Hoofdstuk 7 - Hayden

38 3 0
                                    

Ik werd die ochtend met een onprettig en zeurderig gevoel in mijn maag wakker. Het was een gevoel die me niet meer los wilde laten maar die ik ook niet zo goed kon beschrijven.

Ik trapte de dekens van mij af, probeerde de overmeesterende pijn in mijn binnenste te negeren.
De eerste gedachte die mijn hersenen binnendrong was Nova. Ik probeerde mezelf ervan te verzekeren dat er niks met haar aan de hand was. Geen enkel meisje had ooit gewaagd dit huis te verlaten zonder mijn toestemming, zonder mij om hen te beschermen. Hoewel Nova anders was dan al haar voorgangsters, bleef ik herhalen dat ook zij deze veilige haven niet durfde te verlaten.
Toch bleef er een zeurderig stemmetje in mijn hoofd herhalen dat ik bij haar moest kijken. Het duivelse gedeelte van mijn persoonlijkheid, het gedeelte die vaak de overhand had, verlangde ernaar om haar weer te zien, om haar te kwellen. Het gevoelige deel fluisterde dat ik haar nog even wat tijd moest gunnen om bij te komen. Het was immers niet niks om in een huis terecht te komen waar niets was wat het leek. En voor het eerst sinds lange tijd gaf ik mijn gevoelige kant gelijk. Ik verbaasde mezelf erover dat ik die keuze maakte, maar het voelde beter om haar nog even met rust te laten.
Ik nam me voor om na het ontbijt een kijkje bij haar te nemen, ik had nog jaren de tijd om haar uit haar tent te lokken. Ik glimlachte bij het idee. Meestal had ik er geen vertrouwen in dat de meisjes in kwestie lange tijd in mijn huis zouden verblijven, maar bij haar zou ik er alles aan doen om haar bij me te houden.

Het was ronduit absurd te noemen dat ik me in zo'n korte tijd al aan haar had gehecht en daar haatte ik mezelf dan ook om, maar ik was ervan overtuigd dat zij zich weleens zou kunnen redden in deze verraderlijke wereld. Ik slenterde richting de badkamer en plensde wat ijskoud water in mijn gezicht, gewoon om mezelf eraan te helpen herinneren dat ik nooit mocht toegeven aan emoties. Niemand, en zeker geen meisje, zou dat voornemen in de war mogen schoppen.
Mijn hoofd bonkte lichtjes, mijn mond werd kurkdroog.

Wat was er toch allemaal aan de hand?

Mijn pijnlijke hoofd en lichaam niet nog verder belastend kleedde ik mij uiterst langzaam aan. Mijn outfit bestond uit een gemakkelijk rood T-shirt en een zwarte spijkerbroek die losjes op mijn heupen hing. Een paar vertrapte sneakers eronder en ik was klaar. Veel aandacht aan mijn haar besteedde ik niet. Enkel een keer met mijn hand erdoorheen en het zat in model. Ik was best trots op mijn uiterlijk. Het was van een schoonheid waarmee ik iedereen om mijn vinger kon winden. Mijn ogenschijnlijk lieve glimlach deed ieder meisje smelten, tot ze erachter kwamen waar ik toe in staat was. Mijn karakter was egoïstisch, kil en sluw. Mijn ouders hadden me geleerd niemand te vertrouwen omdat je bij vriendschap na onbepaalde tijd enkel een mes in je rug kon verwachten.
Ik weigerde om van iemand afhankelijk te zijn, om wie dan ook toe te laten in mijn hart. Maar zij, zij bracht al die goede voornemens in gevaar. Tuurlijk was ik nog steeds afstandelijk en alles behalve lief en zorgzaam, maar ik voelde dat ik al wat zachter werd, dat mijn karakter stukje bij beetje werd overgenomen.
Zij wist zich bij mij naar binnen te graven, mijn hart binnen te dringen en zich daar te nestelen, juist op een plek waar ik niet bij haar kon. Op de plek waar mijn gevoelens zaten, verdriet die ik het liefst niet wilde oprakelen. Waarvan ik weg wilde rennen. Als ik naar haar opzoek zou gaan en haar zou willen verjagen, zou dat zoveel emoties met zich meebrengen dat ik er niet eens aan wilde beginnen. Het was prima dat ze een deel van mij was, daarom had ik haar immers hiernaartoe gebracht, als ik me daardoor maar niet zou laten afleiden. Ik had bevolking te leiden, een reputatie hoog te houden. Ik kon niet riskeren dat ze van mij een slappeling zou maken, en dus zou ik dat ook nooit toestaan. Ze moest leren wie hier de baas was, ik zou haar moeten breken. Enkel om te voorkomen dat ze mij brak.

In gedachten verzonken liep ik door de duistere gangen. Het voelde goed om door mijn huis te lopen, om het gevoel van macht weer even door mijn lichaam te laten stromen. Dit was mijn domein en ik zou het met hand en tand verdedigen.

Verweven - ON HOLDWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu