tuin ben, maar ik weet niet wie me keer op keer het zetje geeft om te vliegen.
Kleuren lopen in elkaar over en ik gil het uit van plezier. Niks kan me hier grijpen, kwaad doen of naar beneden halen. Hier ben ik veilig.
Uiteindelijk mindert de schommel vaart en kom ik tot stilstand. Een hand pakt de mijne, warm en vertrouwd en ik durf eigenlijk niet te hopen totdat zijn gezicht tevoorschijn komt. Het is mijn vader die achter me staat, die me even vrij liet zijn en me altijd met zijn aanwezigheid heeft gesterkt.
'Je leeft nog,' fluister ik ademloos, terwijl ik de schommel loslaat en zijn gezicht aanraak.
Hij is het echt, precies zoals ik me hem herinner.
Hij glimlacht, en drukt een kus op mijn handpalm, waarna hij hem tegen zijn wang legt.
'Natuurlijk liefste meisje. Ik zou je nooit in de steek laten.'
Ik proef pas dat de tranen echt zijn, wanneer ik wakker word en het zout mijn mond vult. Het feit dat hij alleen terug was in mijn droom, doet zoveel pijn dat ik een paar minuten lang alleen maar kan blijven liggen. Ik voel me zo ongelooflijk klein, en meer dan ooit verlang ik naar zijn warme armen en het geluk om thuis te zijn.
Zelfs wanneer mijn wekker gaat, weiger ik op te staan. Het verlies laat mijn spieren trillen en de pijn in mijn hart verlamt mijn lijf. Uiteindelijk weet ik mezelf weer bij elkaar te rapen, kleed ik me om en ga ik aan de slag.
Het is vrijdag vandaag, dus dat betekent dat ik de gehele dag opgesloten zit in Huize Rose, en kan ik er maar beter voor zorgen dat ik niemand tegen me in het harnas jaag. Jammer genoeg voor mij zijn alle bewoners vandaag thuis, en aangezien ze zich allemaal in een ander gedeelte van het huis hebben teruggetrokken, ben ik nergens veilig voor hun blikken.
Ik houd mijn hoofd strak op de vloer gericht, stof af en was en doe alles waar zij zich te goed voor voelen. Ik ben eigenlijk best blij dat ik de huishoudelijke klusjes vroeger ook al voor het grootste gedeelte op me nam, anders had mijn falen me vast wat meer tikken opgeleverd.
De brandwond op mijn pols is voor het grootste gedeelte genezen, al herinnert de verminkte huid wel aan alles wat ik heb verloren.
Wanneer ik mijn laatste taak afrond en meneer Rose zijn gebruikelijke kopje koffie breng, tref ik Thomas aan in zijn werkkamer. Hij zegt iets tegen hem wat ik niet kan verstaan, maar zodra Thomas mij ziet zegt hij: 'Kan zij dat niet doen?'
Met een hoofdknikje wijst hij in mijn richting en zijn verveelde, ongeïnteresseerde toon doet heel even pijn. Dan realiseer ik me dat hij wel zo tegen me moet doen om de schijn op te houden dat we niet de goede vrienden zijn die we zijn geworden.
De kleine, maar desondanks doordringende ogen van Ferran nemen me van top tot teen in zich op. Lijken af te wegen en conclusies te trekken waar ik alleen maar naar kan raden. Sinds ik weet van het verlies dat hij op zijn schouders draagt, bekijk ik hem met hele andere ogen. Het praat zijn gedrag absoluut niet goed, maar ik weet wel dat verdriet je tot wanhoop kan drijven. Dat je sterk in je schoenen moet staan om die verwoestende emotie het hoofd te bieden en door te gaan met alles waar je in gelooft. Ik probeer het nog elke dag.
Het blijft even stil, en ik word zenuwachtig van zijn alle gedachten die over zijn gezicht flitsen maar die ik niet te pakken kan krijgen. Hij vormt zijn lippen tot een dunne streep, alvorens hij zegt: 'Goed. Maar voor nu begeleidt je haar zelf naar de markt. Je rapporteert haar gedrag direct terug aan mij. Als ze zich koest houdt, zal ik deze tripjes vanaf nu aan haar over laten.'
JE LEEST
Hope in Eden- The Chronicles of Eden # Netties2017
Science FictionEden. Een land dat in de toekomst zal herrijzen en waar duizenden inwoners hun thuis vinden. Ieder vervloekt, of gezegend met hun eigen verhalen. In Brack, een rustig dorpje in de provincie Alves, probeert ook Hope Largo haar hoofd boven water te h...