- Hoofdstuk 11 -

214 19 4
                                    

De plek waar we uiteindelijk arriveren, is een gebouw wat iets weg heeft van hotel. We betreden de trap naar onze plek toe, op het terras is een zwembad en vanaf de zijkant kun je de meterslange stranden zien liggen. Het idee dat ik daar straks op het strand kan liggen met al mijn vrienden en kan genieten van het prachtige weer, maakt me razend enthousiast. Snel vervolgen we onze weg naar binnen, hier is een grote open ruimte met een trap die je naar boven lijdt. We worden ontvangen door drie behulpzame dames, die onze spullen naar boven brengen. Rustig volgen we de dames die ons de kamers laten zien. Zoals verwacht, gaan we omhoog via de trap en komen we daar bij een soort kruispunt van gangen. Aan de linkerkant is een leuk, knus hoekje gemaakt met een televisie, een bank en wat zitzakken.
Aan de andere kant loopt een hele grote gang en rechtdoor vind je ook weer een gang.
Op de deuren staat aangegeven door middel van bordjes wie waar slaapt. Al snel vind ik een deur met Noa's en mijn naam erop, wat dus aangeeft dat wij bij elkaar slapen.
"Nee hè, niet met hem," hoor ik Laurens boos roepen. Ik loop naar hem toe en zie dat hij met Lucas slaapt.
"Kom op Laurens, ik moet drie maanden met hem gaan dansen, dat is nog wel een beetje erger en je mag altijd bij ons komen hoor." Quasi dankbaar kijkt hij me aan.
"Dit helpt niet."
Lachend loop ik terug naar mijn kamer, waar Noa inmiddels al een bed heeft gekozen en haar spullen al aan het ordenen is. Beiden hebben we ook nog een aantal foto's meegenomen om de kamer wat op te fleuren, foto's van familie, vrienden, vakanties, dansen en noem maar op wat nog meer. De foto's vormen een mooi contrast tegen de muur, alsof het één geheel is. Vooral de lichtblauwe muur maakt het helemaal.
Na de foto's begin ik met mijn kleren, alle hemdjes, shirtjes, broeken en vesten stop ik in de grote, witte kast die naast me staat. Noa zet een leuk muziekje op en begint ook aan haar kleren.
"Nou dat ziet er gezellig uit," klinkt er een stem van de gang. Rick komt onze kamer ingelopen met nog een jongen achter zich aan, die hij voorstelt als zijn kamergenoot, David.
"Hoi David, ik ben Demi en dit is Noa," zeg ik wijzend op Noa bij haar naam.
Verlegen kijkt hij rond in onze kamer, geen hoekje gaat aan hem voorbij.
"Laurens zit bij Lucas, wist je dat al?" vraag ik.
"Dat gaat vast gezellig worden dan en ik wil je nog iets vertellen, toen wij hier net aan kwamen gelopen, zag ik he-."
"Houdt maar op, ik hoef niks meer over hem te horen," zeg ik sterker dan dat ik daadwerkelijk ben. Rick knikt trots, waarschijnlijk omdat ik me eindelijk eens verzet heb tegen Lucas en me niet meer zo laat kwetsen.
Als Laurens zich ook nog bij ons heeft aangesloten, lopen we met een grote groep naar beneden, totdat ik een meisje van een jaar of zestien zie zitten.
"Hoi, wil je misschien met ons mee, we gaan naar het strand?"
Haar verdrietige blik lijkt plaats te maken voor een stralende lach.
"Hoi, ik ben Roos en ik ga graag mee. Ik zou eerst met een vriendin gaan, maar die zag meer in een groepje jongens."
Begrijpelijk kijk ik haar aan, ik snap heel goed hoe ze zich voelt. Dat heb ik ook een paar keer gehad met Noa en Jurgen. Gelukkig is dat hele verhaal nu verleden tijd.
"Kom dan gaan we," zeg ik haar wenkend.
"Even mijn bikini van boven pakken, ik ben zo terug," roept ze terwijl ze zich omdraait en de grote trap oprent.
Als ze even later terugkomt, vervolgen wij onze weg naar het strand. Het weer is heerlijk vandaag, een typisch, zomers klimaat, maar gelukkig is er ook een koel briesje die het lopen over straat niet ondragelijk maakt.
Luid kletsend vervolgen we onze weg, ik loop samen met Roos en kom te weten dat zij Jazz doet voor zeven jaar, in Groningen woont en dit jaar haar eindexamen Mavo heeft gedaan.
Na een tijdje komen we aan op het strand, de zee kleurt hier nog blauwer, dan dat de Noordzee dat doet. Het contrast tussen de zee en het strand is schitterend, de blauwe golven rollen prachtig het strand op, waar ze iedere keer een beetje schuim achterlaten.
Nadat we ons hebben geïnstalleerd op een plekje en ons hebben ingesmeerd, rennen we naar de zee toe.
"Wie er als laatste in ligt, is een idioot," roept Laurens vrolijk, waarna hij zijn pas hevig versnelt.
"Niet eerlijk!" roep ik hem achterna, terwijl ook ik harder begin te rennen.
Uiteindelijk kom ik bij de waterkant en neem zonder erover na te denken een duik in het water. De verbazing dat het anders is dan in Nederland, wordt alleen maar groter. Het water lijkt niet alleen mooier, het voelt ook beter, vrijer of zo. Of misschien is dat gewoon mijn eigen lichaam die alle stukje Lucas laat verdwijnen, ik weet het niet.

Met een glimlach op mijn gezicht lopen we aan het einde van de middag naar onze verblijfplaats, het was zo leuk. We kunnen er allemaal honderduit over spreken.
Deze blijdschap wordt zowaar weggeveegd door hetgeen me op staat te wachten in mijn kamer...
Met de deurklink in mijn handen, praat ik tevreden met Noa. Daarna druk ik de deurklink naar beneden en kijk onze kamer in. Op de grond liggen al mijn foto's in piepkleine stukjes, ik val op mijn knieën, terwijl ik de stukjes van een foto van mijn moeder en mij pak. De stukjes laat ik tussen mijn vingers glijden, de tranen voel ik branden achter mijn oogkassen.
Op de vraag wie dit heeft gedaan, vind ik al snel een antwoord.
'Ik zal altijd winnen'
Deze ene zin op dat papier, zegt genoeg.

Sabrina!

"Spoedoverleg nu," hoor ik Noa tegen de anderen zeggen. Ze lopen met haar mee en ik zie dat hun monden openvallen.
"Wie heeft dit gedaan," vraagt Laurens, waarna ik hem het papier aangeef. Zijn blik veranderd van verbaasd in boos, woedend zelfs.
"Wie denkt die bitch wel niet wie ze is," zegt Rick boos, die het papier over Laurens' schouders heeft gelezen.
Noa slaat bemoedigend een arm om me heen, ze weet dat ik dit vreselijk vind. De tranen achter mijn ogen, prikken al iets minder. Ik voel dat ook mijn boosheid naar boven komt, het verdriet heeft daar plaats voor gemaakt.
"Geen zorgen Demi, we gaan er persoonlijk voor zorgen dat ze hier spijt van gaat krijgen," zegt Laurens lief, terwijl alle andere jongens instemmend knikken.

We maken haar leven tot een hel!

~ 1138 woorden ~
~ Verbeterd op 6-7-2015 ~

Dancing in the rain (voltooid) Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu