'O my freaking cupcake! Waarom, ik vraag je waarom, doe je me dit aan? Ik dacht dat de cupcake godsdienst wel een goede godsdienst zou zijn en nu, doe je me dit aan?', mompel ik tegen mezelf, de Cupcake-God en de vallende regen. Mijn bruine haar is tegen mijn gezicht geplakt net zoals mijn kleren. Ik zou zo een zwembad kunnen vullen met het water dat in mijn haar zit. Ik grom terwijl ik tegen een verdwaald blikje op straat schop dat een paar meter verder beland in de goot.
Wacht eens...
...ik mocht mijn o zo geweldige broer bellen om me te komen halen! Even dacht ik dat het begon op te klaren -wat dus niet was, de regen viel nog altijd met bakken uit de lucht- ik ging met mijn hand in mijn zak opzoek naar mijn mobiel die mijn leven zal redden. Een kleine vlaag paniek komt op als ik mijn Iphone niet meteen vind. Euhm...Nee, nee, nee, nee, nee, nee, nee, nee!
Shit!
Na nog vijf minuten staan te rommelen in mijn tas, geef ik het op. Ik heb hem niet bij me. Terug naar de filmzaal gaan is onmogelijk, dan ben ik nog eeuwen onderweg, daarbij denk ik niet dat hij daar ligt, maar waar dan wel. Ariana... volgens mij heeft ze mijn gsm bij haar! Ariana... waarom, in cupcake's naam, is Ariana ook verdwenen? De paniek neemt weg maar een hele hoop woede komt op. Mijn beste vriendin, die met MIJ naar de cinema was geweest is, weg, foetsie, kwijt! Vast nog aan het lebberen met Josh en natuurlijk heeft uitgerekend Yari daar misbruik van gemaakt. O, o, hij overleeft dit niet. Dit moest een leuke, geweldige dag worden, wij met ons tweeën! Zonder die twee mislukte pippo's, en natuurlijk moesten ze onze dag weer eens verpesten. Of de mijne dan toch, die van Ariana is waarschijnlijk de beste die ze ooit gehad heeft. 'Kom op, Dream, denk!' roep ik weer verder tegen mezelf. Mensen die me zouden zien zouden me vast gek verklaren. Ik kan echt niet denken, het water zit tot in mijn hersenen.
'Heb je die dan?'
'Ja die heb ik!' roep ik geërgerd tegen mezelf. Fijn, helemaal fijn, nu ga ik ook nog tegen mezelf praten. Achja, dat kan er ook nog wel bij.
*Sop* *Sop* *Sop* Ik kijk verbaasd rondom mij. Vanwaar komt dat vreselijk geluid vandaan? Ik kijk nog eens rond, nergens iemand te zien. *Sop* *Sop* *Sop* Ik paniek draai ik me om, nog altijd niemand. Ik begin stilletjes aan sneller te lopen en uiteindelijk zo snel mogelijk te rennen. *SopSopSopSopSopSop* Ik loop langzamer. *Sop...Sop...Sop*. Verbaasd kijk ik uit mijn ogen. Mijn slimme ik nam weer de bovenhand. Wedden dat het mysterieuze sop-geluid van mij kwam? Het water loopt bijna uit mijn schoenen... Geïrriteerd kijk ik naar de verlaten weg, ik vermoed dat ik ongeveer in het midden van de weg ben. 'Die lelijke prei heeft weer eens deze zonnige dag verpest', mompel ik op het melodietje van kabouter plop. Het geluid van een auto doet me opkijken. Laat het alsjeblieft Ben zijn of mijn broer! De onbekende auto komt dichterbij. Nee, dat zijn ze niet maar misschien wil deze lieve mens mij een lift geven. Ik zet mijn verkleumde duim rechtop en ga aan de kant van de weg staan. -Achter een verdachte plas.- Nog zo'n honderd meter en de auto is er... Kom op! Nu zou je toch wel denken dat de auto zijn snelheid zou verminderen voor dit lieve, leuke, charmante en zeiknatte meisje. Maar nee... tegen een enorme snelheid rijdt de auto voorbij, recht door de verdachte plas. Een hele golf nat water -ja, je leest het goed, nat water- vliegt over me heen. De cupcake Goden zijn me niet goed gezind vandaag. 'Jij stomme vissengraat!' gil ik tegen de vreselijke auto die me net heeft laten staan en me nat geplonsd. Weet je nog toen ik zei dat het een lieve bestuurder was? Forget it! Hopelijk ben ik snel thuis, ik verlang al helemaal naar een lekker warme douche en samen met mijn broer televisie kijken, om dan vervolgens in mijn ninja pakje op zoek te gaan naar mijn vermiste mobiel. Ik heb dus nog veel te doen vandaag. Ik zucht diep terwijl ik verder slenter.
*
Ja, ja mensen. Hier ben ik dan, eindelijk thuis! Ik duw de deur open en hoop maar dat mijn moeder er niet is. Die kans is dan ook vreselijk klein. 'De princess is eindelijk thuis!' gil ik door onze grote hal en de rest van het huis. Ik krijg niet meteen antwoord, achja, mijn broer zit vast ook niet de hele dag thuis... Ik neem snel een kijkje in de garage waar -zoals ik al dacht- de auto van mijn broer niet stond. Ik zucht en doe mijn soppende schoenen uit, mijn jasje hang ik op zodat het kan drogen en met de resterende kleren die tegen mijn lichaam zijn geplakt slenter ik onze trap op en probeer zo goed mogelijk alle spiegels te ontwijken, ik heb echt geen behoefte om mezelf zeiknat ze zien. Mijn kamer loop ik voorbij en trek de deur van de badkamer open die ik meteen ook weer achter me dicht trek. Het slot laat ik los, er is toch niemand thuis. Ik neem een grote en een kleine handdoek uit de schuif onder de wasbakken en leg ze naast de douche samen met het washandje. Ik kijk even of dat mijn shampoo en crèmespoeling nog op zijn plaats liggen, dat dus wel het geval is. De kraan draai ik open en trek in een reflex mijn arm weg, voordat ik nog natter word... niet dat het kan of zo... Het is net alsof ik opgegeten ben door een tsunami en ben uitgekotst in een plas. Slechtste verklaring ooit! Ik kom er net op dat mijn mobiel nog altijd spoorloos verdwenen is, ik zal hem straks wel eens zoeken. Ik trek mijn plakkende kleding uit en hang ze verspreid over de chauffage. Ik leg mijn inmiddels aangedampte en nog altijd natte bril naast de wasbak. Urgh, ik heb soms echt een hekel aan die bril, lenzen heb ik ook maar meestal zet ik de bril op...
JE LEEST
Cliché Lovestory (Compleet)
RomanceDream Hendrikx. Een doorsnee meisje met een leven waarover ze niet hoeft te klagen. Het enige wat ze mist zijn haar ouders. Haar moeder werkt te veel naar haar mening en haar vader heeft ze maar amper gekend. Zelf is ze niet het meest opvallende typ...