Vul op de plaats van (Y/N) jouw voornaam en bij (Y/L/N) jouw achternaam in zodat het lijkt alsof jij de hoofdrolspeelster bent!
~ Ik voelde dat ik mijn bewustzijn begon te verliezen maar wilde doorzetten want als ik mijn bewustzijn verloor wist ik dat ik niet meer wakker zou worden. Ik deed heel hard mijn best om erbij te blijven maar het bloedverlies werd me teveel en het laatste wat ik meekreeg was de grote wolvenkop en luid geblaf op de achtergrond. ~
Ik werd wakker van een fel licht dat in mijn ogen scheen. Ik probeerde om me heen te kijken maar dit werd bemoeilijkt door de pijn die door mijn lichaam schoot. "Ze is wakker," hoorde ik iemand fluisteren. Ik kon de stem niet direct plaatsen tot ik twee bekende gezichten boven me zag. "Black en Lupin, hebben jullie me dit geflikt? Een weerwolf gezocht en die op me losgelaten uit wraak?" siste ik boos. Het moest toch boos klinken het was eerder schor doordat ik al een lange tijd niet gesproken had. Sirius keek me verbaasd aan terwijl Remus zijn gezicht eerder geschokt stond. "Wat?!" riep Sirius uit. "Ik heb je juist..." begon hij maar werd gestopt door een boze blik van Remus. "Je hebt me juist wat?" vroeg ik verder. Sirius keek me met een blik die in zijn ogen voor mij veelzeggend zou moeten zijn maar waar ik niet veel uit kon opmaken alleen dat ik ongelijk had over het feit dat zij me dit hadden aangedaan. "Heb je veel pijn?" vroeg Remus bezorgd en om mij van het vorig onderwerp af te leiden. "Alles doet vreselijk veel pijn, ik kan me niet bewegen en als ik praat heb ik het gevoel alsof iemand de hele tijd aan mijn huid trekt," zei ik met een zucht. Sirius en Remus keken me met een pijnlijke blik aan. "Geef me een spiegel!" riep ik. "Ik wil zien wat er met me aan de hand is!" ging ik tekeer. "Het is beter als..." begon Remus. "Nu!" schreeuwde ik. Sirius haalde zijn schouders op en haalde bij Madame Pomfrey een spiegel. Hij bracht niet alleen een spiegel mee maar ook Madame Pomfrey zelf. "Weet je dit zeker meisje?" vroeg ze me met een blik in haar ogen die ik niet kon plaatsen. Ik knikte. Ze nam de spiegel en toen ze er mee richting mijn gezicht kwam greep Remus mijn rechterhand vast en kneep er zacht in. De spiegel was nu vlakbij en kon ik mijn gezicht zien. Ik schrok en gaapte met open mond naar mijn met sneeën bedekte gezicht. Zodra ik van de schok bekomen was begon ik zacht te huilen. De rest keek me met een blik vol medelijden aan. Zodra ik mijn stem had teruggevonden zei ik: "Ik huil niet van verdriet nu ja wel een beetje want ik ben er niet bepaald op vooruit gegaan maar ik ben blij dat ik mijn beide ogen nog heb want de wolf was niet bepaald voorzichtig. Ook ben ik dankbaar dat iemand me gered heeft en dat ik daardoor nog leef. Ik ben er eigenlijk vanaf gekomen met littekens." De rest keek me verbaasd aan want dit hadden ze zeker niet verwacht. "Je hebt gelijk" sprak Remus zacht. Sinds ik was wakker geworden zag hij er heel breekbaar uit en het leek alsof hij niet veel slaap had gehad. "Jij ziet er niet al te best uit Remus," zei ik tegen de jongen die op dit moment diep in gedachten verzonken was. Hij wisselde een veelbetekenende blik met Sirius en hierna liep Sirius samen met Madame Pomfrey bij mijn bed vandaan waardoor Remus alleen bij me achterbleef. "Ik wil je graag iets vertellen maar je moet me beloven dat hoe boos je ook op me gaat zijn dat je dit tegen niemand verder verteld want alleen Sirius, James en Peter weten er vanaf," sprak hij. Ik knikte. "Ik beloof het je," verzekerde je hem. "Oke, de littekens die je door die weerwolf hebt opgelopen komen door mij. Ik ben als klein kind door Fenrir Greyback gebeten en verander nu elke volle maan in een weerwolf, als ik verander heb ik geen idee van vriend of vijand en val ik iedereen die in mijn buurt komt aan. James en Sirius hebben je gered want als zij er niet waren geweest was je nu vermoedelijk dood geweest... Ik vind het echt verschrikkelijk wat ik met je gedaan heb want dit wilde ik allesbehalve. Van alle mensen wilde ik jou echt geen pijn doen omdat..." Hij begon te stotteren en kreeg een vuurrode kleur op zijn gezicht. Ik wachtte op het vervolg van zijn zin. Hij haalde nog eens diep adem en maakte zijn zin af. "Omdat ik je leuk vind, ik weet dat jij me haat en door dit voorval alleen maar erger maar ik moest het je zeggen." Hij keek me met een deels hoopvolle blik aan maar ik zei niks, ik staarde hem alleen aan. Nadat ik na vijf minuten nog niks gezegd had stond hij op en zei: "Ik snap het, dan ga ik maar. Veel beterschap (Y/L/N)." Na deze woorden liep hij de ziekenzaal uit. Het feit dat hij mijn achternaam gebruikte voelde niet goed, zo afstandelijk. Ik wilde hem tegenhouden maar er kwam geen geluid uit mijn keel en opstaan zou veel te lang duren. Ik wist dat ik het verpest had want eerlijk gezegd als hij me aankeek of iets tegen me zei sloeg mijn hart altijd een slag over, ik dacht altijd dat dat kwam doordat ik haat voor de Gryffindors voelde maar voor Remus was het liefde en James en Sirius was ik dankbaar voor het redden van mijn leven. Ik moest hen laten zien dat ik daar ontzettend dankbaar voor was en Remus moest ik laten zien dat ik hem ook leuk vond ondanks wat hij gedaan had. Ik sloeg voorzichtig mijn benen langs de rand van het bed en probeerde kracht uit te oefenen op mijn voeten. Na enkele seconden voelde ik dat mijn benen het aankonden om te wandelen. Toen ik bijna aan de deur van de ziekenzaal was besefte ik dat ik mijn pyjama aanhad en ik zo niet naar de Great Hall kon, daar moest ik namelijk heen omdat het etenstijd was en de jongens vermoedelijk daar te vinden zouden zijn. Ik pakte mijn toverstok en toverde een rood jurkje en een zwart leren jasje waardoor mijn littekens op mijn buik en armen al bedekt waren. De littekens op mijn gezicht waren moeilijker te camoufleren want ik kon moeilijk met een papieren zak over mijn hoofd rondlopen dus riep ik de hulp in van mijn make-up. Hierdoor waren mijn littekens minder zichtbaar en zag ik er ook minder bleek uit. Ik kon nog steeds niet zo goed lopen dus wandelde ik traag richting Great Hall. Zodra ik de deur opende werd ik door iedereen aangegaapt en sommigen slaakten een gilletje toen ze de littekens op mijn gezicht zagen. Ik zocht de Gryffindor tafel af en zag James en Sirius zitten en een beetje afgezonderd zat Remus. Ik liep naar hen toe. Eerst kwam ik bij James en Sirius en ging tussen hen inzitten. "Uhm jongens, ik wil jullie graag bedanken voor wat jullie voor mij gedaan hebben," glimlachte ik. "Zonder jullie had ik hier niet gezeten." "Geen dank, (Y/N)" zeiden ze in koor waardoor ik moest lachen. "Oke, dan ga ik als jullie dat niet erg vinden naar Remus toe." Ze keken me stomverbaasd aan. Ik wachtte hun reactie niet af en liep naar Remus toe. "Hey Remus," zei ik zacht. Hij keek verschrikt op en zodra hij me aankeek zag ik de tranen in zijn ogen. "Het spijt me dat ik je niet antwoordde daarstraks maar ik was overdonderd. Ik had niet verwacht dat jij de weerwolf was en dat je me ook nog eens leuk vond," sprak ik stilletjes. "Maar wat ik je eigenlijk wilde zeggen is dat wat je gedaan hebt niet uitmaakt, je kon er niks aan doen en ik vind je nog steeds even leuk. En daarmee bedoel ik echt leuk," glimlachte ik naar hem. Zodra hij dit hoorde sprong hij recht en trok me in een knuffel. "Het spijt me vreselijk van je littekens," zei hij bedroefd. "Je hoeft geen spijt te hebben want nu zijn we matching, jij littekens en ik littekens," glimlachte ik naar hem. Na deze woorden nam hij mijn hoofd in zijn handen en zoende me vol liefde. Overal klonk luid gejuich. "Ik laat je nooit meer gaan (Y/N) (Y/L/N)!"
Deel 2 is ook ready! Misschien wat lang voor een short story maar ik wilde Remus een langer verhaal geven so...
JE LEEST
Harry Potter Short Stories
ФанфикHarry Potter short stories, je kan zelf een verhaallijn geven waar ik dan een verhaal mee maak over jou favo Harry Potter personage met jezelf in de hoofdrol! Wilde je altijd al eens lezen hoe Draco Malfoy op je viel of hoe Severus Snape zijn gevoel...