6 // h5

89 27 1
                                    

Ze zag haar overal. Ze zag haar in zijn tranen, in de hare. Ze zag haar in hun ineengestrengelde handen. Ze zag haar in Parker en in Zoey en in iedereen in de ruimte en ze hoorde haar in de muziek die ze eerder nog normaal had kunnen noemen.

Ze was overal, het was alsof de kamer met haar gevuld was en ze allemaal uit haar bestonden.

Nora herinnerde zich niet veel van wat er gebeurde voordat ze moest praten. Ze bleef maar naar Isla's kist kijken, naar de bloemen die erop lagen. De brief van haar moeder die eeuwig ongeopend zou blijven, mee zou gaan in de oven, dat belachelijke knuffeltje dat ze altijd meenam naar elk slaapfeestje dat ze had, al bleef hij meestal in de tas en een tekening van Zoey, die niet had geweten wat ze anders mee moest geven.

Nora en haar vrienden hadden wat in de doos mogen doen. Ze had zelf een album gekocht, waar ze alle twee veel naar luisterden en wat ze Isla gunde als er een hiernamaals was. Ze wist dat Parker zijn favoriete boek erin had gelegd, iets wat ze hem had gegeven.

Asher had haar gevraagd of ze er een roos in wilde doen, dus dat had ze gedaan.

Een simpele rode roos.

BlauwWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu