A story of a lifetime~ George Weasley(voltooid)

H1 Ontsnapt

Ik ben op bezoek bij Tante Adrianna, Oom Amos en natuurlijk Cedric. Cedric zijn vrienden, Jace, Luke, Nick en Will zijn ook even op bezoek

'Wat doe je Jace!' Roep ik naar Cedric zijn vriend. We spellen een kaartspel waar ik en Jace samen werken. 'Was dat niet de bedoeling?' Vraagt die.

Ik kijk naar Luke, we barsten in lachen uit. Het is een muggle game, ik speel het vaak bij de Weasley en Luke komt uit een muggle gezin.

'Kunnen we niet wat anders doen?' Vraagt Jace en laat zich op de bank vallen. 'Dat kan.' Zeg ik en ruim het op.

Ik plof dan op hem neer. Hij laat een diep zucht uit. 'Je duwt de lucht uit ze lichaam.' Lacht Nick. Cedric en Will moeten ook lachen. 'Gast! Help me.' Zegt die dan. Cedric pakt me op en gooit me over ze schouder. 'Hey! Zet me is neer Cedric Amos Diggory.'

Tante Adrianna komt dan binnen lopen met een krant beet. 'Jongens het is tijd om te gaan en Cedric zet je nichtje neer.' Ze lijkt wit en loopt dan weer de keuken in. Cedric zet me neer. We delen verbaasde blikken.

Cedric laat de jongens uit en lopen dan snel naar de keuken.

'Mam wat is er?' Vraagt Cedric. 'Sirius, hij ontsnapt.' Zegt ze en kijkt dan naar Amos.

'Wat? Uit azkaban? Dat kan toch niet.'

'En Harry dan? Wat als die voor hem komt?' Vraag ik en kijk van me tante naar me oom.

'En Harry dan? Wat als die jou komt halen en mee neemt? Elena?' Zegt Cedric bezorgd zoals altijd. 'Ik red me wel. Hij heeft oom Peter vermoord en Lily en James verraden.' Zeg ik.

'Ik ligt Arthur en Molly wel in als ze je zo komen ophalen, als ze het zelf nog niet weten.' Zegt me Tante en loopt dan samen met me oom weg.

Ik kijk naar Cedric. Hij trekt me in een knuffel en gaat met een hand door me haar. 'Het komt goed, ze vinden hem wel.' Zegt die. 'Ik hoef die gek van een vader nooit meer te zien.' Zucht ik.

Molly en Arthur lopen het huis binnen. Tante Anna neemt ze appart me. Ik kijk naar Cedric en zucht en rol met me ogen. Cedric moet lachen en doet dan een arm om me heen.

'Elena, we gaan.' Molly komt de woonkamer ingelopen met haar lieve glimlach zoals gewoonlijk. Cedric halt ze arm weg. We staan op. 'Doei, El.' Zegt die. 'Zie je op Hogwarts, Ced.' Zeg ik als ik hem knuffel.

Ik geef dan me oom en tante een knuffel. 'Doei.' Zeg ik als we naar buiten lopen.

Arthur doet de deur dicht. We lopen naar de auto. Ik stap in. Het is de hele rit stil. Aangekomen bij de burrow stappen we uit.

Binnen wordt ik gelijk omhelst door Ginny. 'Gaat het?' Vraagt ze. 'Ja, me gestoorde vader is alleen ontsnapt.'

Ze laat me los. Ze grinnikt en stap dan opzij. 'Elena! Je bent terug!' Ron komt op me afgerent. In ze omhelzing vallen we bijna om. 'Rustig! Ik was niet bijna dood.' Lach ik.

Ron laat me los en ik doe gelijk me hand door ze haar. Hij steekt ze tong uit. 'We hoorde dat onze favoriete Black is terug gekeerd.' Fred en George komen dan ook aan lopen.

'Kennen jullie er zoveel dan?' Vraagt ik en geef Fred dan een knuffel. 'Je was wek twee dagen weg en je vader gelijk ontsnapt.' Zegt George dan. 'Mag ik dan nooit weg, net een voorteken.' Lach ik. George ze wangen worden rood en kijkt dan weg en stapt naar Fred.

'We gaan nog wel naar Egypte dus inpakken die handel.' Zegt Arthur en loopt door ons vijfen heen. 'Waar is Percy?' Vraagt ik. 'Waarschijnlijk op ze kamer aan het denken aan ze droom baan.' 'Als minister van magie.' Maakt Fred ze broer George af.

Ik rol met me ogen en loop dan de trap. 'Doe is een keer aardig tegen jullie broer.' Zeg ik en loop dan naar ze kamer.

Ik klop ze deur. 'Binnen.' Hoor ik Percy zeggen. Ik open ze deur. 'Hey, Perc.' Glimlach ik.

'Elena.' Zegt die blij. Percy lijkt dan heel net en dat alles maat hij is echt wel aardig als je hem gewoon leert kennen.

'We moeten pakken voor Egypte.' Glimlach ik. 'Oke, ik hoorde van je vader.' Zegt die dan als ik bijna de deur uit ben.

Ik draai me weer om. 'Overleef het wel.' Lach ik en loop dan naar mijn en Ginny's kamer.