deel 18

82 3 0
                                    

We wandelen zo normaal mogelijk de deur uit. Dylan doet teken dat ik hem moet volgen. 

-'Doe alsof je van hier bent.'

Ik knik en wandel zo normaal mogelijk. 

-' We moeten een paar gangen door en dan zijn we bij je familie. Rose staat aan de uitgang met het busje te wachten.'

-'Ho wacht even. Hoe lang ben ik bewusteloos geweest.'

-'Voor een dag maar. Wees gerust Rose staat klaar. Ik rijd. We kunnen bij Quin en Zack schuilen voor de komende dagen. Ik heb ze alles al duidelijk uitgelegd.'

We wandelen verder. Hoe is op een paar gewone dagen mijn leven zo fel veranderd. Normaal gezien heb ik nu school. Dat zou veel leuker zijn. Waarom kan het spionnendeel van mijn leven mij niet met rust laten. 

-'Vi!'

-'Wat,'

-'Je was even met je gedachten helemaal ergens anders. Kan je mij even helpen met deze deur.'

Ik pak de hendel en trek heel hard .

-'Wacht,  zit mijn familie achter deze zware deur?'

-'Helaas wel. Hoe zwaarder de deur , hoe moeilijker te openen.'

Na nog eens hard te trekken gaat de deur eindelijk open. Voor ons is weer een donkere kamer. 

-'Adrien! Kayla!'

-'Vi ! Stil seffens horen ze ons en sluiten ze je terug op. In het ergste geval sluiten ze mij ook op en wie gaat ze dan bevrijden?'

-'Violet?'

-'Adrien? Ben jij dat?'

-'Violet help.'

Ik probeer Adrien te zoeken, maar Dylan houdt mij tegen. Ik hoor hem, maar ik zie hem nergens. 

-'Blijf jij anders bij de deur op uitkijk staan.'

Ik knik en ga zoals gevraagd aan de deur staan. Langs mij is een paneel met verschillende knoppen aan de muur. Mijn eerste instinct zegt niet aankomen. Misschien is het een val. Uit nieuwsgierigheid schakel ik de ene knop om. Het licht gaat aan.

-'Hey jongens! Ik denk dat ik de lichtknop heb gevonden.'

Voor mij zie ik iedereen staan. Ik ren naar hen toe. Hoe kwaad ik ook ben , het maakt allemaal niet uit. Ik heb eindelijk mijn familie. Ik stop vlak voor hen. Ze zitten vast achter  tralies. 

-'Heb jij een sleutel voor het slot?'

-'Nee, mijn vader vertrouwt mij daar niet genoeg voor.'

Ik ga naar het slot en zoek in mijn haar naar een speldje. Eerste les in spion zijn. Neem altijd een bobby pin mee. Als ik eindelijk het speldje gevonden heb, steek ik het in het slot. Ik kantel hem heen en weer totdat ik een verlossende klik voel. Het slot valt met veel lawaai op de grond. Ik hoop dat niemand dat gehoord heeft. Ik leg het slot aan de kant en open snel de deur. 

-'Jongens!' 

Ik ren naar ze toe en geef ze meteen een knuffel. 

-'Vi, we hebben een probleem. Ze hebben je ouders meegenomen.'

-'We komen later terug voor hen. Eerst moeten we in veiligheid komen. We moeten ongezien naar de uitgang  gaan. Rose staat daar op ons te wachten. Wees gerust , want Zack rijdt. We kunnen overnachten bij Quin en Zack totdat alles terug veilig is. Hun ouders zijn op bezoek bij familie dus we kunnen een plan maken om jou ouders te bevrijden.'

Iedereen knikt in stilte.

-'Toon ons de weg en noch eens sorry van alles. Ik ken je gewoon noch niet zo goed en wist niet hoe je zou reageren als je wist dat je mijn nicht ben.'

-'Het is niks Madison. Ik snap waarom jullie gezwegen hebben. Als ik er niet was geweest , zouden jullie niet in deze situatie zitten.'

-'Hey, zo mag je niet denken.'

-'Och Adrien. Het is wel waar. Door je klein zusje zaten we allemaal opgesloten.'

Ik kijk kwaad naar Ramon. Oké het is deels mijn schuld, maar dat hij moet het er niet zo inwrijven. Ik heb tenslotte geholpen om hen te bevrijden.

-' Als je er zo over denkt is het allemaal mijn fout. Ik hield Violet in de gaten en rapporteerde alles aan mijn vader. Dankzij mij wist mijn vader waar jullie waren en daardoor zijn jullie gevangen genomen. Violet heeft juist haar best gedaan om jullie te bevrijden.'

-'Waarom heb je ons eigenlijk verraden? Je houdt toch van Violet.'

-'Ik was kwaad en dacht dat ze tegen mij loog. Ik dacht dat ze mij en mijn familie iets aan wou doen.'

-'Momenteel wil ik je vader misschien wel iets aandoen. Hij had mij ontvoerd en mijn familie op gesloten in een soort kooi. '

-'Ik help je er gerust bij. Hij heeft tegen mij gelogen over alles. Hij zei dat wat wij deden goed was en wij de mensheid aan het helpen zijn. Ik heb daarstraks ontdekt wat mijn vader eigenlijk allemaal doet.'

-'Wacht even. Wat wilt je vader eigenlijk met mijn ouders.'

Iedereen kijkt naar Adrien die al klaar aan de deur staat om te vertrekken.

-' Hij wilt wraak.'

-'Maar waarvoor?'

Nog voor Dylan de kans krijgt om te antwoorden, gaat de deur open. Voor ons staat een grote man, helemaal gekleed in het zwart. De mensen zijn hier dus echt zo gekleed.

-'Wel, wel, wel. Ik heb altijd al geweten dat jij aan de verkeerde kant staat. Ga maar mooi terug in je cel en dan zal er niks gebeuren.'

-'Waarom ga jij niet in de cel, zodat wij hier weg kunnen.'

De man draait zich naar mij toe. 

-'Fout antwoord.'

Hij grijpt in zijn zak naar zijn pistool en richt het meteen op mij. 

-'Waar zou ik beginnen schieten. Je been of gewoon meteen al het hart.'

Opeens valt de man naar voor. 

-'Je mag ons dankbaar zijn,  Dylan.'

 Voor ons staan drie kinderen van onze leeftijd. Ik heb ze al een paar keer op school gezien. 

-'Hey jongens. Heel fel bedankt.'

-'Bedank ons later maar, we moeten gaan. Die man heeft de anderen ingelicht over het feit dat zij vrij zijn.' 

Een van de drie kinderen wijst naar ons. Ze doet teken dat wij haar moeten volgen. We rennen snel de gang in. Na een paar gangen door gelopen te hebben splitsen we de groep in twee om minder snel gevonden te worden. We hebben afgesproken aan de uitgang. Ik ren samen met Adrien, Madison,  Dylan en een van zijn vrienden. Opeens stoppen we.

-'Waarom stoppen we?'

-'Er zijn mensen. We zullen moeten wachten tot ze weg zijn. Kom buk je.' 

De jongen wiens naam ik nog altijd niet gekregen heb, trekt mij langs zich op de grond.

-'Ik ben jay.'

-'Violet.'

Meteen als de mensen weg zijn, staan we op en rennen naar de uitgang. Aangekomen aan de uitgang, gaat Dylan meteen naar de poort en begint met het herprogrammeren. Van achter ons hoor ik een stem roepen. Ze gingen die kant op! 

-' Uhm Dylan we hebben een klein probleempje.'

-'Ik doe mijn best.'

Net op tijd gaat de poort open. We rennen met zijn allen door de poort en stappen zo snel mogelijk in de auto.

-'Zack rijden!'

Als we weg rijden, zien we een hele groep van mensen naar buiten rennen. Dylan zijn vader roept nog iets.

-'Hier krijg je heel veel spijt van!'

 Heel deze situatie doet mij denken aan Zander. Ik krijg hem maar niet uit mijn hoofd. Ik probeer even te rusten. 

Tranen stromen uit mijn ogen. Op dit moment besef ik hoeveel ik van hem hou.Ik wil schreeuwen, maar ik voel mensen mij oppakken.De organisatie is hier. Ik zie een man praten, maar hoor hem niet.

the spyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu