Hoofdstuk 10

224 14 0
                                    

Hicham riep Inaya, maar ze keek niet om. Klaar dacht ze, dat was het dan en nu wil ik mijn leven echt op orde hebben! Carmen draaide zich om naar Hicham.

Carmen: Beter neem je even afstand en laat je haar met rust.
Hicham: Wat? Met rust laten? Maar ik heb gevoelens voor haar!

Inaya hoorde de woorden een paar keer in haar hoofd echoen.

Hicham: Alsjeblieft, geef me een kans. Jij word mijn vrouw en de moeder van mijn kinderen. De hart van Inaya ging tekeer. Ze wist niet wat ze moest denken of zeggen. Carmen fluisterde in haar oor.

Carmen: Geef hem een kans, je kan altijd weggaan van hema als je het niet meer kan.
Inaya: Weggaan kan, maar gevoelens weg laten gaan die meer gaan ontwikkelen niet.

Hicham pakte haar hand.

Hicham: Kom ik breng je naar huis.

Inaya ginf akkoord. Ze liepen naar de auto. Weer was de stilte aanwezig. Opeens ging de telefoon van Inaya af. Hicham keek haar aan. Inaya nam de telefoon op. Het was een stem van een jongen. Hicham hoorde het en pakte haar telefoon af met een sterke kracht dat haar nagel tot de helft mee scheurde. Er kwam veel bloed uit haar nagel en heel haar hand werd bloederig.

Inaya: Waarom doe je dat?!
Hicham: Je moet respect tonen, waar is jouw respect!? Jongens die jou bellem terwijl je met mij bent.
Inaya: Ik ken hem niet eens! En jij bent mijn vriend niet die mij gaat uitleggen wat ik wel en nief in mijn leven moet doen. Waarom doe je me pijn?! Laat me met rust!

Inaya begon te rennen. Ze rende zo hard en zo veel dat ze haar benen helemaal heet voelde worden. Ze wou niet meer bij die mensen in de buurt zijn. Ze was het strontzat. Ze kende Hoofddorp niet eens, maar het kon haar niks schelen wat er zou kunnen gebeuren. Ze zag een bushalte. Ze keek waar de bus heen reed en hoelaat. Het was 06.00 en de bus zou pas om 07.00 komen. De bus ging wel naar Amsterdam Centraal, dus bleef ze. Wel helemaal alleen in de kou in een vreemde buurt. Ze wist dat ze een keuze kon maken, maar het niet had gedaan. Ze pakte het niet slim aan. Als ik nou gewoon mijn mond had gehouden en gewacht totdat hij me naar huis bracht was dat beter geweest. En nu, nu heb ik geen telefoon, niemand om me heen. Mijn God, waar ben ik beland, waar heb ik dit aan te danken. Alles loopt mis, alles. Er reden verschillende auto's langs met jongens erin, die hun raampje open deden en wat versier praatjes maakten, maar dat kon Inaya niets schelen, totdat er een auto aankwam met een groepje jongens, waarvan eentje uitstapte en naar haar toe liep.

Jongen: Ewa zina.

Inaya werd bang en wou dat ze snel wakker werd uit deze nachtmerrie.

Jongen: Waarom huil je? Zo een schoonheid als jou hoort niet te huilen.

Ze keek hem aan.

Inaya: Laat me met rust. Zie je niet dsf ik nils van je hoef?! Zie je dat niet?!
Jongen: Rustig aaan, waar ga je naartoe?
Inaya bot: Naar Rotterdam.
Jongen: Zo ver? Waarom stap je niet gewoon in en ik breng je.
Inaya: Nee, wil je nu alsjeblieft weggaan?
Jongen: Ey doe nou niet zo man, kom ik ga je brengen. Het is fris hier en zo een meisje als jij hier zitten is gevaarlijk.

Inaya had weer een keus, maar of die keus goed was wisf ze niet. Met het woord van God ging ze mee en stapte de auto in..

Een meisje dat de verkeerde kant op ging.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu