Het bleek dat Rhen nog steeds verbonden met het circus was wanneer hij mijn mahika gebruikte. Hierdoor had hij de voorstellingen naadloos door kunnen laten gaan, zonder dat een aankondiging nodig was. Hij bleef bij me, ook toen ik hem verzekerde dat ik me beter voelde. Het was ook waar, zijn aanwezigheid had me gerustgesteld tot het punt dat ik mijn paniekaanval alweer verdrongen had. Toch verliet hij mijn zijde niet, we vertelden elkaar over onze dromen. Nou ja, ik luisterde eerder naar zijn dromen, want zelf had ik geen idee. Ik had nooit Eyniv willen verlaten, maar het idee om met Rhen mee te trekken rond de wereld, de reflecties van de plekken te bezoeken die hij me door mijn magie liet zien, was enorm aantrekkelijk geworden. Rhen hoopte op een doorbraak tegen de regressie, zodat hij eindelijk iedereen in het circus kon loslaten. De mensen hier waren hier al jaren en aangezien het circus tijdloos was, zouden de aantallen alleen maar verdubbelen.
'Jij was ook gebonden aan het circus toch, hoe oud maakt dat jou?' Mijn hand gleed over Rhens borst naar zijn buik, waardoor hij rilde. Hij had zijn warme hand op mijn gezicht gelegd.
'Ik weet het eigenlijk niet,' mompelde hij. 'Ik houd de jaren niet bij binnen het circus, het is elke dag hetzelfde, ik houd een voorstelling en dat is het dan. De dagen versmelten dan een beetje samen. Het kan niet meer zijn dan een paar jaar, maar het exacte getal weet ik niet.' De spreekstalmeester leek geen dag ouder dan ik, maar het circus gaf hem niet de luxe om oud te worden. Hij zou altijd deze leeftijd zijn en geen vooruitgang boeken. Misschien was het ook beter met de regressie op de loer in zijn toekomst.
'Waarom houd je elke dag een voorstelling?' Rhen gaf me een kus op mijn voorhoofd, vervolgens eentje op mijn slaap en zo maakte hij een spoor tot mijn mond. Hij leek dat vaker te doen uit het niets.
'Omdat iedereen met mahika het aan andere mensen wilden laten zien, dus dit was het enige wat ik voor ze kon betekenen. Ik kon ze misschien niet genezen nu, maar ik kon wel hun wens vervullen door de meest boeiende voorstellingen op te voeren.' Het deed me denken aan een jongere versie van mezelf, die dolgraag de jongere kinderen mijn illusies voerden omdat de bewonderende blikken me goed deden voelen. Ik haalde voldoening wanneer mensen naar me opkeken, maar op een gegeven moment leek dat een taak van me geworden te zijn.
'Wil jij je mahika aan anderen laten zien?' Rhens mondhoeken trokken omlaag, zijn ogen vol pijn.
'Nee, ik haat het, maar ik kan niet zonder, want dat is hoe het werkt.' Hij grimaste, waardoor ik op mijn beurt een kus op zijn kaak plaatste. Iedereen met mahika was verleid om het te gebruiken, het was de oorsprong van mirakels en pijn. Mijn magie brandde feller als antwoord, tot op de dag van vandaag waren we niet over dit meningsverschil uit, maar we hoefden het niet met elkaar eens zijn op dit vlak.
Mahika was ingewikkelder dan een een bladzijde van een boek, waar het duidelijk zwart en wit was. Het was goed en fout, een vloek en een gift.
~***~
We maakten geen voortgang met het drankje, althans dat had Rhen me verteld. We waren twee weken verder sinds mijn paniekaanval in de tent, maar Rhen had me er gelukkig niet anders door behandeld. Ik had niet de moed gevonden om hem te vertellen waardoor mijn paniek kwam en elke keer wanneer ik het probeerde, kneep mijn keel dicht. Door de dagen heen had ik ook niet meer gedacht en uiteindelijk waren deze gedachten in de achterhoek van mijn hoofd gebleven.
In de schuilplaats was een spanning komen hangen, vooral omdat het bleek dat we een voedseltekort zouden hebben nog voor de zomer aankwam, wanneer de handel het minst was door de extreme hitte. Asim had gepeinsd rondom een tafel met Isan, Nasher en wat andere mensen, maar geen een keer was ik naar ze toegegaan. Het deed pijn dat ze ook geen een keer mijn mening vroegen, maar ik schudde dat gauw weg. Hij wist van mij en van magie, dus als hij me nodig had, zou ik het wel merken.
Toen de maan over ons heenkeek, bevond ik me nog buiten de schuilplaats in het zand. Ik wachtte tot de meeste mensen in mijn slaapkamer daadwerkelijk sliepen voor ik daar naar binnen sloop. Anders wist ik zeker dat ze aan het piekeren en peinzen waren over de situatie, waarna ik niet wist of ik mezelf nog kon tegenhouden. Ik leunde mijn hoofd tegen de muur, luisterde naar de zachte bries die mijn ledematen afkoelde. Het geluid van krakende voetstappen trok mijn aandacht en ik keek om de hoek naar de poort van de schuilplaats.
Asim en Isan liepen gekleed in een gewaad naar buiten, ze waren muisstil op de slangen die achter Isans voeten gleden na. Het was een vreemde combo om de twee samen te zien. Misschien waren ze op missie uit en hadden ze eindelijk een plan, mijn hoofd beval me er niet te veel mee te bemoeien, maar mijn onderbuikgevoel sprak het tegen. Er was iets aan de hand en ik kon het niet negeren, niet tot ik wist dat ze veilig thuis zouden komen.
Ik duwde me van de muur en sloop op een veilige afstand achter ze aan. Mijn illusie omarmde me tot een lege positie op mijn plek en ik volgde de twee die voorbij de stad liepen.
Naar het circus.
Mijn hart bonkte in mijn keel, dit was geen goed voorteken. Mijn maag draaide zich om met elke stap die ik richting het tentdoek zette. Licht schoot aan in het circus wat langs de doekopeningen op de grond sijpelde en ik bleef roerloos voor de ingang staan, wetend dat Rhen me aanvoelde als ik een stap binnenzette.
'Asim, lang niet gezien.' Rhen begroette hem alsof ze elkaar al langer kenden. Met een oog gesloten probeerde ik door het kiertje van het doek te spieken, maar ik zag alleen Rhen die op een kist zat met zijn benen over elkaar geslagen. Asim en Isan stonden met hun rug naar me toe, maar ze leken gespannen zelfs vanaf deze afstand.
'Rhen.' Asims stem klonk serieus, zijn hand balde tot een vuist.
'Je komt voor iets wat te maken heeft met Nyra,' raadde de spreekstalmeester snel, zijn spelende toon viel en hij leunde voorover.
'Ik wilde gewoon weten hoe het met haar gaat,' mompelde de leider. Het was een leugen, het was te horen aan hoe zijn stem een stukje hoger schoot bij de laatste twee lettergrepen.
'Ze mag haar mahika niet gebruiken, mijn advies blijft daarbij. Ik weet niet welk probleem je hebt, maar je moet het op een andere manier oplossen.' Rhens woorden verwarden me. Hij praatte alsof hij feiten aan het opratelen was, maar waarom was hij zo zeker van zijn zaak? 'En jij, Isan toch? Nyra heeft het weleens over je in haar slaap, jij kijkt alsof je ook wat wilt zeggen.' Zijn stem was zo zakelijk, als de eerste keer dat we elkaar tegen waren gekomen.
'Nu het beter met haar gaat, dan is het niet nodig om haar te binden aan het circus, toch?' Isans stem brak, alsof hij elk moment in tranen kon uitbarsten. Het klonk zoals ik me voelde. Mijn knieën begaven het en ik viel omlaag, starend naar het schouwspel voor me.
'Dat is waar, maar we weten niet of dit aanhoudt.' Rhen zuchtte. 'Ik heb het liever ook niet, maar ik weet het niet. Daarnaast is het Asims verzoek, trek je die dan terug?' De drie raakten stil.
'Ik wil kijken of het anders kan, ze heeft me laatst geleerd dat ik niet zomaar moet opgeven op familie en ik besef nu pas dat het niet de goede aanpak was. Maar alleen als Isan het daar mee eens was, want jij had er het meest last van.' Mijn zicht was gevuld met zwarte vlekken doordat al het bloed wegtrok, Isans vraag bevestigde dan eindelijk de realiteit die ik niet wilde inzien.
'Is er geen andere manier waarop we haar regressie kunnen tegenhouden?'
JE LEEST
Reflectie || ONC23
Fantasy2e plek ONC' 23 "Alle mensen met magie zullen op den duur hun gezonde verstand verliezen, tot ze geen mens meer genoemd kunnen worden. Wanneer Nyra te horen krijgt dat een van haar beste vrienden langzaamaan gek wordt, besluit ze het onmogelijke te...