Een uurtje later zat Eva op de veranda van het café te wachten op Wolfs. Hij had al op het politiebureau gezegd dat hij misschien later was, omdat hij het nodig vond om zich eerst nog even te verkleden. Je zou het zo niet zeggen als je hem ziet, maar hij kon soms best ijdel zijn. Voor een vrijdag middag was het best rustig op het terras, maar het was dan ook nog vroeg in het lente seizoen, en toevallig was het een mooie en vooral warme dag. Terwijl Eva genoot van het uitzicht, ging haar telefoon.
"Eva" antwoordde ze. Ze had niet gezien wie het was, alleen dat haar telefoon het nummer herkende. "Waar blijf je?" Wolfs was enigszins in paniek aan de andere kant van de lijn. "Je woont nu bijna 3 jaar in Maastricht en je krijgt het nog steeds voor elkaar om te verdwalen?" Ze kon een glimlach niet onderdrukken. Ze wist maar al te goed dat als ze zelf naar Amsterdam zou moeten dat ze er zeker 5 jaar over zou doen om de weg te leren. "Weet je nog hoe je bij het bureau komt?" Het antwoord dat van de andere kant van de lijn kwam, was niet zeer overtuigend. "Wolfs, bel me als je het politie bureau hebt gevonden? Leg ik je dan uit hoe je hier komt?" Ondanks dat ze nog protest hoorde aan de andere kant van de lijn, legde ze neer.
Een klein kwartiertje later ging haar telefoon weer. In een waas zag ze 'Wolfs' staan op de display en nam snel op. "Ben je er?" Ze hoorde een ja, maar een niet al te goed gemutste ja. "Sla de weg in waar de zij-ingang op uitkomt, hoe heet die straat ook al weer?"
"De Sint Hubertuslaan, Eef" zei Wolfs.
"Die ja! Hoe weet jij dat?" Wolfs zuchtte. Dit werd zijn ondergang.
"TomTom." Eva schudde haar hoofd.
"Hoe kan je verdwalen met de TomTom aan?" Dat was de opmerking waar Wolfs om hoopte dat die niet kwam. Hij hoorde Eva lachen aan de andere kant van de lijn.
"Ik heb hem pas aangezet toen ik verdwaald was" zei hij droogjes. Het werd stil aan de andere kant. "Hoe moet ik verder?"
"Die straat die je net zei vervolgen totdat die over gaat in de Luikerweg." Er kwam een instemmend gemoppel van de andere kant. "De berg op rijden en Fort Sint Pieter rechts laten liggen en dan links de parkeerplaats op aan de andere kant van de weg. Een stukje verder op de heuvel staat een café. Ik zit op de veranda." Nu kwam er een 'oké' van de andere kant. "Zie je zo." Vervolgens legde ze neer, terwijl ze een bekende auto de heuvel op zag rijden, richting de parkeerplaats.
---
Tot Eva's grote verbazing zag Wolfs er piekfijn tot in de details zeer netjes gekleed uit. Ze begon er bijna spijt van te krijgen dat ze zelf niet naar huis was gegaan om zich te verkleden. Aan de andere kant was Bergrust geen sjieke tent, dus ze schoof de gedachte meteen naar op zij. Ze waren hier nu met een reden.
"Hey" zei ze toen Wolfs de veranda kwam opgelopen. Hij groette terug en ging aan de andere kant van de tafel op een stoel zitten.
"Ik wist helemaal niet dat hier een cafétje zat" zei hij vervolgens. Eva lachte. Ze wist dat de avond met koetje en kalfjes praat zou moeten beginnen, kon ze zichzelf ooit zo ver krijgen om over haar gevoelens te praten. Bij sommige zou alcohol helpen, maar Eva had jaren geleden gezworen dat ze geen alcohol zou drinken.
"Er zijn wel meer dingen die je nog niet weet van Maastricht" antwoordde ze vervolgens. Wolfs lachte.
"Zal ik dan maar rijden de eerst volgende keer als we naar Amsterdam moeten?" Eva schudde haar hoofd.
"Dat zien we dan wel weer. Als je net zo fit bent als de vorige keer, zal het ook helemaal goed komen als ik rij." Ze praatten zo nog enige tijd verder. De ober kwam de bestelling opnemen voor eten en drinken en langzaam zagen ze hoe de zon onder ging onder het genot van een hapje en een drankje die niet veel later waren gebracht.
"Eva" Wolfs zag hoe ze met haar eten aan het spelen was en ergens ver in gedachten verdwaald was. Een beetje verward keek ze op. "Ik wil je niet pushen, maar vertel me wat er is. Alsjeblieft?"
Ze kon het hem niet kwalijk nemen. Ze had hem nota bene zelf uitgenodigd hier om te praten. Ze knikte. "Ik weet alleen niet waar ik moet beginnen" zuchtte ze. "Er zijn zoveel dingen gebeurd de afgelopen tijd, de afgelopen paar jaren." Wolfs stond op en Eva keek wanhopig op. De verwarring duidelijk te zien op haar geëmotioneerde gezicht. Hij liep om de tafel heen, pakte een stoel op en zette die naast de hare. Vervolgens ging hij op de stoel zitten en sloeg een arm om haar heen.
"Neem de tijd. Ik heb verder geen afspraken staan voor de avond" Eva grinnikte. "Ik meen het." Toen ze hem aan keek, kwam zag ze pas hoe serieus hij zijn opmerking bedoelde. Het was over zijn gehele gezicht te lezen. Ze knikte langzaam.
"Mijn vorig partners waren" Eva pauzeerde even. "Hoe kan ik dit netjes zeggen? Geen goede match met mij. De ene was nog koppiger dan dat ik af en toe kan zijn, de andere moest en zou zich elke keer maar weer bewijzen zonder bij de consequenties na te denken. Zonder ook maar rekening te houden met mij" voegde ze toe. "De eerste had al snel door dat onze samenwerking niet optimaal was en ook geen goede bijdrage zou geven in het korps. Hij is later over geplaatst naar een team in Brabant. Zijn opvolger zag dit helaas niet in, en ik ben me steeds meer gaan afsluiten van hem. Ik ging alleen op pad, overlegde niets meer en probeerde hem eigenlijk zoveel mogelijk te ontlopen." Eva stopte even om een slok water te pakken.
"Flammand begon door te krijgen wat er gaande was, of eigenlijk miste tussen ons" zei ze schamper. "En heeft hem bij zijn daar op volgende misstap ontslagen." Opnieuw viel er een pauze.
"Laat me raden" zei Wolfs. "Ze plaatste een vacature en ik heb er op gereageerd?" Eva knikte. "Het verklaart wel veel van hoe je je de eerste weken gedroeg om eerlijk te zijn." Eva werd rood en keek hem vuil aan. "Ik zeg al niets meer. Ga vooral verder."
JE LEEST
Naamloos
FanfictionAls Wolfs en Eva stuiten op een vreemde DNA uitslag op een PD, schijnt dit nieuwe licht op een bizarre cold case , die hun leven er niet makkelijker op maakt. Begonnen met het schrijven van dit verhaal in 2010. Speelt zich af na '3x06 - Kameraden'