10. De jacht

55 0 0
                                    

Met een schop in mijn buik werd ik wakker.

'Opstaan jij.'

Toen ik mijn ogen opende, liep Jack al naar de volgende die naast me sliep. Ondertussen was het al ochtend en een lichte schemering kwam tussen de takken van de bomen.

'Waar was dat voor nodig?' Vroeg ik nors.

'Geen vragen stellen. Doe gewoon wat ik jullie opdraag.'

Uiteindelijk waren we allemaal wakker en stonden we op een rijtje naast elkaar terwijl Jack ons de uitleg gaf. 'Het is zes uur in de ochtend, het moment dat de zon vanachter de horizon vandaan komt. Zoals jullie zien is er voorlopig niet meer te zien dan een vogeltje dat af en toe voorbij vliegt, maar dat komt puur omdat ik hier ben. Zonder mij zouden jullie allang onaangename dingen tegengekomen zijn. In dit woud schuilen monsters, of ook wel Mali's genoemd. Ze hebben het gestalte van een mens en hun ogen zijn zwart als de nacht. Uit hun ogen komen bloederige tranen. Men zegt dat dit komt door hun geknelde nek. Ze zijn snel en dodelijk. Hun grote oren kunnen elk geluidje waarnemen en hun reukvermogen is uitstekend. Voordat je het weet wordt je verscheurd door een van hen. Maar jullie zijn slimmer, jullie zijn de vijf die de proeven doorstaan hebben, jullie zijn getraind.'

'Wat wil je dan van ons?' Vroeg Hazel wantrouwig.

'Onderbreek me niet.' Zei Jack en hij keek haar met een strenge blik aan.

'Jullie moeten er eentje zoeken. Je moet voorkomen dat het je ziet, dan moet je het besluipen en toeslaan met het zwaard dat ik jullie zo dadelijk zal overhandigen. Daarna breng je hem naar mij om te bewijzen dat je hem echt vermoord hebt. De eerste die een Mali naar mij kan brengen, zal een echte krijger worden.'

'En wat als het nacht wordt? We zullen dan niet veel meer kunnen zien.' zei ik.

'Je zal zelf moeten zorgen voor de nodige verlichting. Het enige wat jullie mogen meenemen is een zwaard.'

Jack nam zijn rugzak van zijn schouders en tastte erin, hij haalde er vijf zilverkleurige zwaarden uit. Ze waren simpel en redelijk kort. Je kon het eerder een dolk noemen. Hij gaf er elk eentje aan ons. Ik voelde met mijn vingertoppen over de zijkanten van het zwaard, het was niet echt scherp. Zou je hiermee zo'n monster kunnen doden?

'Denk je dat ik hiermee iets kan doen?' Vroeg Hazel gefrustreerd, zij had ook gevoeld dat het zwaard niet echt geschikt was voor dingen mee doormidden te snijden.

'Kijk,' zei Jack. 'als je wilt dat ik je wapen weer af neem moet je dat gewoon maar zeggen, oké?'

Ik hoorde Hazel zuchten, maar verder zei ze niets meer.

'Zo, ik denk dat jullie klaar zijn voor de zoektocht.'

Ik begon de omgeving al af te speuren, nadenkend welke kant ik op zou lopen.

Ava ging naast me staan. 'Heb jij al een plan?'

'Niet echt nee. Ik denk dat ik gewoon een kant ga oplopen, maakt niet uit de welke.'

'Ik geloof in je, ik ben er zeker van dat jij de eerste zal zijn die er eentje naar hier zal kunnen brengen.'

Ik keek haar aan en glimlachte. 'Ik geloof ook in jouw.' Toen riep Jack ons bij elkaar.

We stonden hand in hand in een cirkel, Ava aan mijn ene kant, Hazel aan de andere. Onze ogen waren gesloten, Jack had ons opgedragen om in die positie te gaan staan. De ochtendzon scheen op mijn gezicht en een licht briesje liet mijn haren wapperen. Ik ademde diep in, liet mijn longen volstromen met lucht en ademde daarna uit. Ik wist voorlopig nog steeds niet precies wat ik wilde doen. Het enige wat ik wel wist was dat ik ging rennen, weg van de anderen. Anders kon ik niet nadenken. Stel je eens voor dat ik samen met iemand anders op zo'n monster stootte, wie zou hem dan doden? Wie zou hem dan naar hier brengen? Ik wachtte op het startsignaal dat Jack ons zou geven zodra we mochten loslaten om op pad te gaan. Zodra ik zijn stem hoorde galmen door het bos loste mijn greep met de anderen. De meesten liepen naar de kant van de dicht bebossing, onder andere ook Hazel en Ava. Ik keek een laatste keer naar mijn vriendinnen, de kans was groot dat ik ze hierna nooit meer terug zal zien. Ze waren aardig, en geen van hen verdienden het om te sterven, ook degenen die dat al wel gedaan hadden. Ik liep naar de andere kant en hoorde toen de stroming van de rivier. Misschien was het niet de beste keuze, maar mijn gevoel zei me dat ik naar daar moest.

Wolf identityWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu