Hoofdstuk 4

30 6 0
                                    

Het is 2 weken nadat we de politie hadden gebeld. Er is sindsdien niets meer gebeurd. Toch blijven we alert. Ik zit boven op mijn bed te lezen...

"Mies, er is een pakketje voor je!" roept mam.

Ik verstrak. Zou dit van dezelfde persoon zijn? Ik loop naar beneden om het pakketje te pakken. Ik wil het pakketje helemaal niet openmaken. Ik aarzel, maar maak dan toch het pakketje open. Het is een klein doosje met een strik eromheen. In het doosje zit een armbandje. Het is een zilveren armband met een hartje eraan. Van wie is deze armband?

De dag erna op school vertel ik aan Debbie over de armband. Zij vind het ook vreemd. We besluiten in de grote pauze Niels in te lichten...

"Heey mensen!"

"Heleuw," probeer ik zo vrolijk mogelijk te zeggen.

"Michelle... doe nu niet alsof alles oké is," zegt Debbie.

"Wat is er aan de hand dan?" vraagt Niels.

"Michelle denkt dat de verbeelding geen verbeelding was, er zijn namelijk meerdere dingen gebeurd," legt Debbie uit.

"Oow... zoals wat?" vraagt Niels en hij kijkt mij aan.

"I... ik uhh...," stamel ik. Waarom kan ik het niet zeggen? Ik heb de neiging om weg te lopen, maar als ik dat doe dan weet Niels nog niet wat er aan de hand is.

"Michelle? Coooonnntact!!" roept Niels.

"Oow.. sorry," zeg ik. Ik vertel Niels over wat er is gebeurd.

"En de politie doet er niets aan?!! roept Niels verontwaardigd.

"Ze willen er wel iets aan doen, maar ze kunnen er niets tegen doen," zegt Debbie.

"Het enige wat we kunnen doen is goed op elkaar letten de komende tijd," zeg ik.

OntmaskerdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu