hoofdstuk 5

256 11 1
                                    

Pov. Malia

Toen Jace zich heeft omgedraaid zie ik schuld in zijn ogen. Ik kan hier niet blijven. Ik moet hier weg. Ik ren weg uit huis. Niet wetend waar heen. Even later kom ik in een gebied dat ik niet ken. Ik kijk achterom of Jace nog achter mij aanrent of überhaupt achter mij aan is gekomen. Blijkbaar niet. Als ik goed kijk weet ik waar ik ben. Hier was ik vanmiddag ook nog geweest. De buurt van de antiekwinkel. Alleen weet ik niet meer waar ik heen moet. Er lopen bijna geen mensen over straat.

Ik zie een man over staat lopen. Het lijkt alsof hij hier vaker komt dus ik loop op hem af. "Euh.. meneer mag ik u iets vragen?" Vraag ik beleeft. "Tuurlijk meissie zeg het maar." Zegt de man vriendelijke terug. "Nou ik ben opzoek naar de antiekwinkel maar ik ben de weg kwijt." "Ahh de antiekwinkel dat is hier rechtdoor en dan de tweede rechts." "Dankuwel meneer." Ik loop zoals de man zei en ik kom inderdaad bij de antiekwinkel uit. Ik loop dichterbij en zie dat hij gesloten was. Eigenlijk is dat niet gek want het is zo'n tien uur 's avonds. Ik klop maar op het raam op de hoop dat iemand het zou horen. Maar er komt niemand. Ik heb niet anders verwacht. Ik ga nu maar op zoek naar een huisdeur. Na zo'n 5 minuten zoeken vind ik het. "Oke nu nog zoeken naar de deurbel." Fluister ik tegen mijzelf. Het duurde niet lang voordat ik hem gevonden heb. Ik bel aan. Jocelyn doet open. Ze kijkt me eerst vragend aan. Maar voordat iemand iets kan zeggen moet ik heel hard huilen. Ik weet niet waarom maar ik voel me zo vertrouwd bij haar. "Ach meissie toch. Wat is er?" Vraagt ze bezorgd. Ik word mee naar binnen genomen. Na tien minuten huilen kan ik eindelijk een beetje praten. "Me.. me.. me ouders zijn ver.. vermoord." Snik ik nog na en daarna barsten ik weer in huilen uit. "Ssssssstttt stil maar." Sust Jocelyn me. Clary was ondertussen ook beneden gekomen door al die herrie en kijkt me raar aan als ze me ziet. "Weet je wie het gedaan zou kunnen hebben? Of weet je wie het gedaan heeft?" Vraagt Jocelyn. "Ja ik weet wie het gedaan heeft." Ik slik even. "Het was Jace." Zei ik heel zacht. Ik kijk naar Clary. Ik zie in haar ogen dat ze het niet gelooft. Ze is verbaasd. Daarna wordt ze boos. In Jocelyn's ogen zie ik precies het zelfde. "Die stomme sukkel." Hoor ik Clary zeggen. Na dat gezegt te hebben staat ze op en loopt weg. Jocelyn is weer even bij gekomen van het nieuws dat Jace mijn ouders heeft vermoord. "Waarom kwam je eigenlijk hier heen?" Vraagt ze uit het niets. Ik haal me schouders op. Ik heb inderdaad ook naar Vido gekunt, maar daar heb ik niet over na gedacht. "Het was gewoon instinct volgens mij." Zeg ik maar uiteindelijk. Ze knikt. "Oke kom maar mee. Dan kan je in de logeerkamer slapen. Ik neem aan dat je hier blijft slapen." Zegt ze aan een stuk door. Ik knik. Ik heb namelijk nu geen zin om naar Vido te gaan. Ik heb ook geen zin om naar school te gaan. Na heel veel piekeren val ik in slaap.

Volgende ochtend
Ik word waker van mensen die beneden aan het discussiëren zijn. Over wat kan ik niet verstaan. Ik hoor wel dat twee mensen heel boos zijn op een ander. Ik besteed er verder geen aandacht aan en loop naar benenden. Ik ben net de laatste tree af en iedereen kijkt me aan. Ik kijk zelf ook rond totdat ik Jace zie staan. Eerst word ik heel verdrietig, maar daarna word ik heel boos. Ik loop op hem af. Nee ik ren op hem af en sla hem helemaal in elkaar. Ik ben nog niet klaar of ik word van hem afgehaald. Ik kijk nu beter rond en ik zie Clary, Jocelyn, Dot en nog twee vreemde mensen staan. Ik kijk wie mij vast had. Ik ken hem ook niet. Ik kijk hem woedend aan. "Zozo jij bent een pittige." Zegt hij. "Alec laat haar maar even." Zegt Jocelyn. "Op welke school zit je?" "Op het silvermoon College." "Oke dan ga ik even bellen om te zeggen dat je niet naar school gaat en wat er gebeurd is, oké."

De Cirkel (Gestopt)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu