Hoofdstuk 3

48 1 0
                                    

P.O.V Loïs

Eindelijk terug naar huis, ik ben echt klaar met dat school gebeuren. Ik ben aan het zoeken naar mijn fietssleutel maar ik kan het nergens vinden. Ohh shit ik ben helemaal niet met de fiets bedenk ik me dan. Het is al een beetje aan het schemeren dus ik loop zo snel mogelijk richting huis. Gelukkig is het niet een hele drukke straat maar ik moet wel langs een stuk bos lopen. Wel voel ik me niet helemaal lekker, er zit me iets dwars maar ik weet niet wat het is. Opeens stopt er een busje langs de weg en er zit iemand in, hij vraag me of hij me naar huis kan brengen. Ik weiger vriendelijk en loop weer rustig door. Hij rijd ook langzaam verder en blokkeert dan de weg voor mij. Ineens zie ik de deuren aan de zijkant open vliegen dus ren ik weer zo snel mogelijk terug. Ik heb best een tijd op hardlopen gezeten dus ik weet wel hoe je een sprintje moet trekken. Ik hoor voetstappen achter me aankomen en ik hoor ook een heleboel gehijg. Het enige wat ik nog kan is zo snel mogelijk rennen. Ik ren snel een stuk bos in en ga dan achter een grote boomstam zitten. Ik heb het idee dat ze mij zijn kwijtgeraakt maar toch besluit ik om nog even te blijven zitten. Rustig probeer ik op adem te komen wat vrij lastig is door de adrenaline. Nadat ik rustig heb gezeten sta ik op om weer rustig te gaan lopen. Ik draai me om en ineens voel ik een hand om mijn middel slaan. Ik wil een gil geven maar voordat het mogelijk is voel ik ook een hand op mijn mond. Ik probeer zo veel mogelijk tegen te stribbelen maar ik voel dat ik van 2 kanten vastgehouden wordt. Een zware stem beveelt mij om rustig mee te lopen en om mijn mond dicht te houden. Ik ben zo overdonderd dat ik tegen mijn wil in gewoon meeloop en ook nog luister ook. Ruw word ik meegetrokken in het busje waarmee ze mijn weg blokkeerden. Inmiddels hebben ze ook al een blinddoek voor mijn ogen gedaan zodat ik niks kan zien. Als ik dan neergezet ben in het busje merk ik dat ik moeite heb met ademen. Het is ook niet zo gek aangezien ik zonet gewoon ontvoerd ben. Ik lig op de grond van het busje en ik voel dat mijn benen en armen vastgebonden worden met touw. "Wat moeten jullie van me?" Roep ik in paniek. "Hadden we al gezegd dat je mocht praten? Dacht het niet dus kop dicht." "Oh sorry dat ik het recht niet heb om te weten waar ik naartoe gebracht word." Dan hoor ik de jongens tegen elkaar praten. "Nou we hebben te maken met een pittig dametje." Als ik wat had gezien dan was ik al helemaal uitgeflipt maar ik heb geen idee waar ze toe in staat zijn, dus ik houd me toch maar een beetje in. Dan voel ik ineens 2 handen die in mijn broekzakken zitten te graaien. "Ga je lekker" vraag ik hem sarcastisch. Niemand reageert erop. Ineens komt het besef dat hij mijn telefoon zojuist heeft gepakt en dat ik dus niemand om hulp kan vragen. Een hele tijd later stopt het busje ineens met rijden, ik heb geen idee hoe lang ik hier al lig maar ik ben er nu al klaar mee. Ik voel een aantal handen die mij los aan het maken zijn en hoor dan weer dezelfde zware stem als in het bos. "Opstaan en meewerken, je moet je kop dicht houden en als je dat niet doet komen er consequenties." Ik negeer hem omdat ik geen zin heb om ook nog maar iets tegen die losers te zeggen. Dan schreeuwt een stem in mijn oor "Wat zeg je dan!?" "Ja" zeg ik dan rustig. "Jij hebt nog veel te leren." Zegt hij dan en ik voel een vinger tegen mijn neus prikken. Ik wordt meegetrokken uit het busje en voel dan dat ik opgetild wordt. "Ik kan echt wel zelf lopen hoor" zeg ik opstandig. "Kop dicht!" en ik voel een klap tegen mijn kop. Dat deed best wel veel pijn want die zag ik niet aankomen. Ik hoor wat deuren open en dicht slaan en dan wordt ik neergezet in een stoel. Eerst voel ik dat ik weer wordt vastgebonden en dan pas gaat mijn blinddoek af. Het eerste wat ik zie is een jongen die tegenover mij zit. Hij is eigenlijk best wel knap, NEE dat is niet zo hij is mijn ontvoerder. Hij is echt super lelijk en nee ieuww. Dan begint hij tegen mij te praten.

"Welkom prinsesje van me wat gezellig dat je vrijwillig hier naartoe gekomen bent." Ik kijk hem met mijn meest bitchie face aan en begin tegen te sputteren "Ten eerste ik ben hier niet vrijwillig en ten tweede ik ben je prinses niet en dat ga ik ook nooit worden. Morgen ben ik hie-" Ik voel een hand tegen mijn mond aanslaan waardoor ik niet meer kan praten. Die kerel tegenover me kijkt de jongens achter mij aan en begint dan tegen hen te praten. "ohh leuk jullie hebben een opstandig dametje uitgekozen." Ik kijk de kamer rond en zie dat er allemaal foto's van meisjes hangen, ze zien er allemaal zo sletterig uit. Dan voel ik een hand die mijn kin vastgrijpt en mijn hoofd wordt gedraaid. Daardoor kijk ik recht in de ogen van die kerel, ik weet niet eens hoe hij heet. "Dus, vertel me is, hoe heet jij?" "Gaat je niks aan." Ineens wordt zijn grip bij mijn kin sterker wat best wel veel pijn doet. "Dat gaat mij zeker wel aan, je bent voortaan van mij en je hebt niks meer te willen. Als je nu niet je naam verteld moeten we het op een andere manier aan gaan pakken." Hij blijft mij intens aankijken. "I-ik h-heet Loïs." Zeg ik met een zachte stem. Eindelijk hij laat mijn kin los. Hij loopt terug naar zijn plek en gaat dan achter zijn bureau zitten. "Is Loïs nu bang?" Zegt hij op een plagerige toon. "Nee tuurlijk ben ik dat niet, waarom zou ik bang worden van losers zoals jij. En nu jij mijn naam toch weet zou ik die van jou ook wel willen weten." Zeg ik met een zelfverzekerde stem. Hij kijkt me aan en vertelt dan dat hij Kasper heet. "Nou geweldig, en nu ga ik weer naar huis joejoee." "Ja en hoe ga je dat doen dan? Aangezien je niet echt op kunt staan nu." "Jij denkt echt dat je grappig bent hé. Als je een echte kerel was dan zou je me nu gewoon naar huis laten gaan en dit gewoon vergeten." "En als jij nu een echte vrouw zou zijn dan zou je het accepteren." Ik heb echt geen zin meer om maar iets tegen hem te zeggen. Dan gaat hij verder "Er zijn hier een aantal regels die je gaat volgen, Ten eerste je stopt met de hele tijd dat uitvallen tegen mij en de jongens. Daarnaast luister je naar wat wij je vragen en doe je dat."

Kasper geeft zijn vrienden het bevel om mij los te maken. Hij blijft mij aankijken waardoor ik een opmerking niet kan onderdrukken. "Ahww is Kasper te bang om dat zelf te doen." Hij staat op en pakt mijn kin weer stevig beet. "Ben je nu al vergeten wat ik je net heb gezegd?" "Dat jij zo vergeetachtig bent betekent niet dat ik dat ook ben." Hij stuurt de jongen de kamer uit en maakt de deur op slot. Hij pakt het touw vast waarmee ik vast gemaakt ben en hij trekt het nog strakker. "Nou zit hij zo beter?" "Jij bent zeker de leukste thuis" zeg ik zo rustig mogelijk, het doet namelijk best wel veel pijn. "Laat me je geen pijn doen" zegt hij terwijl hij met zijn gezicht wel heel dicht bij die van mij zit. "Oh wacht, aan je gezicht te zien heb ik dat zojuist al gedaan" gaat hij glimlachend verder. "En als je nou nog lief zou vragen of ik je los zou willen maken dan zou ik dat zeker voor je doen. Ik kijk weg van hem en kijk de kamer weer rond. Ik wil niks tegen hem zeggen en vooral niet als het ook nog lief moet. Hij pakt me bij mijn haar en trekt mijn hoofd achterover. "Moet het nog wat strakker?" Vraagt hij grijnzend. Hij laat mijn haar los en bukt weer om het touw nog strakker te trekken. Hij trekt eraan waardoor het echt onwijs veel pijn doet. Zonder dat ik het wil schreeuw ik dat hij moet stoppen. "En wat zeggen we dan?" Vraagt hij terwijl ik in zijn best mooie ogen kijk. Tegen mijn zin in zeg ik "Maak alsjeblieft dat touw los." Hij blijft me aankijken. "Waarom kijk je me zo aan?" "Wat zeggen we dan nog meer? Ohjaa lieve Kasper." Ik wil dit niet zeggen dus ik blijf hem ook aankijken. Hij bukt weer en wilt het touw vast pakken. Voordat hij ook maar iets kan doen roep ik: "Alsjeblieft li-lieve K-K-Kasper" "There you go." zegt hij dan. Hij maakt eindelijk het touw los. Zodra ik mijn handen kan bewegen grijp ik ze vast en zie ik rode striemen rond mijn pols. Daarna maakt hij ook mijn voeten los waardoor ik op kan staan. Hij pakt mij weer bij mijn haar en kijkt mij aan. "Je gaat gewoon met mij meelopen en je luistert naar wat ik je vraag. Je gaat je gehoorzamen anders wordt het nog erger dan dit"
Hij pakt stevig mijn pols vast waardoor ik zacht gil. Hij begint te lachen en slaat zijn arm om mijn middel. "Meelopen!"

Life StolenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu