━ ━ ━ ━ ━ ━ ━ ━ ━ Hoofdstuk 4 ━ ━ ━ ━ ━ ━ ━ ━
Ik laat me op het hemelbed vallen, ook zo iets wat je altijd in films of boeken tegenkomt. Alle gewrichten doen me hartstikke veel pijn en ik moet moeite doen om me te ontspannen. Op mijn deur hangt een bordje met Elias, niet een kartonnen versie als die van Logan op het vliegveld maar eentje op een speciaal tegeltje. Ik verken mijn kamer al liggend. Een balkon met witte gordijnen die zachtjes wapperen doordat de balkon deuren open staan, een grote beige kleurige kast en in dezelfde kleur daarnaast een tv kast met een big ass tv. De kamer is niet zo groot maar dat had ik al mee gekregen toen we naar het zwembad liepen. Alle werknemers slapen op de tweede verdieping en er is ruimte voor onze familieleden met extra logeerkamers. Iedereen deelt een badkamer met iemand anders, ik met een kok. Op de eerste verdieping slapen de prinsesjes van prins Bernard baalbek en hijzelf met extra logeerkamers voor hun vrienden en familie. Ik zit aan het uiteinde van de gang en mijn balkon heeft zicht op de weilanden van de chique paarden, merk ik als ik opsta en de zachte bries op mijn huid voel. Het is zacht zomers weer en ik vind het echt helemaal te gek. Het is immers al tien uur in de ochtend en dus 5 uur in Nederland.
Ik besluit mama maar nu wel een appje te sturen. "Hey mam, ben veilig aangekomen hoor." Daarna probeer ik een gesprek met Rune en Rhydian maar het is nog maar vijf uur daar. Of misschien net een paar minuten daar over heen. Ik check de tv terwijl mijn duim automatisch door mijn Instagram feed scrolt. Voornamelijk van die overdreven tv programma's zoals die van MTV. Kijk, die programma's zijn hartstikke leuk leedvermaak maar het is zo "O MY GASH" materiaal. Letterlijk alles worden door die presentators als "dit kan echt niet" beschouwd. Mijn moeder kijkt het graag. Vooral als we op de bank aten in plaats van de eettafel. Ik zet de televisie weer zuchtend uit en bekijk voorzichtig alle laatjes die zich in mijn kamer bevinden. En de jackpot krijg ik algauw als ik mijn nachtkastje open. Daar ligt namelijk een pakketje met een brief.
"Geachte Elias, in dit pakketje ligt je werk telefoon. Hier wil ik dat je me appt, belt of smst als er wat met de kinderen is. Je moet em wel nog even opladen. Succes! Groeten, Engelbert Bernard Florentijn Davindson."
Ik open nieuwsgierig het soort folieachtige papier en zie daar inderdaad een nieuwe telefoon zitten. Te gek! Ik leg em gauw aan de lader. En kijk op mijn eigen vertrouwde mobiel of ik nog famous ben. Helaas, geen appjes. Ik druk mezelf met mijn ellebogen omhoog en zucht. Misschien ga ik maar eens het terrein verkennen. En dat is wat ik doe.
Weer begin ik mijn route bij het zwembad. De vochtige beklemmende lucht probeert me bij de strot te grijpen maar ik ben em te slim af. Met een ietswat natte handdoek dep ik mijn bezweet voorhoofd af. Achter het glaswerk duikelen dolfijnen enthousiast over elkaar heen. 'Hallo.' Een hand op mijn schouder. Ik laat een zielig piepje horen dat ik schrik. De persoon komt met een brede glimlach voor me staan en steekt zijn hand uit. Zijn blonde lokken zijn duidelijk nog maar net afgeschoren waardoor er piepkleine plukjes haar als haar dienen. Het lijkt meer op stoppels dan op haar. 'Thyme,' stelt hij zich lachend voor. Ik schud beleefd zijn hand en noem mijn naam. 'Ik verzorg de dolfijnen, jij?' Mijn ogen beginnen onbewust wat te twinkelen. Wat een coole baan heeft hij! 'Au pair,' leg ik hem wat bescheiden uit. Hij lacht. 'Succes daar mee dan. Wil je me helpen met vis voeren?' Ik werp een schichtige blik op zijn horloge die waarschijnlijk en hopelijk waterdicht is. Zijn schoenen piepen op de tegels die merkwaardig genoeg nog droog zijn. Ik volg hem als een mak lammetje terwijl hij verschillende codes en trucjes moet uithalen om een deur te ontgrendelen. Eerst een makkelijke 4 gecodeerde code, daarna een scan van zijn ogen en hand en tot slot weer een code. Ik keer mijn hoofd af als hij de afsluit code invoert. Niet zo netjes als ik mee zit te gluren. Eindelijk kunnen we onze weg vervolgen en Thyme houdt uitnodigend de deur voor me open. Zijn ogen staan zacht en vriendelijk met een lief glimlachje om zijn lippen. De dolfijnen zijn blijkbaar zo enthousiast dat ze er alvast voor gaan liggen. Het water klotst uit het bad, net voor onze voeten. Thyme klakt met zijn tong en klikkend verdwijnen ze onder water. De schimmen bewegen soepel door het water en voor ik het weet duikt er een omhoog. Gevolgd door zijn vriendjes spelen ze een watershow voor ons. Thyme staat met zijn handen voor zijn kruis nog altijd lachend naar het spektakel te kijken terwijl ik haast niet weet waar nu weer wat leuks is te zien. Overal speelt zich wel wat af.
'Dat was cool,' zeg ik terwijl Thyme een emmer stinkende vis haalt. Hij trekt een vis eruit en met een boogje valt die in het water. De dolfijnen weten niet hoe gauw ze daar moeten komen. Hap, slik, weg. 'Moet je opletten,' zegt hij grijnzend. Kort nadat hij dat heeft gezegd, klakt hij drie keer met zijn tong waardoor de dieren als een soort eenheid omhoog springen. Een voor een ontvangen ze hun visje na het kunstje. 'Die daar achter is Raine. Hij is een beetje anders.' Ik volg Thyme z'n vinger en kom uit bij een zilverkleurige dolfijn. Ook hij krijgt een stink vis. 'En die kleine is net nieuw. Xaver is het jong van die beauty daar, genaamd Chiara.' Ik kijk mijn ogen uit. De leefomgeving van de dieren is ook tot het uiterste aangepast. Palmbomen sieren de randen en er is zelfs een klein lief watervalletje. Ik blik weer op Thyme zijn horloge en bedank hem dan. Het tikt al tegen kwart voor elf aan en ik heb nog meer op de planning.
Op de begane grond botst ik tegen Bernard op die alweer druk in de weer is met zijn telefoon. 'Ach daar ben je. Ik verwacht je over tien minuten bij de auto.' En als een tornado is mijn baas dan ook al weer weg. Ik loop naar de keuken waar uit de klapdeuren twee jongens komen. In hun handen balanceren vier dienbladen. Indrukwekkend. 'Hey, wat is daar achter?' vraag ik hun als ze bijna uit mijn zicht verdwijnen. 'De keuken,' zegt de één. De ander legt zijn dienbladen neer en steekt zijn hand uit. 'Levi,' stelt hij zich zelf voor. 'Elias,' zeg ik op mijn beurt. 'Je bent als het goed is de nieuwe au pair?' Ik knik. 'Cool, dit is de keuken maar daar achter ligt de echte keuken. Waar wij, als chefkoks, het eten moeten voorbereiden voor familie Davindson. Ik had je meegenomen als wij nu niet dringend iets moeten afleveren.' Ik wimpel met mijn hand en glimlach. 'Het is okay, misschien een andere keer?' Hij sluit zijn ogen eventjes als antwoord dat dat een ja is.
Nog aan het herschrijven,
lees hier het oude:
Ik word gewekt door geklop op de deur. 'Binnen,' roep ik met een krakende stem. Bernard komt binnen. Hij sluit de deur en gaat op mijn bed zitten. Voorzichtig kom ik overeind. 'Die eendjes, het spijt me. Ik had niet zo moeten reageren. Gwendolynn wilde altijd al eendjes en nu heeft ze die rotbeesten in huis. Hoe dan ook, zou je het leuk vinden om met mij de stad te gaan verkennen?' Ik wrijf in mijn ogen waardoor de slaapkorrels eruit vallen. 'Sure?' zeg ik twijfelend. 'Mooi, tot zo.' En weg is Bernard baalbek. Ja, die naam hou ik er echt in. Ik raap mezelf op en loop naar de badkamer. Gelukkig is de kok nog aan het werk en heb ik de ruimte voor mezelf. Voor de zekerheid draai ik beide deuren op slot. Ik plens wat lauw water in m'n gezicht en inspecteer de badkamer. De handdoeken liggen op een rekje netjes opgestapeld, zeepjes, zoals je altijd in hotels ziet, liggen naast de kraan van de wasbak, er is een bad en volgens mij is het een bubbelbad en de douche is verwerkt in het plafond. Alsof je zo'n typische praxis badkamer bent binnen gelopen. Ja want de Formido houdt er schijnbaar in Nederland mee op. Mijn maag knort en ik draai beide sloten weer open. Ik pak mijn telefoon en loop de trappen af. Bernard staat in de keuken en drukt op een paar knopjes. 'Waar is eigenlijk de echte keuken?' vraag ik hem. 'Oh dat ligt hier achter maar dat wordt een andere keer dat je dat ziet.' Bernard draait zich om en kijkt me aan. Sowieso zijn er in zijn gezicht wel meer dan 5 fillers gespoten. Hij is aardig maar bah wat een vreselijk hoofd heeft hij. 'Hier heb je een broodje, de kok in de kamer naast jou heeft ie speciaal gemaakt voor je. Eet hem maar op in de auto van Logan. Kom.' Ik volg hem terwijl mijn tanden het super harde broodje omklemmen zodat ik mijn handen vrij heb. Logan steekt zijn hand op en opent beide portieren voor ons zodat we in kunnen stappen. 'Waar willen de heren heen?' Ik sla mijn mond geschrokken voor me. 'Sir Bernard, de kinderen!' Hij begint te lachen en Logan grinnikt ook. Ik volg het niet meer en heb ontzettend veel hoofdpijn. De reis was me teveel geworden. 'Een bijlesdocente houdt zicht op de kids, dan kunnen wij onze gang gaan.' Was ik überhaupt wel nodig als babysitter?
JE LEEST
I'm here, where are you?
Teen FictionIk haat mezelf omdat ik telkens op je wacht. Ik ben hier maar waar ben jij? Elias heeft zijn lieve vrienden genaamd Rune en Rhydian hard nodig als hij vertrekt uit zijn geliefde stad Amsterdam naar New York voor een bijbaantje. Zijn bijbaantje als...