Rens en Joey zijn beiden strak in een zwarte smoking gehuld. Alleen een wit vlinderdasje hebben ze om. Rens gaat toch spreken op de begrafenis van zijn vrienden. De ouders van de overleden jongens hebben de begrafenissen allemaal op dezelfde dag gepland. Alleereerst is de begrafenis van Bram. Rens kijkt om zich heen, het grootste gedeelte van het gezelschap is familie van Bram die zijn overgevlogen vanuit Suriname. Hij ziet de ouders van Bram staan bij de wit-houten kist. De kist is versierd met allerlei kleuren en handafdrukken van de aanwezigen. Hij kijkt naar zijn linkerhand, in de voegen van zijn hand zit nog wat rode verf van gisteren.
“Dan wil ik nu graag het woord geven aan Rens,” zegt de moeder van Bram die met een witte zakdoek de tranen van haar donkere wangen veegt. Ze loopt weer terug naar haar man, die haar in de armen sluit.
Rens kijkt gespannen naar het bureau waar hij zo achter moet staan, er staat een zwart, flexibel microfoontje op waar hij door moet spreken zodat iedereen hem goed kan verstaan in de buitenlucht. Het weer is mooi, extreem mooi voor deze tijd van het jaar. Daar zal Bram wel voor hebben gezorgd, hij glimlacht en staat op om naar het bureau te lopen. Joey pakt heel even kort zijn hand vast om hem sterkte te wensen. Eigenlijk wilde hij niet spreken maar hij doet het voor Bram.“Lieve aanwezigen,
Wij kennen Bram allemaal en daarom weet ieder van jullie ook dat Bram een heel bijzondere jongen is. Laat ik zeggen dat Bram wellicht een van de bijzonderste mensen is die ooit heb leren kennen. Ik ben bevoorrecht geweest met een vriend als Bram.
Bram was een jongen die altijd verstandig was, nooit zaken aan het toeval overliet en....” Rens snikt zachtjes en veegt hardhandig de tranen uit zijn ogen. Hij vind het moeilijk om hierover te praten. Hij kijkt even kort naar Joey die hem bemoedigend toeknikt.
“...die altijd alles vanuit een positief daglicht stelde. Het ongeluk heeft roet in het eten gegooid, een getallenteerde jongen werd uit het leven gerukt. Het was nog veel te vroeg. Bram wilde advocaat worden, of arts daar was hij zelf nog niet helemaal uit. Wat wel vast stond was dat Bram een ambitieuze, hardwerkende jongeheer was die altijd de sfeer erin wist te houden. Om welk zwaarbeladen onderwerp het ook ging. Zelfs de laatste dag, hij wilde in de gordel...” weer kan Rens zich er niet van weerhouden om te snikken. De tranen biggelen over zijn wangen. De moeder van Bram komt aangelopen en legt voorzichtig haar hand op zijn schouder.
“Je kunt het jongen” zegt ze bemoedigend en ze glimlacht.
Rens bijt op z'n lip en probeert zijn verhaal weer te vervolgen.
“Bram paste zich aan, aan de groep zelfs de laatste dag. Wat hem uiteindelijk fataal is geworden, maar zo was Bram en dat kunnen wij hem niet kwalijk nemen. Hij hield veel van de mensen om zich heen, zijn familie en zijn vrienden. Ik heb hem iets beloofd. Hij wilde naar huis, ik zei dat 'we zo naar huis gingen' en dat is hij nu. Want thuis is bij zijn familie en vrienden. Lieve Bram, tot ooit.” Rens voelt zich misselijk worden, hij trilt op zijn benen. Voorzichtig loopt hij richting de kleurrijke kist. Het bovenste deel van de deksel is eraf. Bram ligt er heel vredig in. Zijn ogen zijn ontspannen gesloten, zijn handen zijn ineengevouwen met daarin een boeket witte bloemen, zijn haren in de vertrouwde dreadlocks, alleen zijn ze deze keer niet samengebonden. Alleen zijn huid is wat bleker.
“Rust zacht Bram. Je bent nu thuis,” zegt Rens zachtjes en hij streelt de wang van zijn vriend.“Je hebt het goed gedaan,” zegt Joey die Rens dicht tegen zich aantrekt wanneer ze weglopen. Bram is net met kist en al onder de grond geplaatst.
Rens kijkt voor zich uit en zegt niks. Het enige wat hij doet is zijn schouders ophalen. Zijn ogen zijn rood en gezwollen van het huilen.
De volgende begrafenissen gaan ook voorbij, al heeft Rens het idee dat het eeuwen duurt.
“Gaat het?” fluistert Joey wanneer ze naar huis worden gebracht. Rens knikt zachtjes maar toch heeft Joey het gevoel niet. Hij voelt het wanneer er iets aan de hand is met zijn broer. Hij krijgt dan een onrustig gevoel in zijn onderbuik.
Wanneer ze thuis zijn vraagt Joey of Rens zin heeft in een kopje thee, of misschien iets anders.
“Nee, ik ga in bad.” Rens loopt zwaarmoedig de trap op en laat zijn hoofd hangen, zijn armen hangen slap langs zijn lichaam.
Joey kijkt hem na, hij ziet hoe Rens de deur van de badkamer achter zich sluit.
Hij zucht, hoe kan hij Rens hierbij helpen. Het enige wat zou kunnen werken is met een psycholoog praten maar zelfs daarvan weet hij niet zeker of dat wel helpt. Misschien moet hij toch overwegen om zijn ouders op te bellen, maar tegelijkertijd vindt hij dat ook niet juist omdat het ervoor kan zorgen dat zij zich extra zorgen gaan maken, wat ze nu niet aan hun hoofd horen te hebben.
Joey hoort het geluid van het bad dat vol loopt. Voorzichtig wandelt hij naar de keuken waar hij de witte waterkoker met water vult en daarna laat koken. Misschien knapt Rens een stukje op van een lekker kopje thee, natuurlijk zijn lievelingssmaak.

JE LEEST
Verborgen
RomanceRens en Joey Kools zijn twee broers die vanaf jongs af aan al samen goed kunnen opschieten en erg close zijn. Hun kinderjaren brengen ze vrijwel alleen met elkaar door en ook de jaren op de middelbare school trekken ze vooral naar elkaar toe. Ze heb...