Hoofdstuk 6

110 10 1
                                    

Jason's POV

~ Ik loop richting een man, ik schat in de 30, die ook op me afloopt. Ik ben al lang blij dat het een mens is. Ofja dat hoop ik nog steeds. Ik kom steeds dichter en dichter, maar het warme weer beïnvloedt mijn conditie. Ik voel dat ik steeds trager ga. Maar ik blijf doorlopen. Ik zie dat hij het ook aan het begeven is. Maar hij zet door, hoe moeilijk het ook is, wat ik begrijp. Ik denk dat het zeker boven de 40 graden is hier! Uiteindelijk bereik ik de man. Uitgeput van het stukje hardlopen zet ik me tegen een boom. 'Jason', groet ik hem. 'David', zegt hij terug. 'Aangenaam', komt er met een zucht uit. 'Het..hetzelfde', zegt hij me terug. Als we na een tijdje bekomen zijn, richt ik m'n hoofd naar boven om diep adem te halen. Dan zie ik een bakje schommelen, net zo een als ik had, en David waarschijnlijk ook. 'Kijk, daarboven', zeg ik terwijl ik naar boven wijs. 'Nog mensen, hoop ik', zei David. 'Laten we ze gaan zoeken', zeg ik terwijl ik weer opsta. We lopen een willekeurige richting uit in de hoop iemand te kunnen vinden.

Helena's POV

Ik heb al een eindje gewandeld weg van het bakje waar ik inzat, maar besluit om misschien beter te gaan zitten onder een boom in de schaduw. Ik kan niet tegen té hete temperaturen, Het mos waarop ik zat was koel en dat deed goed. Na een tijdje gezeten te hebben, hoorde ik iets. Ik hoorde voetstappen. Ik hoopte zó hard dat het mensen waren en geen verslindende beer ofzoiets. Wat hier eigenlijk niet hoort, want het is hier warm.. voor de zekerheid kruip ik in de boom moest het een onbekend wezen zijn ofzo. Ik heb scherpe ogen, dus ik keek rond of ik iets of iemand kon zien. Op een meter of 800 zag ik 2 mensen wandelen. Maar ik was nog niet compleet zeker dat het mensen waren. Toen ze ongeveer op 300 meter verwijderd waren, wist ik het zeker, 2 mannen. Ik blijf voor de zekerheid nog even hangen tot ze vlakbij zijn. Anders valt het te hard op als ik van zo hoog ga roepen. Ik klim een aantal takken naar beneden om dichterbij te kunnen komen.

Gigi's POV

Ik dwaal hier en daar wat rond tussen wat bomen. Zulke bomen heb ik nog nooit gezien. Ze waren echt zeer hoog, en makkelijk beklimbaar. Na een tijdje begin ik me echt te vervelen en besluit in een boom te klimmen. Als ik ergens 400 meter boven de grond zit, zie ik een nest, geen kleintje, een groot nest. Er liggen eieren in. Grote eieren. Wat voor dier zou dit zijn. Terwijl ik ze bekijk hoor ik iets achter me, ik draai me om, en zie één van de grootste vogels die ik ooit heb gezien. Het was een grote havik van een halve meter, helemaal wit, met hier en daar wat zwarte vlekken. Net een dalmatiër in vogelvorm. Ik moet hier weg, en snel. Ik ken dit dier niet, en weet dus ook niet wat het doet. Ik heb het nog nooit eerder gezien. Snel laat ik me naar beneden glijden en spring van de ene tak naar de andere. Deze boom heeft geen twijgjes, absoluut niet. Het zijn dikke twijgen als ik het zo kan noemen, ze hebben zeker een diameter van 20 centimeter. Dus is het niet moeilijk. Als ik zo'n 2 bomen heb gedaan, blijf ik zitten, uit het zicht van de grote vogel. In de verte zie ik een vrouw naar beneden staren. Wat zou ze aan het doen zijn? Ik besluit om erheen te gaan.

David's POV

~ Jason ziet me er wel een aardige knul uit, hij is nog jong, erg jong. Als hem nu iets zou moeten overkomen, zou ik dat erg vinden. Hij is nog veel te jong om te sterven. Als we een dikke boom voorbijlopen. Hoor ik iemand iets zeggen, het is niet Jason. Nee, het is een meisjesstem. En niet zomaar een meisjesstem, het is een tienerstem. Dit kan niet waar zijn, hebben ze een tiener erbij betrokken? 'Jason, ik hoor een tienerstem', zeg ik. 'Nee, dat meen je niet?' vroeg hij me. Op dat moment zie ik het meisje haar hoofd tevoorschijn komen, samen met haar hand, ze gebaard om naar boven te komen. Even kijk ik Jason aan, en we besluiten dat het wel veilig is en we klimmen omhoog. Als we boven zijn, zie ik heb meisje. Het is echt nog een tiener. Ze heeft bruin haren in een vlecht. Dat zie ik mijn vrouw nog niet snel dragen. Ik moet dit wel halen, anders gaat mijn niet-vlechtjes-dragende vrouw er ook aan. 'Helena', begroet ze ons. 'David', zeg ik daarna. Jason heeft niet door dat ze zich heeft voorgesteld. Hij is met zijn gedachten ergens anders.

Nina's POV

~ Ik hoor het geritsel niet meer, maar er kwam niets uit de struiken, wat erin zat, zit er nog steeds in. Mijn blik blijft op de struik gericht. Opeens zegt een stem achter me: 'Hee, naar wat kijkt u mevrouw?' Ik schrik er zo hard van dat ik vooruit val, recht in de struik. Ik zie nog net een eekhoorn wegspurten. Was het dat, dat waardoor ik nu hier lig? Ik sta recht en kijk weer naar boven. Ik zie een donkere man naar me staren. 'Is alles oke mevrouw?' vraagt hij. 'Ja, denk ik..', antwoord ik hem. 'S..sorry dat ik u liet schrikken, dat was niet mijn bedoeling', verontschuldigt hij zich. 'Ach, dat is niets', vergeef ik hem. 'Komt u terug naar boven?' vraagt hij. 'Ehm, ja..' zeg ik terwijl ik voorzichtig weer omhoog klim. 'Gigi', zegt hij als ik weer boven ben. Hij strekt zijn arm uit. Terwijl ik zijn hand schudt  zeg ik: 'Nina, aangenaam.' 'Ben jij ook uit zo'n ton gevallen?' vraag ik hem. 'Ja het is gewoon een marteltuig', zegt hij. Vlak daarna horen we iemand vanuit de verte roepen.

SuvivorsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu