Hoofdstuk 29

4 1 0
                                    

Ik zat tussen meerdere collega's in aan de grote vergadertafel. Iedereen kibbelde met elkaar en een beetje in elkaar gekrompen zat ik tussen hen in. Ik had Mace de hele ochtend niet gezien, want Willem had aan hem gevraagd om met andere collega's samen te werken. Mace was op andere gebieden iets breder ontwikkeld dan ik.

Jessie kwam verstrooid de vergaderruimte inlopen en ik keek haar bezorgd aan. Zij was de enige vaste steunpilaar tijdens mijn werk, ik kon haar ook niet verliezen door eventueel roekeloos gedrag. Ik was zo bezig met alles op een weegschaal leggen, dat ik er slapeloze nachten van had gehad. Ik maakte mijn hoofd gek, wilde terug naar hoe het vroeger was toen er nog geen smartphones bestonden. Soms controleerde ik wel elke vijf minuten mijn telefoon. Het was eigenlijk best zielig, mijn gedrag.

Toen Jessie mij zag zwaaide ze vrolijk, waardoor ik wist dat het niks met mij te maken had. De ene keer spraken we elkaar elke dag, ook op Whatsapp. Andere dagen, wanneer we druk waren met andere dingen, was het contact wat minder. Dat vond ik prima.

Willem kwam ook de ruimte ingelopen, met Mace en nog twee andere collega's achter hem aan. Het was een vrouw die ik vaker had gezien binnen het bedrijf. Ze had het nogal hoog in haar hoofd, wilde dat iedereen haar behandelde als goud en liet er vaak geen gras over groeien. Ik bleef graag bij haar uit de buurt. Daarentegen was ze nogal gevleid door de aanwezigheid van Mace, want ze raakte meerdere keren zijn arm aan, lachte in mijn opzicht iets te hard om wat hij zei.

Ik voelde een knoop in mijn maag ontstaan, een mengeling van boosheid en jaloezie. Het feit dat hij nog geen een keer door de ruimte had gekeken om mij te zoeken, baarde mij ook zorgen. Ze stonden daar al bijna tien minuten, Willem was druk met het presentatiebord bezig en met een verbaasde grimas keek Jessie mij aan. Alsof ze wilde zeggen, is dat normaal wat Mace doet?

Volgens mij was haar naam Olivia, ik probeerde dat te onthouden door aan een olijf te denken. Ze namen plaats langs elkaar, zoals ik en Mace een tijd geleden deden. Ik hield mijn blik gefocust op hun, maar er kwam geen blik van hem naar mij. Dit was duidelijk, Mace was te onstabiel en wist totaal niet wat hij wilde.

Ik moest eerst niks van Mace hebben, riep maar al te graag 'hij is mijn type niet'. Sinds hij steeds dichter bij mij in de buurt wilde komen, de afspraken die we hadden gehad, begon ik anders naar hem te kijken. Waarschijnlijk riep ik dat zo hard, om mezelf te beschermen. Elke keer sijpelde het door mijn gedachten, wat als hij wel het type was waar ik diep van binnen naar op zoek ben? Ik voelde mij lichamelijk ook ontzettend aangetrokken tot hem, hij wist wat hij deed en mee bezig was. Het feit dat ik met trillende handen mijn voordeur open deed, wist ik voldoende. Haat en liefde was nou eenmaal een dunne lijn, die bij mij soms hand in hand gingen. Ik was iemand die ook de lichamelijke aantrekking moest hebben en natuurlijk woog geestelijke connectie het meest mee. Maar ik kon niks met iemand die mijn hart niet op hol deed slaan als ik hem zou zien staan.

Naar een half uur luisteren naar Willem, de kwelling die ik in mijn lichaam voelde, het bekijken van de vieze ramen en het ruiken van iets minder frisse collega's, liep ik als eerste de ruimte uit. Ik wilde Mace niet in zijn ogen aankijken of het spel wat er tussen Olivia en hem afspeelde. Vrouwen zouden voor hem in de rij staan, dat had ik kunnen weten.

Ik versnelde mijn pas, vervloekte mijn hakken die ik eindelijk had gevonden in een verdwaalde verhuisdoos en haalde opgelucht adem toen ik mezelf liet zakken in mijn bureaustoel. Ik leunde met mijn hoofd achterover, sloot mijn ogen en haalde diep adem. Mijn hart maakte overuren en vond het ineens een goed idee om vanavond een lange wandeling te gaan maken. Eigenlijk mocht ik nergens niks van zeggen, want we waren 'maar' collega's.

Net toen ik mijn ogen wilde openen, hoorde ik Olivia haar stem dichterbij komen. Haar walgelijke lach was 4 kantoordeuren verder nog te horen. Ik wilde wegduiken onder mijn bureau, maar binnen een seconde was de deur van onze ruimte geopend. Geschrokken keek ik naar die twee.

'Oh, hoi Lucy.' Olivia's harde stem, maakte plaats voor een saaie monotoom geluid. 'Hoi.' Antwoorde ik kort terug, opende snel mijn laptop en begroette Mace niet. Dat deed hij ook niet naar mij.

'Dit zijn de papieren die je nodig hebt om het met elkaar te vergelijken, als je nog vragen hebt dan hoor ik dat wel.' Hij overhandigde een paar papieren aan haar en met een overdreven glimlach pakte ze het aan. 'Dat zal ik zeker doen, dank je wel.' Ze legde nogmaals haar hand op zijn arm. Verschrikkelijk mens. Olivia liep de ruimte uit en sloot de deur achter zich.

Ik maakte een gek gezicht, wat op Olivia haar gezicht moest lijken en liet een onhoorbare zucht. 'Is dat nou nodig?' Mompelde Mace. Zijn stem zette mij op scherp en ik voelde dat ik mezelf niet meer in kon houden. Wat dacht hij?

Ik gaf expres geen antwoord, om mezelf in bedwang te houden. Het was alsof ik in brand stond, uit woede. Het feit dat hij zo reageerde, zei mij ook al genoeg.

Toen hij zacht kuchte en mij aankeek, verloor ik mijn grens.

'Wat denk jij ervan?' Het klonk als een grom, maar dan vrouwelijk. Het schoot door mijn hoofd dat vandaag de dag was, dat ik mijn baan zou verliezen.

'Jij groet mij toch ook niet, of wel?' Ik spuwde figuurlijk woede. 'Dat wilde ik doen nadat Olivia de ruimte had verlaten.' Zijn stem was luid en zakelijk. Ik walgde ervan.

'Het maakt niet uit. Laat mij voortaan met rust, met je zogenaamde romantische dates.' Het is nog net niet dat de vlammen uit mijn mond kwamen, want ik was er toe in staat. Zijn nonchalante houding liet mij lijden.

'Denk je serieus dat ik een oogje op Olivia heb?' De woede in mijn lichaam werd alleen maar aangewakkerd en ik probeerde mijn jaloezie onder controle te krijgen. Het was een mengeling van trauma en beschadiging. Ik had ineens spijt van mijn tranen dit weekend.

'Het doet er verder niet toe. Blijkbaar was die ene date genoeg om mij niks meer te laten weten, dat lijkt mij duidelijk nu. Ik ga aan Willem vragen of ik naar een andere afdeling geplaats kan worden.'

Hij opende zijn ogen en keek mij verbaast aan. 'Ik weet dat je mij kan aanvallen op het feit dat ik niks had gestuurd, maar ik wilde niet degene die dat deed, terwijl mijn bh op de grond lag.' En zo was het ook, waar waren de mannen gebleven met ballen?

'Het is niet wat het lijkt.' Hij mompelde in onzekerheid. Ik greep mijn bureau vast en zette mijn nagels erin. Ik wist inmiddels genoeg.

'Ik hoef jou niet meer te zien en ik wens je veel plezier met Olivia. Zij zou trouwens ook veel beter bij jou passen. Succes met alles.'

Ik pakte al mijn spullen in met trillende handen. Toen ik alles had ingepakt, liep ik naar het kantoor van Jessie en zag alles in duigen vallen.

Hij zag mij alleen maar als een makkelijk object, wilde niet samen groeien en verschuilde zich achter zijn trauma. Ergens hoopte ik dat Olivia hem kapot zou maken.

'Houd ze maar goed in de gaten, ik ben er vrijwillig uitgestapt.' Mompelde ik. Jessie pakte mij vast en nam mijn tas uit mijn handen.

'Je mag hier zo lang werken als jij wilt, ik verzin wel wat.' En haar woorden waren net genoeg, ik probeerde enige hoop te houden.

Ik mis mezelf, net zoals ik jou mis (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu