Hoofdstuk 11

168 9 2
                                    

'Hallo dames', zegt de politieman. Hij geeft Hanne een hand en steekt dan zijn hand uit naar Klaasje. Terwijl ze haar hand omhoog doet schiet er een pijnlijke tinteling door haar arm heen. 'Auww...', kreunt ze zacht. De politieman geeft Klaasje een vriendelijke knik en gaat op de stoel tegenover hen zitten. 'Wilt u wat drinken?, vraagt Marthe. 'Nee dankje'. Omg Klaasje je arm!!! Schreeuwt Hanne paniekerig. 'Hij bloedt helemaal'. 'Ik haal wel een doek', zegt Marthe. Terug met de doek wikkelt ze de arm van Klaasje in. 'We gaan zo direct naar het ziekenhuis'. Wilt u misschien ook een doek' vraagt Marthe bezorgd als ze naar een wond op het hoofd van de politie kijkt. 'Nee dankje, ik heb gewoon een klein ongelukje gehad op het werk'. Weet u het zeker?? 'Ja, maar noem me maar Leon'. 'Ik zal jullie hier niet langer lastigvallen, jullie moeten naar het ziekenhuis'. 'Kan ik jullie een lift aanbieden?? 'Ja, graag'.

Bij het ziekenhuis aangekomen helpen een aantal verplegers Klaasje naar binnen. 'Houden jullie me op de hoogte?, vraagt Leon. 'Ja zullen we doen'. Bedankt voor de rit', zegt Marthe.  'Graag gedaan. Ik moet nu weg, een collega wil jullie wel weer terug brengen'. Leon geeft een papiertje met een telefoon nummer erop. 'Bedankt'.

GestalktWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu