-

717 21 5
                                        

Onbewust glimlach ik in mezelf.

Een tik tegen mijn schouder doet me opkijken en Rowan kijkt me fronsend aan. Zijn ogen staan geïrriteerd en grinnikend schudt hij zijn hoofd. 'Mevrouw was weer eens aan het dagdromen. En daar ga ik mee trouwen,' zegt hij quasi-schuldig. Ik rol met mijn ogen en duw hem tegen zijn schouder waarna Rowan met een klap op de grond van zijn stoel valt. Meteen barst ik in lachen uit en verontwaardigd kijkt Rowan naar me op. 'Jemig, net een hulk.' mompelt hij binnensmonds als hij zichzelf omhoog hijst. 'Sterk en cool?' grijns ik. Hij schudt zijn hoofd en zijn mondhoeken veren omhoog. 'Lelijk en dik.' Ik geef hem een kus op zijn voorhoofd en fluister: 'Ik ben geen spiegel hè schat?' Ik ga weer recht zitten en met open mond steekt hij zijn middelvinger naar me op. 'Beter,' begint hij dreigend en hij schuift zijn stoel naar achteren, 'ren jij nu weg.'
Ik grijns nog altijd en houd mijn wijsvinger omhoog. 'Geef me even een paar seconden.' Ik pak mijn hakken vast en schuif ze van mijn voeten. Ik sta op en laat ze liggen op mijn stoel. Even kijk ik hem aan en hij haalt een wenkbrauw omhoog, wetend dat nu mijn laatste kans is om weg te rennen.
Dat is dan ook wat ik doe. Meteen zet ik het op een lopen en vervloek ik het feit dat ik een jurk aan heb en hij niet. De volgende keer trek ik hem gewoon een jurk aan en mag hij in een jurk gaan rennen. En als bonus moet hij de hakken wel aanhouden. Ik schiet nog altijd sprintend in de lach en ik hoor Rowan achter me. Hij is altijd al sneller geweest en eigenlijk had hij me allang in kunnen halen, maar hij houdt ervan om mij te plagen en dat weet hij zelf ook maar al te goed. Zigzaggend ren ik door alle mensen die ons verbluft nastaren. Als een stel kleuters rennen we lachend achter elkaar aan en voor ik het weet zie ik onze ouders bij elkaar staan, terwijl ze pratend een borrel drinken.
Meteen beginnen ze te lachen als ze ons zien en paniekerig laat ik een lachje los als ik langs hen heen ren. Rowans passen klinken achter me en ik wil weer wegrennen, als de deur waar ik net doorheen wilde gaan, met een klap dichtzwaait.

Dank je, onbekend persoon.

Ik doe nog een laatste poging om door de deur te komen door de klink vast te grijpen. Rowans hand wikkelt zich om mijn pols en houdt me echter tegen. 'Vluchten, hmm?' brengt hij geamuseerd uit met zijn wenkbrauwen vermakelijk opgetrokken. Ik rol geïrriteerd met mijn ogen en kijk hem aan. Zijn bruine ogen glanzen door het licht. Stoppels vormen zich om zijn kaaklijn en kin. Hij blijft me even aankijken en brengt heel voorzichtig zijn gezicht naar de mijne. Voordat zijn lippen de mijne raken, en ik wanhopig naar adem snak, trekt hij een beetje terug. Ik buig iets meer naar hem toe, maar hij doet hetzelfde. Dan besef ik me dat dit mijn straf is en ik druk de neiging weg om weer met mijn ogen te rollen.

Ik ga trouwen met een kleuter.

Ik doe hetzelfde als hij. Ik heb een stap terug gedaan en een kleine ruimte heeft zich tussen ons in genesteld. De eerste die de afstand overbrugt, verliest. En we weten allebei dat Rowna dat zal zijn. Het is altijd zo dat net wanneer ik besluit naar hem toe te stappen hij het al doet. Geduldig wacht ik op hem. Het langste wat hij ooit volhield was vier uur. Hopelijk is hij niet van plan dat record te verbreken want ik heb niet zo'n zin om hier nog een aantal uur mee door te gaan. Ik moet zijn aanrakingen voelen. Onbewust bijt ik op mijn lip en hoor ik Rowan gefrustreerd grommen. 'Ik haat je,' zegt hij voor hij de afstand tussen ons overbrugt en me tegen zich aan drukt. Zijn lippen vinden de mijne en ik kan een grijns niet onderdrukken. 'Weet ik.' fluister ik als ik kort mijn lippen van de zijne haal.

Hij drukt een kleine kus op mijn voorhoofd en neemt mijn handen vast. 'Bella, ik wilde je eigenlijk even wat vragen.' Hij kijkt even weg naar de grond en verbreekt daarbij het oogcontact. Nieuwsgierig probeer ik zijn blik te plaatsen en wacht ik tot hij verder gaat. Net wanneer hij zijn mond wilt opentrekken, hoor ik babygehuil.

Mijn God.

Is dit serieus.

Ik draai mijn hoofd en kijk naar Dena die huilend in haar maxi cosi zit. Ik sla mezelf mentaal in mijn gezicht, als ik besef dat de oppas, uhum onze buurvrouw, de kinderen meegebracht heeft. 'Annabel!' roept ze en snel waggelt ze onze kant op waarna ze even kort naar ons glimlacht. Gefrustreerd glimlach ik terug en ze haalt een hand door haar korte, rode haren. 'Dena wilde maar niet slapen en Samuel die slaapt al sinds dat jullie weg zijn alleenik weet mijn God niet hoe ik Dena stil kan krijgen en ik raakte lichtelijk in paniek door het feit dat-' ik houd mijn hand lachend op om haar geratel te stoppen. 'Geef maar,' lach ik en ze overhandigt me Dena die nog altijd huilend in de Maxi cosi ligt. 'Rowan, ik neem de kleine drommels naar huis. Je mag blijven hoor, maar dat je het weet.' Hij kijkt me even aan en neemt dan Samuels Maxi cosi. 'Als jij gaat, ga ik ook Bella.' Ik schud mijn hoofd en zeg: 'Rowan kom op, er zijn hier belangrijke mensen en die willen vast met je praten en Fate gaat gewoon weer mee. Ze is niet voor niets onze oppas en buurvrouw.' Trots laat Fate een glimlach zien en even grinnik ik. Eigenwijs loopt Rowan naar de deur en gaat hij niet in op wat ik net zei.

'Irritantje,' schreeuw ik hem lachend na als hij zijn hoofd even draait en charmant naar me knipoogt.

The Boy I Fell In Love WithWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu