~{Hoofdstuk 15}~ XL

139 16 3
                                    

Bij het horen van haar naam draaide ze zich om. Ze keek Alice aan, maar niet bepaald vriendelijk. Met gespleten pupillen keek ze naar Alice. Haar tanden blonken in het zonlicht en met haar opgeheven vleugels en staart kwam ze dreigend over. Ze siste.

Bloeddorstig, dat was het juiste woord. Alice keek met grote ogen naar Black. Black was wild geworden, dacht ze. Maar ze wist zeker dat dit Black was, ze voelde het diep vanbinnen, die onmiskenbare band. Black klom een paar takken naar beneden, en toen ze vlak boven Alice was, siste ze weer. Rillingen liepen door Alice's botten. Ze moest Blacks vertrouwen terug winnen.

"Black alsjeblieft.." zei ze verdrietig. "Kom alsjeblieft bij me terug Black, ik mis je zo." Ze haalde huiverend adem en sloot haar ogen even om haar tranen te bedwingen. Dit moest haar lukken, dacht ze. Het mòest! Ze klom heel voorzichtig een tak verder. Haar handen voelden klam aan toen ze het schors raakte.
"We werden neergeschoten..E-en ik sneed de touwen los.." ze huiverde opnieuw bij de gedachte. De tranen vielen bijna niet meer te bedwingen. Black liet haar staart zakken, maar haar houden was nog steeds dreigend.
"Ik raakte buiten bewustzijn" ze klom langzaam nog een tak verder, haar ogen hielden contact met die van Black.
"En Black," ze voelde haar lip trillen.
"Je hebt me gered.." ze had ver moeten vliegen om bij die mensen te komen dacht ze.
"En daarbij je eigen leven opgeofferd!" piepte ze.
De tranen waren ondertussen ontsnapt en haar wenkbrauwen trokken gespannen samen.
Ze sloot haar ogen en schudde haar hoofd even. Voorzichtig keek ze naar Black. Haar vleugels waren ondertussen gezakt en haar mond gesloten. Ze was er bijna. Voorzichtig klom ze weer een paar takken verder, tot nog maar twee takken hun gescheiden hield.
"Toen ik wakker werd, hadden de mensen voor me gezorgd, maar ik wou weten waar jij was.." haar vuisten balden zich samen. Ze probeerde zich te ontspannen, door nog één tak verder te klimmen.
"Ze hielden me tegen, 'ik was nog niet sterk genoeg', hadden ze gezegd" ze haalde voorzichtig haar hand op naar schouderhoogte.
"Koppig dat ik was ging ik je zoeken..bang dat je dood was."
Ze strekte haar arm voorzichtig uit. "En daar vond ik je in een tent, opgerold, levenloos.." er kwam een rare snik uit haar mond vandaan. "En je was dood Black! Dood!" Ze kon het wel uitschreeuwen wanneer ze terugdacht aan dat moment wanneer ze had gemerkt dat Black dood was gegaan.
"Ik heb naar het dodenrijk kunnen reizen om jou te vinden Black.." ze hield de palm van haar hand vlak voor Black's neus. "Vertrouw me alsjeblieft weer." Ze kon het niet over haar hart verkrijgen om Black aan te kijken, dus ze keerde haar hoofd weg. "Alsjeblieft...Ik heb je nu meer nodig dan ooit."
Ze kneep haar ogen stijf dicht en klemde haar kaken op elkaar om te voorkomen dat haar hele lichaam ging schokken.
"Alsjeblieft.." fluisterde ze.
Ze voelde Black's energie voor haar vingers tintelen. Haar briesende adem. Toen raakte haar neus Alice's vinger aan, twijfelend, maar liet uiteindelijk haar hele neus in Alice's handpalm zakken.
Grote stoten energie schoten door haar vingers, naar haar hart, en uiteindelijk door haar hele lichaam. Ze sperde haar ogen wijd open en haar hele lichaam spande zich aan. Het voelde alsof ze vloog. Ze voelde zich weer levend, vol blijdschap. Snel keek ze naar Black. Die keek haar aan vol zelfvertrouwen, haar pupillen waren weer rond geworden. Met haar hoofd lichtjes gebogen keek ze naar Alice. Het leek net alsof Black grijnsde.

Ze grijnsde terug.
"Welkom terug, Black Moon." En Black schoot met een paarse lichtflits terug in haar rusttoestand op haar schouder. De tatoeage scheen eerst helder paars op, voordat ze van de tak afviel. Ze zag nog net hoe ze door de grond heen zakte voordat die, ondertussen bekende, zwarte zee het van haar overnam.

_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_

Ze voelde weer energie door lichaam stromen. Ze liet de zuurstof door haar longen stromen voordat ze haar ogen opendeed. Ze wist niet waar ze was.
Alwéér.
Ze werd er eerlijk gezegd een beetje ziek van. Haar ogen moesten een beetje aan het licht wennen. "Ze komt weer bij." mompelde een stem. Gelukkig, er waren tenminste mensen. Ze kneep haar ogen tot spleetjes voordat ze ze helemaal open deed. Ze zag meteen twee bekende gezichten. De jongen die in haar tent gezeten had en de shaman. Die verdomde shaman. Die had haar gewoon het dodenrijk ingestuurd, dacht ze boos. "Alice, hoe gaat het meisje?" vroeg een aardige, warme vrouwenstem. "Mwah, het gaat wel goed denk ik." zei ze een beetje beduust terwijl ze op haar ellebogen leunde. De shaman boog naar voren. En keek haar met gespannen wenkbrauwen aan. "Heb je je draak gered?" vroeg ze met haar ruwe stem. Alice nam een hap lucht en keek verbaasd naar de oude vrouw. Ze sprak haar taal! "Black..Black! Natuurlijk!" Ze draaide haar hoofd snel om naar haar rechterschouder. Een pijnscheut schoot door haar nek. "Rustig, rustig, je moet nog herstellen!" riep de jongen. Het maakte haar niet uit. Ze scheurde bijna haar mouw toen ze hem snel omhoog trok. Het teken was niet meer vervaagd zoals het eerst was. Nee. Het was nu duidelijk zwart als inkt in haar huid gegrafeerd, alsof het er niet uit zou gaan. Het gaf een paarse gloed toen ze Black wou oproepen, maar de shaman hield haar tegen. Alice keek haar aan. De shaman wees naar de inging van de tent en schudde haar hoofd. "Buiten." Aha. Ja natuurlijk de tent was veel te klein. Ze zette haar handen op de grond en leunde op haar enkels. Voorzichtig stond ze op en gelukkig kreeg ze steun van de jongen. Ze gaf hem een dankbare blik voor ze voorzichtig naar buiten liep. Eenmaal buiten snoof ze de frisse lucht van dennen op. Het kamp zag er net zo uit als laatst. De zon was net opgekomen zag ze, het moest wel erg vroeg zijn. Enthousiast haalde ze haar mouw op en deed haar ogen dicht. Ze dacht aan Black, haar aanwezigheid en energie. Daar was de schok, maar gelukkig was het weer snel weg. Glimlachend opende ze haar ogen. Daar zat ze, Black. Met opgeheven oren keek ze de plek rond, en ging op haar voeten staan. Ze rende naar haar toe. "Black!" riep ze. Ze vloog de draak om haar hals en ze voelde de vertrouwde bobbelige huid van Black. Ze had haar draak weer terug.
En ze zou haar nooit meer laten gaan.

----------------------------------------------------
Einde hoofdstuk

Black is weer terug! Ik heb haar gemist.
Hier is een XL hoofdstuk voor jullie. Ik ga binnenkort namelijk op vakantie voor een tijdje, en ik zal waarschijnlijk weinig WiFi hebben. Ik zal kijken hoe ik offline ga schrijven.
🎶 Stoick's Ship

AlwaysxFantasy

Dragon SpiritWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu