Hoofdstuk 14

578 27 16
                                    

Joey zit tot diep in de nacht te lezen in het boekje van Rens. Het zwakke licht van zijn bureaulamp schijnt op de pagina's.
De stukken die Rens voor zijn ongeluk heeft geschreven is Joey snel doorheen gegaan. Er stond niet veel belangrijks. Het enige wat er stond is dat hij jaloers is geweest op de meisjes van mij. Daarnaast deed het hem ook pijn dat we niet samen konden zijn.

24-06-'14

Vandaag, precies vier dagen geleden dat het ongeluk heeft plaatsgevonden. Het dodelijke ongeluk waarbij ik al mijn vrienden verloor. Naast dat ik al mijn vrienden verloor, verloor ik ook een stuk van mijzelf.
Ik ben niet eerder toegekomen aan het schrijven in dit boekje. Het was te vroeg, ik kon mezelf niet goed uiten. De enige vorm van uiting was huilen. Ik heb veel bij Joey gelegen, in zijn armen. Joey is lief voor me geweest, misschien een beetje te lief. Ik viel weer voor hem, elke keer dat hij zacht de tranen van mijn ogen wegveegde en de keren dat hij mij zachtjes streelde toen ik in zijn armen lag.
Het voelt alsof de wereld elke seconde steeds meer op ons drukt. Joey en ik zijn daar niet tegen bestand.
Ik kan het niet meer aan. Mijn vrienden zijn dood, misschien zelfs wel door mijn schuld. Ik had gewoon nooit moeten ruilen van plaats met Bram.
Waarschijnlijk had hij dan nog geleefd. Vrijdag is de begrafenis van mijn vrienden. Daar zal ik speechen.

Joey leest vol verbazing het stuk wat Rens heeft opgeschreven. Voorzichtig strijkt hij met zijn vingers over het gladde lijntjespapier heen waarop Rens heeft geschreven. Het is net alsof hij even Rens weer bij zich voelt, ondanks dat hij al deze feiten wel wist is het toch even schrikken om het terug te lezen. Hij slaat een bladzijde om, maar daar staat niets belangrijks in.
De laatste dag. De dag dat Rens overleed. Hij slikt een aantal keer en de stilte grijpt om hem heen. Buiten giert de wind onrustig door de bomen, maar Joey probeert zich voor te bereiden op wat hij zal lezen. De laatste dag van Rens, dat moment zal hij nu gaan lezen. Zijn hart lijkt even stil te staan wanneer zijn ogen de letters vinden.

26-6-'14


Vandaag was de begrafenis. Ik heb gesproken. Bij al mijn vrienden heb ik mijn woord gedaan. Iedereen was trots op me en vond dat ik het goed gedaan had. Ik ben allesbehalve trots op mezelf. Ik voel me ronduit beroerd. Woorden schieten mij tekort om mijn gevoel te beschrijven. Ik ga me zo terugtrekken, even lekker in het warme bad. Hopen dat mijn gedachtes zichzelf voor eventjes aan de kant schuiven.

Joey laat zijn ogen verder glijden over de bladzijde maar ziet verder niks staan.
“Verdomme” sist hij zachtjes in zichzelf, waar heeft Rens de rest nou geschreven. Misschien heeft hij verder wel niks geschreven en bleef het hierbij. Joey kan het zich nauwelijks voorstellen. Ongeduldig tikt hij met zijn voet zachtjes tegen de stoelpoten aan.
Er moet een aanknopingspunt zijn. Hij slaat de bladzijde om. Weer niks. Nog één dan maar, denkt hij en weer slaat hij de bladzijde om. Wederom, zonder resultaat.
“I give up,” zucht hij en hij laat zijn hoofd vallen op het boekje. Ineens voelt hij de woede in zich naar boven keren.
“Stom pestpokken boekje” schreeuwt hij kwaad en met een grote boog gooit hij het boekje van Rens weg waarna deze tot stilstand komt omdat het boekje tegen de muur aankomt.
Joey zucht geïrriteerd en besluit maar dat het tijd is om te slapen wanneer hij een korte blik werpt op de zwarte klok die hangt tussen de scheiding van Rens' gedeelte en zijn gedeelte. Twee uur 's nachts. Prima tijd om te slapen. Hij schopt zijn panda sloffen uit en krult zich op onder de donkerblauwe deken, waarna hij snel in slaap valt.

De volgende morgen wordt hij wakker van het geluid van de vogeltjes die vrolijk aan het zingen zijn. Er staat ook een boom pal voor hun raam. Geen wonder dat je het geluid heel luid hoort.
Ga weg, denkt Joey en hij probeert zijn oren te bedekken met zijn handen. Het mislukt, het geluid gaat er nogsteeds doorheen. Brommend gooit hij zijn lange benen over de bedrand en wrijft in zijn ogen. Zijn hand reikt naar zijn lichtblauwe pet die hij altijd op de houten beddenknop zet. Met één behendige beweging zet hij de pet op zijn haren. Wanneer hij naar beneden wilt lopen, realiseert hij zich dat het boekje nog in de hoek van de kamer ligt. Hij moet het opruimen voordat zijn moeder het zou vinden. De teksten die in het boekje geschreven staan wilt hij zijn moeder besparen. Niet alleen de relatie van Rens en hem, maar ook de gevoelens van Rens.
Wanneer hij op zijn knieën hurkt om het zwarte boekje op te pakken valt hem op dat het boekje helemaal naar de achterste pagina is geslagen. Er staat iets geschreven. Voor een moment verstijft Joey van de schrik. Hij springt op met het boekje stevig in zijn handen geklemd en loopt terug naar het bureau. Al springend ploft hij op zijn bureaustoel. Benieuwd wat Rens daar heeft geschreven.

Voor....
Het is alleen maar erger geworden. Het bad heeft mij niet gekalmeerd, het is er alleen maar erger op geworden. Ik kreeg een sms'je van Sjoerd.
Sjoerd is iemand van de skatebaan. Joey en ik mogen hem niet zo en hij ons ook niet.
Hij stuurde een foto van Joey, zoenend met een meisje.
Ik wil dit niet meer, ik wil niet meer lijden onder hem. Ik wil er boven staan, maar lichamelijk en geestelijk kan ik het niet aan. Ik hou teveel van hem om het los te laten.
Joey betekent zoveel voor me, ik wil en kan het niet loslaten en ik denk dat ik dat nooit zal kunnen.
Nooit.

Het laatste woord Nooit, is in hoofdletters gekrast in het papier. Er staan ook drie dikke zwarte strepen onder van de balpen. De tranen lopen bij Joey over zijn wangen.
Sjoerd had deze foto niet mogen sturen naar Rens, maar Sjoerd is het niet schuld. Het is, zoals Rens zelf al zegt, de schuld van Joey en dat zal hij zijn hele leven bij zich dragen.

VerborgenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu