15. A Note

21 6 3
                                    

Ik ben zo Egoïstisch.

Hoe kon ik hen achterlaten?

Grote Beer vertrouwde mij.

Hij vertrouwde Kleine Coyote aan mij toe.

Dat had hij Beter niet kunnen doen.

Ik ben ze Kwijt.

Ik ben Kleine Buffel en Kleine Coyote Kwijt.

Zo kan ik niet naar Huis gaan.

Ze zullen me haten.

Nog meer dan ze al deden.

Ze zullen me Verstoten.

Of erger, de Doodstraf geven.

Kom op, Kleur, blijf Positief denken, zeg ik tegen mezelf.

Met Granoso aan de Teugels en Daltónicos, Nanoushka en het Paard van Kleine Buffel loop ik door een Onbekend Bos.

Het Bos is Groter dan ons Bos, bij het Indianenkamp.

Het Nadeel is dat er geen Einde aan lijkt te komen.

Volgens mij ben ik Verdwaald.

Met een Zucht zak ik tegen een Boom op de Grond.

Granoso kijkt me aan.

'Wat is er?' vraagt hij.

"Het heeft geen Zin meer." zeg ik en ik leg mijn Hoofd tussen mijn Benen.

"Ik vind ze nooit en ik sterf hier langzaam van de Honger."

'Of de Dorst.' zegt Nanoushka.

De Andere Paarden kijken haar aan.

'Wat?' zegt ze.

'Laten we proberen Optimistisch te blijven.' zegt Daltónicos.

'Dit Bos móet toch wel een Einde hebben?' zegt hij.

'Nee, het is een Magisch Bos zonder Einde.' zegt Nanoushka Sarcastisch.

Daltónicos draait met zijn Ogen.

'Waar is Granhiena?' vraagt Granoso.

Dat zal wel het Paard zijn dat Kleine Buffel had geleend van Grote Beer.

Ik kijk om me heen, maar zie hem niet.

Ik ben hem toch niet ook Kwijt!?

Dan hoor ik een Hinnik.

'Kijk wat ik gevonden heb!'

Ik sta op en loop naar Granhiena toe.

Hij staat bij een Boom.
Aan de Boom hangt een Briefje.

Ik ga op mijn Tenen staan en pak het Briefje van de Tak.

Ik vouw het Briefje open en ik schrik als ik zie wat er op staat.

Zwart, Grijs, Wit //On Hold//Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu