2.3 (Victoria)

638 34 3
                                    

Ik loop naar huis, als je het wel huis mag noemen. Ik vindt het geen thuis, het is meer een gevangenis, nouja onderkomen is denk ik het beste woord. Alle vogels fluiten, schetteren is beter. Toekans en paradijsvogels schetteren meer dan dat ze fluiten. Hoe dan ook, het is een vrolijk deuntje. Mono klimt door de bomen naar huis. Telkens stopt ze na een stukje, om te kijken of ik nog wel mee kom. Na een kwartiertje zie ik mijn onderkomen al weer.

Ik loop het pad op en zie een papieren zak voor mijn huisje staan. Ik kijk erin en ik zie boodschappen, een beetje fruit, een paar eieren, een pak melk en rijst. Ik open mijn deur en ik vind op de achterkant van mijn deur twee sleutels. Zodat je straks privacy hebt. Staat er op de sleutelhanger. Ik vraag me echt af waarom ik hier ben? Ik schop mijn schoenen de slaapkamer in en ik loop verder naar de keuken. Mono keek achter de deur weg.

Ik ren door de gang naar de keuken. Mono schrikt en springt weg. Ik kijk om en zie Mono in de hoek van de kamer. Ik loop naar haar toe en til haar voorzichtig op. Gelijk voel ik twee armen om mij heen, correctie, twee hele harige armen. Ik laat het voor wat het is en ik zet haar, zoals gewoonlijk, op mijn schouder. Ondanks dat ik hier pas een paar dagen ben, kan ik nu al niet zonder Mono.

Ik heb vandaag weinig zin in extra speciaal eten. Dus pel ik twee bananen en die doe ik in de frituur. Gebakken banaan is prima vandaag. Opzich vind ik het tropische eten niet heel erg, maar toch ben ik bang dat het eenzijdig word. Ik pak mijn bananen uit de frituur en leg ze op een bord. Voor Mono pel ik een mandarijn. Terwijl ik naar een afwijkend schaaltje zoek, zie ik ineens een zak met apenvoer. Gelijk pak in de zak, achter de zak staat ook een afwijkend schaaltje. Is dat probleem gelijk opgelost.

Ik loop naar buiten en zet Mono' schaaltje op de stoel naast mij. Alles in ondertussen een ritueel geworden,terwijl ik hier pas een paar dagen zit. Eigenlijk is het best eng, dat ik me zo snel aan het eiland aanpas.

Na het eten doe ik gelijk de afwas, netzo als ik het thuis doe: dansend. Na een kleine vijf minuten ben ik al klaar. Het is nog steeds licht, dus wij besloten om een stukje te gaan wandelen. Eigenlijk besloot Mono het, want hij bleef maar door de gang ijsberen. Het is best een grappig gezicht; een aapje zien ijsberen.

Samen liepen we door de jungle naar ik weet niet waar. Ik over het pad en Mono over de takken boven mij. Ik kijk zoekend omhoog, tot mijn verbazing zie ik de eerste camera sinds mijn aankomst. Het is een klein vierkant ding. Heel klein. Opeens valt er iets zwaars op mijn schouder. Ik draai mijn hoofd naar rechts en zie Mono op mijn schouder zitten. Ik begin te lachen waarom weet ik niet, waarschijnlijk omdat ik zin had om te lachen.

Lachend duw ik de bladeren die voor het pad hangen weg. Mijn mond valt open van verbazing. Ik zie een schommel hangen, als kind was ik dol op schommels. Nu nog steeds eigenlijk. Ik ren naar de schommel toe en spring erop. Ik zit op de schommel te genieten van het uitzicht, dat steeds iets veranderd, doordat ik nog steeds een beetje beweeg.

Swingen heet het volgens mij, dat is echt een van de weinige dingen die ik van natuurkunde heb onthouden. Het woord swingen heeft veel rare betekenissen. Eigenlijk is het een raar woord. Wie gebruikt het woord swingen nog. Ik haast nooit. Mijn gedachten worden verstoord door een zaklamp.

"Wie is daar?" vraag ik zo zelfverzerkerd alle het kan. Een meisje alleen in de jungle terwijl het schemerd is geen super combinatie, en ik denk niet dat Mono veel kan doen als een griezel de zaklamp vasthoudt. Er komt een man uit de bosjes, hij heeft een headphone op en een shirt waar crew op staat aan. Hij maakt een gebaar van stil zijn en hij overhandigd mij de zaklamp. Ik kijk hem vragen aan. Zo snel als hij gekomen was, zo snel was hij ook weer weg. Na een paar minuten, besluit ik door de kou om weer naar mijn onderkomen slech huis te gaan. Ik druk op het knopje aan. Met Mono op mijn schouder loop ik terug.

Bij mijn huis aangekomen gris ik het gele briefje van de deur en open de deur snel. Het wordt hier wel heel koud s' nachts. Na tientallen keren lukt het mij eindelijk om het slot open te krijgen. Ik ben altijd goed geweest met sloten, NOT. Ik ren zowat naar binnen. Ik drop het briefje en mijn sleutel op het kastje in de gang en ik loop naar mijn slaapkamer. Ik pak een sweater en trek die aan. Gelijk heb ik het een stuk warmer. Mono loopt naar haar kussens toe. Ik wens haar een goede nacht en ik loop naar de woonkamer

Onderweg heb ik het briefje gepakt. Ik laat me vallen op de bank en open het briefje. Morgen is het tijd om de gele pijlen te volgen. Vertrek alsjeblieft niet weer zonder zaklamp, als je weet dat je in het donker buiten bent. Wij wouden onze crew niet aan jullie tonen. Er ligt een twede zaklamp in je nachtkastje. Goede nacht.

Lekker dan, een berisping. Wist ik veel. Morgen maak ik me er wel druk om.

Een leuk lang hoofdstuk, omdat ik superblij met jullie ben!

Vergeet niet je menig achter te laten. En te voten als je het goede vindt/vond.

Hugs!!

Forbidden VoicesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu