35.

1.1K 51 8
                                    

Zaterdag had Hanne Wolfs opgebeld met de vraag of hij Tess wilde brengen en ze had gezegd dat ze hem wilde spreken. Rond het begin van de middag zou hij naar haar toe gaan hadden ze afgesproken.
"Hé." Wolfs begroette haar met een kus op haar wang. Hij legde Tess in de armen van zijn vriendin en hing zijn jas aan de kapstok. Het was enigszins ongemakkelijk om elkaar weer op deze manier onder ogen te komen. Meestal als Wolfs zijn dochter kwam brengen, ging hij meteen weer weg. Maar ditmaal wilde Hanne met hem praten en hij was best benieuwd waar dat over zou gaan.
"Ga zitten", gebaarde Hanne naar de zitbank in de woonkamer. "Wil je wat te drinken?"
Wolfs schudde zijn hoofd.
"Nee, dank je." Wel nam hij plaats op de bank.
Hanne nam plaats in een stoel voor het grote raam aan de voorzijde van het huis, een kwartslag van Wolfs vandaan. Ze staarde eerst al het moois van haar baby af voordat ze begon te praten.
"Ik heb die brochure nog gelezen", zei ze zacht, fluisterend bijna.
"Oh?" bracht Wolfs verbaasd uit. Dit was wel het laatste dat hij gedacht had.
Hanne negeerde zijn opmerking. "Misschien heb je gelijk", vervolgde ze, "misschien is het goed om ergens tot rust te komen." Expres vermeed ze de woorden 'geholpen worden'. Nog steeds vond ze dat er niets met haar mankeerde, maar ze twijfelde steeds vaker.
Er vormde zich een glimlach rond Wolfs zijn lippen.
"Je maakt de goede keuze", knikte hij geruststellend.
Hanne glimlachte flauw.
"Ik wil wel Tess blijven zien", zei ze resoluut.
"Tuurlijk", knikte Wolfs begrijpend. "We komen zo vaak mogelijk langs", beloofde hij haar. Met nog steeds een grote glimlach, stond hij op van de bank en boog zich naar zijn vriendin. "Ik ben trots op je", zei hij haar. Hij nam haar hoofd tussen zijn handen en hij drukte een liefdevolle kus op haar lippen.
Toen hij afstand nam hing er eenzelfde glimlach rond Hanne's lippen.
"Ik hou van je", drukte ze hem op het hart.
"Ik toch ook van jou", glimlachte Wolfs terug. Nogmaals kuste hij haar, dit keer wat langer. Daarna nam hij weer plaats op de bank.
"Weet je al wanneer je gaat?" vroeg hij geïnteresseerd.
Hanne knikte.
"Ik heb al contact opgenomen, morgen ga ik", vertelde ze hem. "Breng je me?" vroeg ze daarna, met enige twijfeling in haar stem.
"Tuurlijk", knikte Wolfs meteen. "Zeg maar hoe laat, dan brengen Tess en ik je weg."
Hanne knikte dankbaar.
"Dankjewel", zei ze hem. Ze was blij dat ze deze keuze had gemaakt. Ze wilde dat het weer helemaal goed tussen haar en Wolfs kwam en stiekem probeerde ze op deze manier hem ook bij Eva vandaan te houden. Hij kon immers weer gewoon thuis wonen als zij er niet was.
Wolfs stond op van de bank.
"Ik haal haar vanavond weer op", deelde hij mee, doelend op de baby in Hanne's armen.
"Dat is goed", knikte ze goedkeurend. "Tot straks."
Wolfs glimlachte.
"Tot straks."

Ontering [Flikken Maastricht]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu