10 - Lana

2.9K 168 7
                                    

Ik loop achter Calum aan naar buiten. Hij klonk echt bezorgt toen hij mij vroeg om te helpen met Michael zoeken, en eigenlijk is dat best wel schattig. Nee, stop Lana. Wat is er mis met me?

'Ik haat ze,' fluister ik zachtjes tegen mezelf. 'Ik haat ze, haat ze, haat ze.' Maar is dat nog wel echt zo? Als ik dat mezelf wijs moet maken. Michael en Calum vallen wel mee. Maar Luke... Zo vaak heb ik hem nog niet gezien maar het irriteert mij gewoon hoe hij me aankijkt. En dan heb je nog Ashton, die mijn vriendin nu afpakt. Ik stel me dan misschien aan, maar zo voelt het wel. We waren er altijd samen over eens dat het de slechtste band ooit was, en opeens is dat verdween. Dus toch haat ik ze.

'Wat zei je?' Verschikt kijk ik op naar Calum die mij vragend aan kijkt.

'Oh, niks. Waar heb je Michael voor het laatst gezien?'

'Voor zijn kamer.'

'Dus daarom zoek je buiten?' Ik grinnik. 'Logisch.'

'Maar hij liep naar buiten.'

'Hoelang geleden was dat?'

'Twee uur of zo. Misschien drie.'

'En jij denkt dat hij in tussen tijd niet al een keertje weer terug is gekomen?' Ik schud lachend mijn hoofd.

'Oké, je hebt gelijk. Ga je mee naar hem toe?'

Ik kijk naar het bankje waar Ashton en Britt net nog op zaten, en die nu leeg is. Zou Britt op onze kamer zijn? Moet ik naar haar toe gaan? Maar zij praatte net ook gewoon verder met Ashton toch? Ik kan best even mee gaan.

'Lana?'

Ik schrik op. 'Oh, ja, natuurlijk.'

'Wie het eerste er is!'

'Maar ik weet niet welke kamer het is!' roep ik hem na.

'Dan heb je nu dus al een achterstand!' Ik lach, en ren hem achterna. De receptioniste kijkt ons waarschuwend aan als we de trappen op rennen. Bij de tweede verdieping stopt Calum, en rent door een deur heen. In de verte zie ik Michael in de deuropening staan. Ik sprint Calum voorbij, waardoor hij mij vloekend probeert bij te houden. Michael kijkt ons verbaasd aan. Plotseling gaat de deur voor hem open en komt Luke naar buiten gelopen. Ik bots tegen hem aan. Calum zat vlak achter mij en botst daardoor ook tegen mij aan. Ik word geplet tussen Luke en Calum als een tosti. Michael komt niet meer bij van het lachen.

'Sorry,' zeg ik. Ik kijk om hoog en zie Luke hoofdschuddend lachen naar Michael en Calum maar ondertussen heb ik het gevoel dat hij mij waarschuwend aan kijkt.

'Ik- ik ga maar weer is.' Ik zwaai nog even vlug en ren dan naar de trap. Als ik door de deur van het trappenhuis ben, blijf ik even zuchtend staan. Wat is dat met Luke? Ik loop langzaam de trap op en loop onze kamer in. Britts schoenen staan wel bij de kapstok maar haar zelf kan ik nergens vinden. Die zal al wel slapen. Ik loop naar mijn eigen kamer en val even later in slaap.

~

De volgende ochtend word ik wakker met enorme hoofdpijn. Ik wrijf in mijn ogen en kijk op mijn mobiel hoe laat het is. Omdat ik op mijn rug lig en alles in de ochtend te veel moeite kost -zelfs een mobiel omhoog houden- valt hij op mijn gezicht. Ik wrijf pijnlijk over mijn gezicht en sta met moeite op. Het liefst zou ik de hele dag in dit bed blijven liggen, want dit ding ligt echt geweldig, maar dan zou Britt helemaal alleen moeten ontbijten en dat is ook zo sneu. Ik loop de kamer uit en zie nog geen spoor van Britt. Ik kijk in haar slaapkamer, maar daar is ze ook niet. Zou ze weg zijn gegaan zonder iets te zeggen? Ik zie haar mobiel op haar nachtkastje liggen. Nieuwsgierig loop ik er naar toe en kijk ik er op. Alleen haar wekker staat om negen uur. Ze is dus expres weg. Ik ga haar kamer weer uit en plof op de bank neer.
Even later komt ze vrolijk de kamer binnen gelopen.

UndercoverWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu